We maken met de Nio ES6 een tripje door China, het land waar elektra zo populair is, om te testen of er een oplossing is voor actieradiusangst. Al doende testen we ook de snacks bij de benzinestations. Onze fixer zit aan een bureau op de Luchthaven Beijing Capital en vertaalt onze personalia per letter in het Mandarijn, waarna ze die invult op een gecompliceerd uitziend formulier. Dit is een kans uit duizenden. Wat heet: uit miljoenen. Wie zou niet zijn eigen naam willen kiezen, immers. ‘Hij heet Flapdrol’, zegt de fotograaf alarmerend snel – alsof hij dit allemaal heel goed heeft doordacht. ‘En ik ben Snelheidsduivel.’ De klerk in kwestie blijft totaal stoïcijns. We zijn in China om te rijden met een elektrische auto waarvan je waarschijnlijk nog nooit hebt gehoord. Nio is een van de bijna 500 geregistreerde makers van elektrische voertuigen in dit land. Het bedrijf bestaat nu vijf jaar, en de Nio ES6 is pas de tweede echte auto van Nio. Je zou kunnen hebben gehoord van de EP9, die twee jaar lang het elektrische record op de Nürburgring hield – totdat Volkswagen dat verpulverde met de ID R – of van het enigszins succesvolle Formule E-team van het merk. Maar waarschijnlijk ken je ze niet, denken we, want hoewel ze een kantoor hebben in Londen, verkoopt Nio nergens ter wereld auto’s, behalve dan in China. Dus weet je ook niet dat Nio ertoe doet. Maar dat is wel zo. Het bedrijf is genoteerd op de New York Stock Exchange, en CEO William Li is een zogeheten ‘poly-entrepreneur’ die al van menig bedrijf een succes maakte en momenteel meer dan 9.000 mensen in dienst heeft. Dat is drie keer meer dan Ferrari. En het doet een aantal buitengewoon slimme en buitengewoon interessante dingen in het eigen land. Niet zozeer met de auto’s zelf (vooralsnog) – de Nio ES6 is een elektrische SUV die lijkt op de Audi e-tron, de Mercedes EQC en de Jaguar I-Pace – maar wel met het ecosysteem dat de auto’s omringt. Het slimme zit erin hoe je laadt. Daarom staan we in dit slecht verlichte kantoor, waar we zojuist hebben moeten bewijzen dat we kunnen zien en het verschil kennen tussen de kleuren rood en groen, omdat we tijdelijke Chinese rijbewijzen hebben aangevraagd. Mocht je dat ook ooit van plan zijn omdat je in China een auto wilt gaan besturen, zie daar dan van af en neem de trein.
China is ’s werelds grootste markt voor NEV’s – ofwel New Energy Vehicles. Dat zijn zowel volledig elektrische voertuigen als plug-in hybrides. Vorig jaar werden in China 1,2 miljoen auto’s verkocht – meer dan de helft van het wereldwijde totaal. Dit jaar is de verwachting 1,6 miljoen elektrische auto’s, zelfs nu de regering het mes heeft gezet in de subsidies (wat betekende dat automakers hun waren goedkoper op de markt konden brengen) in een poging om zo de industrie te rationaliseren en de ‘inferieure’ bedrijven op de fles te laten gaan. Daar hoort Nio niet bij – al heeft het ook zo z’n problemen gehad. Problemen zoals een verlies van 360 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2019, geannuleerde plannen voor een eigen fabriek (momenteel worden de Nio-auto’s gebouwd door een andere Chinese firma genaamd JAC) en het uitstel van de introductie van een nieuw model.

We zijn in China om te rijden met een elektrische auto waarvan je waarschijnlijk nog nooit hebt gehoord: De Nio ES6

Essentieel voor het overleven van het bedrijf is het netwerk van 123 ‘Power Swap’-stations dat het heeft uitgerold langs de drie belangrijkste en drukste wegen van China, en in de grootste steden van het land. Samen met de geclaimde actieradius van de Nio ES6 van 420 kilometer (300 in het echt) moeten deze stations ons in staat stellen om van Peking naar Shanghai te rijden – een slordige 1.300 kilometer – zonder ook maar één keer te hoeven laden. Wat jammer is. Want rijden in China is een ramp; we zouden best wat langere pauzes willen hebben dan de vijf of zes minuten die het kost om de lege accu van de Nio ES6 te verruilen voor een volle. Maar gelukkig staat het verkeer in Beijing wel muurvast als we vertrekken. Nadat we een nacht in een hotel hebben doorgebracht dat net zou goed in Eindhoven had kunnen staan. We hebben nog nooit zo genoten van stilstaand verkeer.

