Audi Q4 e-tron vs Skoda Enyaq iV

Skoda en Audi delen al een tijdje dezelfde VW-onderdelen. Maar is het het in deze nieuwe tijd van elektrische pseudo-SUV’s nog wel waard om een premiumprijs te betalen?

Mogen we nog heel even je aandacht voor je verder klikt naar allerlei Bugatti- en Ferrari-vormige zaken? Want hoewel je hier twee prima, doorsnee auto’s op een plezierige B-weg lijkt te zien, is het niets minder dan de vorming van een nieuw tijdperk, een cataclysme in de wereld van de autoverkopen.

Premium is bereikbaar

Het rijden in een premiumauto is voor veel mensen al enige tijd niet echt meer buiten bereik. Met dank aan leuke leaseconstructies en een wildgroei aan modellen en carrosserievormen kunnen velen zich tegenwoordig een Audi, BMW of Mercedes veroorloven. De Ford Mondeo sterft dit jaar uit. De 3-serie is BMW’s fundament, de kern van hun gamma, omdat enkele modelgeneraties geleden de archetypische Passat-, Vectra- of Mondeo-rijder automatisch doorgroeide naar een baby-Bimmer.

Dat was ongeveer rond de tijd dat Skoda onder de moppentapperij uit kroop en met een flinke cash-injectie van VW begon op te leven. En zoals een mens 85 procent van zijn DNA deelt met een zebravis, is ook duidelijk dat de Skoda Octavia achter zijn grille genetisch nagenoeg identiek is aan een Audi A3. En het meeste waaruit een A1 is opgebouwd, zou je zo in en op een Fabia kunnen toepassen.

Het is geen schande meer om Skoda te rijden

Skoda is nu een legitieme en sympathieke leverancier van auto’s die een slimme keuze vertegenwoordigen en waarvoor je geen excuses meer hoeft te maken. Audi’s hebben nog altijd een bepaald cachet. De dag volgt op de nacht. De wereld is volkomen logisch.

Maar nu we het elektrische tijdperk betreden, zullen de premiummerken een stuk harder moeten werken om hun voortbestaan te rechtvaardigen. Een goed voorbeeld is deze tweeling op het MEB-platform van de Volkswagen Groep. De batterij-aangedreven in- en uitschuifbare basis waarop ook VW’s eigen ID.3 hatchback en ID.4 crossover staan, heeft zoals verwacht twee nieuwe stiefkinderen voortgebracht. De Enyaq iV – Skoda’s eerste volledig elektrische SUV – en de Q4 e-tron, Audi’s kleinste en meest betaalbare EV tot nu toe.

Skoda en Audi verschillen onderhuids niet veel meer

Dit zijn de harde feiten. De Skoda gebruikt dezelfde accu’s als de Audi. Hij heeft dezelfde motoren met dezelfde naadloze performance. Ze zijn bijna even zwaar. Beide hebben digitale displays, led-verlichting en dezelfde zwik rijhulpjes.

En toch: waar je de goedkoopste Audi Q4 e-tron kunt kopen voor 48.155 euro (44.400 euro in België), ligt de instapprijs van de Skoda Enyaq iV maar liefst 6.000 euro lager (net geen 3.000 euro in België). En dan komt de Skoda nog iets verder op een lading ook, hij laadt een fractie sneller op, en in Nederland valt een groter deel van zijn aanschafprijs onder het gunstige bijtellingtarief als je ’m zakelijk rijdt.

We testen de Audi Q4 40 e-tron S Edition tegen de Skoda Enyaq iV 80 Sportline

De twee testauto’s die we hier hebben, zijn (uiteraard, zouden we bijna zeggen) geen instapmodellen. Deze Q4 e-tron is een S Edition, met de grotere van de twee beschikbare accupakketten (77 kWh bruikbaar) en de krachtigste motor: 204 pk op de achterwielen. Als je een snellere Q4 wilt, zul je voor vierwielaandrijving moeten gaan. Daarvoor betaal je enkele duizenden euro’s extra.

