Toen BMW in 1935 op bescheiden wijze reclame begon te maken voor een nieuwe coupé, bouwde het merk nog maar zeven jaar auto’s. De BMW 328 debuteerde op 14 juni 1936 bij de Eifelrennen op de Nürburgring, en dat gaf BMW een enorme impuls. Een voormalig motorcoureur, Ernst Henne, schreef in die auto de race op zijn naam, en er volgden dat jaar nog zo’n honderd overwinningen.

Professor en aerodynamica-pionier Wunibald Kamm begon niet lang daarna te experimenteren met een afgeslankte versie van de BMW 328, waarmee hij tests in een windtunnel uitvoerde. De Italiaanse carrosseriebouwer Touring werd ingehuurd om de destijds nog bescheiden productiecapaciteit van BMW te verhogen. Het resultaat, de ultralichte (‘superleggera’) en geheel uit aluminium vervaardigde coupé won tijdens de Le Mans-editie van 1939 zijn eigen klasse en werd vijfde overall, met een afgelegde afstand van 3.188 kilometer en een ­gemiddelde van 132,8 km/u.

Mille Miglia winnen in de BMW 328

Maar de status van de Mille Miglia was indertijd zo hoog dat BMW zijn zinnen op het winnen van die Italiaanse klassieker zette. Er werden maar liefst vijf auto’s aangemeld: drie roadsters, één gestroomlijnde coupé en de bolide die op Le Mans had gewonnen. In maart 1940 trokken ze de Alpen over en begonnen aan de voorbereiding op de Mille Miglia. Gezien alles wat er op dat moment in ­Europa aan de hand was, was het verbijsterend dat de wedstrijd überhaupt plaatsvond.

De start was op 28 april 1940, om vier uur in de ochtend. De leiding werd genomen door Fritz ­Huschke von Hanstein en Walter Baumer in de Le Mans-auto. Von Hanstein zat zo lekker in zijn ritme dat hij bijna de oproep van zijn team negeerde om het stuur over te geven aan Baumer, maar met slechts een paar kilometer te gaan deed hij dat alsnog. Het duo zette een ongelooflijke gemiddelde snelheid neer van 166 km/u. De nummer twee, een Alfa Romeo 6C, had een achterstand van vijftien minuten. De andere BMW 328’s die de race wisten uit te rijden, kwamen als derde, vijfde en zesde over de finish.

Geen Mille Miglia’s meer

Er zouden tot 1947, om voor de hand liggende redenen, geen Mille Miglia’s meer volgen. De autosportdivisie van BMW werd ontmanteld; diverse auto’s en onderdelen werden op geheime locaties door heel Beieren verborgen. Maar de winnende MM-coupé kwam weer boven water en werd in beslag genomen door een groep geallieerde sol­daten; een van hen liet de auto achter nadat hij ermee in een greppel terecht was gekomen.

De voormalige BMW-ingenieur Claus von Rücker hoorde over het ongeluk en redde de auto, waarvan de aluminium carrosserie was overgespoten in Amerikaans-legergroen. Hij knapte hem op en nam hem in 1947 mee toen hij naar Canada emigreerde. Vervolgens werd hij door de Californische verzamelaar Jim Profitt overgenomen en in zijn oude glorie hersteld. Veertien jaar geleden kocht BMW de auto terug van Profitt. De waarde ervan wordt conservatief geschat op zo’n 7 miljoen euro.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)

Meer van TopGear