Voor de elektrische varianten was eerst geen rijbewijs nodig

Dat geeft ons namelijk de kans om de horden scooters te bestuderen die ons aan weerszijden voorbij stromen. Overal elders ter wereld zouden die tweewielers een luid tweetaktkabaal voortbrengen. Maar niet hier, want veel van de apparaten zijn elektrisch en dus totaal stil. Wil je in China per se een brommer of motor rijden met een verbrandingsmotor, dan betaal je je blauw voor dat privilege. Voor de elektrische varianten had je tot voor kort niet eens een rijbewijs nodig. Hetzelfde geldt (ongeveer) voor de bussen. Dieselgerammel is geen probleem, want het gros van de bussen is elektrisch of op z’n minst hybride. Shenzen – een zuidelijke stad waar 18 miljoen mensen wonen – telt naar verluidt meer elektrische bussen dan New York City, Los Angeles, Toronto en Chicago samen aan normale bussen hebben. Desalniettemin hangt er een dikke laag smog over de stad. Langzaamaan maken we wat progressie nu het verkeer een beetje begint uit te dunnen. We duwen ons een weg door de kluwen die zich dwars over de rijstroken heen vormen, want de lokale inlanders lijken weinig op te hebben met het idee om tussen twee witte lijnen te rijden. Vreemd – want surveillance is er genoeg. Elke paar meter staan camera’s om je wangedrag vast te leggen – snelheidsovertredingen, het niet dragen van een gordel, stoppen waar dat niet mag – en die bezorgen je de bon automatisch thuis. Ze flitsen aan de lopende band boven ons, verlichten daarbij de nummerplaten en jagen deze arme Europeanen fikse schrik aan.

De tankstations in China

Chinese tankstations zijn niet heel anders dan die in Europa. Veel parkeerplaatsen, dubieus uitziend en vreemd smakend voedsel (en de bijbehorende luchtjes), enigszins gedesoriënteerde mensen. Een laadpaal of twee – het leeuwendeel daarvan staat namelijk in de grote steden. Want China telt inmiddels meer dan 400.000 laadpalen; tussen juni 2018 en mei 2019 kwamen er gemiddeld 11.000 stuks per maand bij. Bij een toenemend aantal pompstations vind je ook Nio’s kleine zilveren pods. Stel je voor dat Apple een winkel zou openen midden in een traditionele Midden-Oosterse bazaar, dan krijg je een aardig idee van hoe vreemd deze gebouwtjes eruitzien naast alle andere lokale infrastructuur. We zetten de auto neer bij de pod, en stappen de drukkende hitte in. Peking was heet en nat – je bril besloeg telkens als je uit de auto stapte – maar dit is nog een heel ander verhaal. Een klamme deken die over je heen valt, zoiets.

En zo, na aanzienlijk minder dan tien minuten, hebben we een volledig opgeladen elektrisch auto

Een man komt uit de pod, waarin hij zich verschool tegen de warmte. Hij neemt de autosleutel aan, bedekt het stuur en de stoel met Nio-hoezen, en rijdt de auto achteruit, heel precies, de baai in en de brug op. Dan gebeurt er iets vreemds. De man hopt uit de auto en verdwijnt in een klein kamertje aan de zijkant van de pod, waarna onze Nio ES6 de lucht ingaat, de bijna compleet lege accu er door een robotarm uit wordt geschroefd en er een compleet volle voor in de plaats komt. Als de auto weer op z’n wielen staat, komt de man weer uit het kamertje, klimt in de auto, rijdt ’m naar buiten en geeft de sleutel terug. En zo, na aanzienlijk minder dan tien minuten, hebben we een volledig opgeladen elektrisch auto en twee tamelijk verbluft kijkende Europeanen.