Maar deze 40 e-tron S Edition is zo ook al een auto van ruim 60.000 euro. De Skoda daarentegen, ook met 77 kWh en 204 pk, in de luxe Sportline-uitvoering, kost circa 53 mille zonder extra opties.

Skoda zet ook in op de opties

Dit is waar het een ietwat lastig verhaal wordt. Skoda is namelijk op de Audi-toer gegaan. Te veel van de talenten die de Enyaq herbergt, zijn optioneel. Wil je niet laden met een achterhaalde 50 kW, maar met 125 kW (waardoor je 80 procent lading binnenhaalt in 34 minuten), dan mag je bij het samenstellen van je Skoda een meerprijs betalen. Adaptieve cruisecontrol – altijd prettig tijdens lange, stressvolle familietrips met z’n vijven – is een optie van 850 euro, of 1.150 euro als je ook stuurhulp en automatisch afremmen voor bochten wilt. Ook zoiets typisch: waarom is een kofferbakmat niet standaard op een familieauto van dik 50 ruggen?

Natuurlijk vind je in de Enyaq enkele typische simply clever-foefjes. Er zitten paraplu’s in de voordeuren, de achterklep bevat een ijskrabber, de bekerhouders grijpen flessen vast zodat je ze met één hand kunt openen, en het beste van alles: de hoofdsteunen achterin hebben uitklapbare ‘vleugels’, zodat je hoofd niet alle kanten op glijdt als je een tukje wilt doen. Gevolg: goed uitgeruste passagiers zonder nekkramp. Geniaal. Geen van deze dingen krijg je – standaard of optioneel – in de sobere Audi.

Audi is minder premium geworden

Maar waar Audi’s interieurs altijd feilloos luxueus waren, zijn er hier wel een paar misstapjes te bespeuren. In deze testauto met 1.500 kilometer op de teller zitten de glimmend zwarte pianolakaccenten rond de transmissieknop en touchpad al onder de stof, krasjes en vette vingers. En deze plastic Pride Rock blokkeert ook nog eens half de toegang tot de opbergruimte eronder.

Dan is er nog het stuur, het gevolg van twee ronduit verbijsterende beslissingen: de ronduit rare vorm, en de aanraakgevoelige duimpads op de bovenste spaken. Als je het volume of het radiostation wilt aanpassen, moet je je ogen van de weg halen om te zien wat je aan het doen bent. Wij dachten dat ‘premium’ betekende dat een product doordacht was en moeiteloos te gebruiken, als een iPod nano of een Pure-radio.

Is de Audi nog wel hoogwaardiger?

Om eerlijk te zijn: het is lastig om iets aan te wijzen dat in de Skoda minder geslaagd aanvoelt, oogt of ruikt dan in de Audi. Tja, er zitten wat minder metalen flapjes in de ventilatieopeningen. Misschien opent de deur van de Q4 zich met een meer tevredenstemmende klik. Maar rechtvaardigt het een verschil van duizenden euro’s? Echt niet.

We zijn bijna over de helft van deze test en hebben belangrijke zaken als bagageruimte, interieurruimte en hoe-rijdt-ie-eigenlijk nog niet aangekaart. Dat heeft een goede reden: deze twee auto’s zijn op dat vlak haast niet uit elkaar te houden.

De bagageruimte van de twee EV’s

Het hoekiger achterste van de Skoda zorgt voor een iets groter kofferruim, en de spelonk onder vloer om je laadkabels in op te bergen is makkelijker te bereiken. Beide hadden eigenlijk plek onder hun voorklep moeten hebben voor die kabel. Maar nee: daar zit het al vol met elektronische abracadabra.

