Wat krijg je als een raceafdeling van een fabrikant zich gaat bemoeien met productie-auto’s? Hardcore, net-legaal spul met veel spoilers en zo? Of een paar logo’s die alleen iets bijzonders doen vermoeden? Of iets heel anders?
Waar begon het allemaal mee?
Iedereen kent AMG, de huistuner en racespecialist van Mercedes, BMW’s M-divisie, of quattro GmbH dat zich tegen alle S- en RS-versies van Audi aan bemoeit: hetzelfde verhaal. Maar Polestar? Wel: Polestar is de racedivisie van Volvo. Jazeker, die bestaat – Volvo racet, op bescheiden wijze, bijna al zo lang als het bestaat. Veelal in rally’s en toerwagenkampioenschappen, en dan kunnen ze hier en daar nog heel aardig meekomen ook. Zelfs als je niets met de racerij hebt, zal je je misschien voor de geest kunnen halen dat Volvo in 1994 opeens met een 850 Station meedeed in het Brits Toerwagenkampioenschap; Jan Lammers reed er nog mee. Ze deden het niet eens slecht en in latere jaren wonnen ze zelfs geregeld.
Het overheersende beeld dat bleef hangen was zo’n volstrekt misplaatste Volvo Station tussen al die heetgebakerde BMW’s en Alfa’s. Ze hadden nog net geen kinderzitjes, plakplaatjes en golden retriever aan boord. Ondertussen deden ze gouden zaken voor het oh zo saaie imago van Volvo.
Volvo snapte dat ook en besloot in 1996 tot de oprichting van een aparte divisie voor de race-activiteiten: Polestar. Naar de Poolster, de helderste ster aan het firmament, die zeemensen al duizenden jaren laat zien waar het noorden was: mooie naam dus. Ook in 2014 is Polestar een bescheiden bedrijf, dat met 35 werknemers exclusief voor Volvo werkt en zich voornamelijk bezighoudt met de activiteiten in het Zweeds Toerwagenkampioenschap. Maar in de racerij vergaar je kennis, en zeker als je een fabrikant bent die vaak (hoe onterecht ook) versleten wordt voor saai en geobsedeerd door veiligheid, kan het geen kwaad die kennis om te zetten in iets dat je imago wel eens een boost zou kunnen geven: als AMG, M en RS, waarom dan niet Polestar?
Is hij (veel) beter dan de standaard V60?
Dus komt Polestar af en toe voorzichtig naar buiten, tot nu toe met concepts (de hilarische C30 met 451 pk bijvoorbeeld) of met een opvoersetje voor de V60. Maar nu is er dan de V60 (en S60) Polestar, het eerste product van de firma dat echt in serieproductie gaat. Op een gelimiteerde manier, dat wel. Er worden dit jaar maximaal 750 Polestars gemaakt, waarvan driekwart als Volvo V60 Polestar en de rest als S60. Over volgend jaar of andere plannen blijven de Zweedse lippen stijf gesloten, maar het zou ons niet verbazen als dit debuut een vervolg krijgt. Het is namelijk een bijzonder ding, de Polestar.
Je ziet het niet meteen aan de Volvo V60 Polestar af: uiterlijk blijft het allemaal bescheiden, zoals Volvo past. Een extra splittertje aan de voorbumper, een bescheiden achterspoiler, zwarte accenten, zoals de spiegels, een blauw vierkant logo hier en daar: je moet er echt op letten. Meest opvallend zijn de wielkast-vullende 20 inch wielen, en ook die zijn alleen gekozen omdat ze meer grip leveren. Zo rolt Polestar. Maar onderhuids hebben zich wezenlijker veranderingen afgespeeld. De T6 zes-in-lijn motor heeft er bijna 50 pk en 100 Nm bij door onder meer de toepassing van een andere turbo van Borg-Warner. Dat en een andere interkoeler resulteert in 350 pk en 500 Nm.