Iedere pod kan dagelijks 70 klanten helpen

Dit proces herhalen we nog vijf keer voordat we in Shanghai aankomen. De swap kost 180 renminbi – ongeveer 23,50 euro, te betalen door middel van de excellente, soepel werkende Nio-app – en hoewel het proces volledig is geautomatiseerd, wordt ieder laadstation 24 uur per etmaal bemand. Iedere pod heeft maximaal vijf accu’s op voorraad, wat genoeg is om tot 70 klanten per dag verder te helpen. Deze brave bediende vertelt ons dat hij meer dan twintig auto’s in twee dagen heeft geholpen. Deze technologie is dus geen mallig nieuwigheidje. Mensen gebruiken het echt; ongeveer 50 procent van alle Nio-eigenaren heeft het systeem al minstens een keer geprobeerd.
En bij de volgende accuruil, een paar uur verderop, ontmoeten we een man genaamd Wang Hao, die er komt aanrijden in zijn ES8, net wanneer onze Nio ES6 weer de lucht ingaat. Hij vertelt ons dat hij met regelmaat van Beijing naar Shanghai (en terug) rijdt en dat hij een Audi Q7 had, maar die heeft verruild voor een Nio omdat laatstgenoemde ‘veel groener’ is. Dat kun je letterlijk nemen, in zekere zin – want in China krijgen elektrische voertuigen en hybrides groene nummerplaten, terwijl auto’s met verbrandingsmotoren blauwe platen hebben.

De Nio ES6 kost de helft van een Tesla Model X

Nummerplaten staan centraal in het succes van NEV’s in China. In een poging om de congestie terug te dringen en de luchtkwaliteit in de grote steden te verbeteren (beide zaken zijn momenteel vreselijk), heeft de Chinese overheid het aantal platen beperkt dat steden aan hun inwoners mogen toekennen. Om een auto te kunnen kopen, moet je eerst een nummerplaat kunnen overleggen, en het is veel makkelijker en goedkoper er een voor een hybride of elektrische auto te krijgen dan voor een auto met een conventionele verbrandingsmotor. Er zijn meer restricties: zo mogen auto’s op fossiele brandstoffen gedurende bepaalde tijden niet op bepaalde plaatsen komen, wat er uiteraard voor zorgt dat elektrisch rijden aantrekkelijker wordt. Daarom kocht Wang zijn Nio – nu kan hij naar Shanghai rijden wanneer hij maar wil.

Het is een SUV in de categorie van de Audi e-Tron, en kost in China minder dan de helft van een Tesla Model X

De verkoop van NEV’s in China neemt dan wel jaarlijks toe, maar als geheel nemen de verkopen van nieuwe auto’s juist af. Die trend is inmiddels een jaar lang gaande. In een poging om de verkopen aan te jagen, kennen sommige steden alweer meer nummerplaten toe. Sommige zelfs tot 60 procent. Zo komen we niet echt sneller vooruit, dus. Wangs enthousiasme zorgt ervoor dat we onze aandacht vestigen op onze Nio ES6 zelf – niet alleen op het laadsysteem. De auto is in principe hetzelfde als Wangs ES8, maar dan met vijf in plaats van zeven zitplaatsen. Zoals gezegd is het een SUV in de categorie van de Audi e-tron, maar hij kost in China minder dan de helft van een Tesla Model X. Onze topuitvoering, de Premier Edition, kost zo’n 70.000 euro, maar de prijzen van de Nio ES6 starten rond de 50.000 euro. En er zijn overeenkomsten tussen de Californische auto en de Chinees.

Rare UFO-geluiden onder de 30 km/u

De deurgrepen poppen naar buiten om je te begroeten. Er is geen startknop (je zet je voet op de rem en bent er klaar voor). En uiteraard is er het grote verticale touchscreen. Nio gaat echter verder dan Tesla: met ‘Nomi’, de stem-gestuurde assistent, die je met z’n kleine koppie boven op het dashboard aankijkt als je tegen ’m praat en tientallen verschillende gezichtjes kan trekken. Dat gebeurt wel allemaal in het Mandarijn en er kan niet worden geswitcht naar een Westerse taal. Ach, zo krijgen we tenminste wel de kans om ons Chinees verder te perfectioneren. Het hele interieur ziet er goed uit en voelt verrassend lekker aan. Dat geldt ook voor de aandrijving. De Nio ES6 is vierwielaangedreven en te koop met ofwel een 70- ofwel een 84-kWh accupakket. Wij rijden met het eerstgenoemde – met 544 pk en vierwielaandrijving gaat hij in 4,7 seconden van 0 naar 100 km/u. Die prestatie wordt geleverd met de karakteristieke elektrische schop in je rug en zonder enig geluid. Behalve dan een lichte zoem en wat rare UFO-geluiden onder de 30 km/u. Dat geluid moet ervoor zorgen dat voetgangers die geobsedeerd zijn door hun smartphone niet onder je auto lopen. Verveeld door de monotone snelweg (China heeft het grootste snelwegennetwerk ter wereld) besluiten we op zoek te gaan naar meer interessante wegen. Die worden in China louter en alleen gebruikt door krankzinnigen. Maar korte stukken weg waar we de vrije hand hebben, tonen aan dat de Nio ES6 zich niet echt goed houdt als je ’m van jetje geeft. Hij bezit een zekere zachtheid die ’m in de stad comfortabel maakt. Maar die zachtheid verandert hem op snel- en b-wegen in een nogal onelegante stuiterbal. Verschillende markten vragen om verschillende dingen. Maar als ze de Nio ES6 in Europa willen gaan verkopen dan zal z’n weggedrag moeten worden bijgeschaafd.