Volwassenen die achter volwassenen zitten: geen enkel punt in beide auto’s. De Skoda heeft iets meer glasoppervlak. Je kunt al een coupé-achtige versie van de Audi bestellen, die Sportback heet. Een gladde Skoda-kopie volgt binnenkort. Verrassing!

De verschillen in comfort

Bij een dag lang wisselen tussen deze auto’s lopen hun gedragingen in elkaar over. Ze komen vlot van hun plek, maar hebben weinig fut over voor inhaalmanoeuvres. Het onderstel van de Audi is een fractie straffer. De (optionele) adaptieve dempers van Skoda zijn wat wolkiger in de Comfort-stand.

Het lage zwaartepunt van de batterij weet de forse rijhoogte tot een bepaald punt te compenseren, maar geen van beide crossovers is immuun voor rolneiging in bochten. Ze weten je niet echt actiever bij het rijden te betrekken en bieden niet meer grip dan een Q5 of Kodiaq. Beide zijn indrukwekkend stil. Enkel wat turbulentie rond hun bonkige spiegels verstoort de rust.

Het verbruik van de Skoda Enyaq en de Audi Q4 e-tron is hetzelfde

Met zowel de Audi als de Skoda halen we 4,5 kilometer per kWh bij snelwegsnelheden, wat al snel toeneemt tot 4,8 kilometer wanneer we langzamer door dorpjes rijden en wat energie kunnen terugwinnen. Beide auto’s weten niet wat een one-pedal modus is, omdat je geen stevige regeneratie wilt toepassen als er alleen op de achteras een motor ligt. De actieradius blijkt op een milde herfstdag voor beide auto’s tussen de 370 en 390 kilometer te liggen. Audi claimt 494 kilometer, Skoda 510.

Dus: twee wel heel direct aan elkaar gewaagde auto’s, in de basis solide en verheven familietransport, met een paar onhandigheidjes. Maar als je ons nu vraagt waarom we extra geld zouden betalen voor een EV met een chique badge versus een EV van het supermarkthuismerk met exact dezelfde ingrediënten, dan staan we met onze mond vol tanden. Wat moet er nu van het premiumspul worden? Hoeveel waarde hecht jij aan een logootje? Grappig hoe het rijden van een Skoda er vroeger op duidde dat je niets van auto’s wist, of er in ieder geval niets om gaf. Met de Enyaq is het exact omgekeerd. Het is de EV voor weldenkende familiemensen.

Vonnis: Audi Q4 40 e-tron S Edition vs Skoda Enyaq iV 80 Sportline

01: Skoda Enyaq iV (16/20)

Hetzelfde, maar goedkoper. Flink verschil in aanschaf- of leaseprijs. Een praktische auto voor praktische mensen

02: Audi Q4 40 e-tron S Edition (14/20)

Lijkt beter in elkaar gezet dan VW’s ID.4, maar heeft niet echt iets dat voor hem spreekt, buiten de badge mit grille

Specificaties Skoda Enyaq iV 80 Sportline (2022)

Motor: 1 e-motor, RWD
Vermogen: 204 pk
Acceleratie: 0-100 8,2 s
Koppel: 310 Nm
Actieradius (opgave): 510 km
Topsnelheid: 160 km/u
Gewicht: 2.090kg
Accugrootte: 82 kWh / 77 kWh bruikbaar
Bagageruimte: 585 l 1.710 l (bank omlaag)
Prijs: € 53.080 (NL) / € 52.165 (B)

Specificaties Audi Q4 40 e-tron S Edition (2022)

Motor: 1 e-motor, RWD
Vermogen: 204 pk
Acceleratie: 0-100 8,2 s
Koppel: 310 Nm
Actieradius (opgave): 494
Topsnelheid: 160 km/u
Gewicht: 2.050kg
Accugrootte: 82 kWh / 77 kWh bruikbaar:
Bagageruimte: 520 l 1.490 l (bank omlaag)
Prijs: € 61.410 (NL) /€ 60.710 (B) – Edition One