Het onderstel ging op de schop met andere veren (80 procent stijver) en speciale, in samenwerking met Öhlins ontworpen schokdempers. Leuk weetje: dit Zweedse bedrijf maakt ook de schokdempers voor de Lamborghini Aventador. Deze zijn nog net iets geavanceerder en houden het wiel, hoe hobbelig het wegdek ook mag zijn, nog beter stijf aan de grond gekleefd. Opmerkelijk is dan ook dat Volvo claimt dat de wegligging beter wordt naarmate de ondergrond slechter wordt.
Dat hoor je echt niet vaak
De uitlaat is vervangen door een systeem van de Zweedse fabrikant Ferrita. Geef de pook van de automatische zesbak een duw naar links en de boel staat in Sport. Daarmee worden ook de vlinderkleppen in de uitlaat geopend waardoor je een fraaie, heel eigen klinkende, ongefilterde ronk om je oren krijgt: heel mooi. De ware kracht van deze Volvo V60 Polestar is het feit dat ie maar blijft doorgaan. Geef gas bij welk toerental ook: het ding gaat er vandoor alsof ‘m een paar boze bijenvolkeren op de hielen zitten. Geef gas bij 160 km/u: idem. Zelfs al geef je gas voor, in of na een bocht: van hetzelfde laken een pak. En dat zonder enig drama, want als iets indruk maakt aan de Polestar, is het z’n formidabele hoeveelheid grip.
Dat ligt natuurlijk voor een groot deel aan de vierwielaandrijving, die de krachten ‘intelligent’ via het nieuwste Haldex-differentieel verdeeld krijgt. Ook de aangepaste programmering van het stabiliteitssysteem en de versnellingsbak (die bijvoorbeeld nooit in een bocht zal opschakelen) helpen een handje, én natuurlijk die fenomenale schokdempers. Echt indrukwekkend.
Helaas heeft de Volvo V60 Polestar ook wat minpuntjes
Hoewel je de zwaarte van de stuurbekrachtiging zelf kunt instellen, ontbreekt het bij alle standen aan gevoel en communicatie. Juist in zo’n snel ding wil je graag weten wat de voorwielen meemaken, maar die informatie krijg je niet. Wat overigens niet wil zeggen dat de besturing niet mooi scherp en precies zou zijn.
Tweede minpunt: de transmissie. Hij heeft moeite het tempo van de motor bij te houden en reageert regelmatig wat traag als je zelf met de flippers in de weer gaat.
Ten derde: de prijs. Natuurlijk, een ‘gewone’ V60 T6 is al niet echt goedkoop. Toch is er een hoop gebeurd en de Volvo V60 Polestar is werkelijk van kop tot kont volgestampt met extra’s (zozeer dat er niet eens meer opties te krijgen zijn). Maar toch: een ton is een griezelige hoop geld voor een V60. Zeker als je in aanmerking neemt dat concurrenten als een Audi S4 Avant (74.000 euro) of BMW 335i Touring (61.000 euro) stukken goedkoper zijn. Daar komt nog wel het een en ander bij voor je ze op het uitrustingsniveau van de Polestar hebt, maar toch.
Desondanks verwacht Volvo geen enkele moeite te krijgen om de Polestars te verkopen; er zijn genoeg Volvisten die staan te springen om dat aloude 850/V70 R-gevoel weer te krijgen. Ze zullen niet teleurgesteld zijn. Belgische lezers trouwens wél, want de Polestar wordt bij hen niet eens leverbaar. Zo zie je maar: het kan altijd erger.
Specificaties Volvo V60 Polestar
Motor
2.953 cc
zescilinder turbo
350 pk / 500 Nm
Aandrijving
vierwiel
6v automaat
Prestaties
0-100 in 5,0 s
top 250 km/u
Verbruik/milieu
10,2 l/100 km
237 g/km CO2, G-label
Afmetingen
4.628 x 1.865 x 1.484 mm (l x b x h)
2.776 mm (wielbasis)
1.709 kg
68 l (benzine)
430 / 1.241 l (bagage)
Prijzen
NL € 99.500 (25%)
BE Niet leverbaar
VONNIS
Polestar is geslaagd: hun eerste productie-auto is een bijzonder fijne geworden. Goed, hier en daar nog een puntje op de i (of een streepje door de o), maar verder: klasse. Alleen de prijs, die is te gortig
Reacties