Volvo’s modellenstrategie ontgaat ons nog altijd een beetje, met al die cijfertjes en zo. Dit is hun nieuwste troef: ze hebben een vijfdeurs hatchback gemaakt die groter is dan de C30, maar met dezelfde (Duitse) modellen moet concurreren, en ze noemen ‘m V40. Ook al hadden ze een paar jaar geleden nog een stationwagon die zo heette. Dus.
De woorden ‘rijplezier’, ‘wendbaarheid’ en ‘dynamiek van de bovenste plank’ vliegen je in het persbericht van de V40 om de oren, maar sinds de S60 verwachten we dat eigenlijk ook wel van de Zweden. Verder gooit Volvo het vooral op ‘Scandinavische luxe’, waarbij we onwillekeurig meteen aan zo’n meebuigende houten stoel moeten denken, en natuurlijk op veiligheid. Het is hoe dan ook duidelijk: Volvo neemt met de V40 de (Duitse) bovenkant van de markt meer dan ooit onder vuur.
Het dashboard heeft geen meters meer, maar is volledig grafisch. Voetgangers die op je motorkap belanden, hebben hun eigen airbag (!), en rijbaanherkenning, parkeerhulp en het doorontwikkelde City Safety (automatisch remmen bij een dreigende botsing, nu tot 50 km/u) zorgen dat er nooit* meer iets misgaat als je weer eens je lunch uit je tas op de achterbank probeert te vissen.
Motorisch is er goed nieuws voor zowel de bijtellingstrekkers als de liefhebbers van pk-geweld. Uiteraard komt er een spaardiesel met een CO2-uitstoot van slechts 94 g/km, maar, joy of joys, ook de veelgeprezen T5 benzine-vijfcilinder blijft leverbaar. In de V40 levert hij 254 pk en zorgt ie voor een bijzonder prettig acceleratiecijfer: van 0 naar 100 km/u in 6,7 seconden. Tussen deze twee extremen vind je nog een keur aan benzine-viercilindertjes én diesel-vijfcilinders. Alle motoren zijn uitgerust met start/stoptechnologie en weten remenergie te hergebruiken.
Volvo parkeert de V40 allereerst op de autosalon van Genève, waarna het nog een aantal maanden zal duren voor ie leverbaar wordt. De prijzen zijn nog niet bekend.
*Zeg nooit nooit, natuurlijk. Vergeet al die elektrohulp en let gewoon op in het verkeer, joh.
Reacties