In Shanghai is duidelijk meer geld aanwezig dan in de Chinese hoofdstad

We brengen de nacht door in een van die ‘kleine’ Chinese steden waarvan niemand buiten China ooit heeft gehoord. Toch wonen er meer mensen dan in de hele Nederlandse randstad bij elkaar. De volgende ochtend gaan we verder zuidwaarts, naar de Jangtse-rivier. We wisselen nog een paar keer van accu, bij steeds mooier wordende ruilstations. Dan rollen we Shanghai binnen, na een kleine 1.300 kilometer te hebben afgelegd in een elektrische auto in niet meer tijd dan dat ons in een benzineauto zou hebben gekost. Moderner, westerser – in Shanghai is duidelijk meer geld aanwezig dan in de Chinese hoofdstad. Daarom past het Nio House hier ook beter. Dat zijn de dealers van het merk en, het is niet anders, tevens de Nio-clubhuizen. Bestaande eigenaars kunnen er komen chillen. Er is een koffieshop, een bibliotheek, een speelhoek voor kinderen en zelfs kantoorruimte die je kunt huren. En je kunt er dus ook een Nio ES6 kopen.
Het is een toepasselijke plek om terug te kijken op onze trip. Accuruil is zeker een oplossing voor een werkelijk bestaand probleem. Een dergelijk systeem zou in Europa ook kunnen werken. Het zou de belasting verminderen op de traditionele, beperkte laadinfrastructuur, waarop de druk alleen maar verder zal toenemen naarmate meer mensen besluiten (of worden gedwongen) om hun conventionele auto’s te vervangen door elektrische auto’s of plug-ins. Ook zou het elektra-sceptici de mond kunnen snoeren. Dat is zelfs één van de redenen dat Nio begon met het bouwen van dit netwerk. Het proces van de accuruil voelt meer als tanken dan als laden; het is op de een of andere manier minder intimiderend. Waarbij aangetekend dat Renault het heeft geprobeerd, met de Fluence, die ook een verwisselbare accu had. Ze liepen waarschijnlijk iets te ver voor de troepen uit, want het experiment mislukte jammerlijk.

Het standaardiseren van de accu’s is de toekomst

De baas van Nio Power, Shen Fei, zegt dat de accu’s uiteindelijk zullen worden gestandaardiseerd. Hierna zul je ze kunnen leasen voor elk type en merk auto. Dat zou het hebben van een elektrische auto voor iedereen goedkoper maken. De auto’s zouden in aanschaf goedkoper worden. Zo zou accuruil een praktische realiteit worden voor iedereen. Niet alleen voor rijkaards en mensen met een eigen bedrijf. Daarbij zou het, op zekere schaal althans, de behoefte aan een centrale laadinfrastructuur kunnen beperken. Daartoe is nodig dat er over de grenzen en door verschillende bedrijven goed wordt samengewerkt. Dus niet wat ons op de Luchthaven Beijing Capital overkwam, waar ons internationale rijbewijs werd weggelachen, waarop we een paar dagen moesten rondrijden als Meneer Flapdrol en Meneer Snelheidsduivel. Dat nooit weer.

Reacties

  • Harry de Breij heeft op 24 mei 2020 geschreven:

    Wanneer en waar wordt de NIO ES6 in Nederland geïntroduceerd.

    Reageer

Geef een reactie

(verplicht)