We weten niet hoe vaak we het je op deze pagina’s al verteld hebben, maar ‘tot vervelens toe’ is een bescheiden schatting: méér dan pak ‘m beet 200 pk in een voorwiel aangedreven auto stoppen is onzin. Om niet te zeggen complete waanzin.
Een auto vooruit duwen, zoals een achterwiel aangedreven auto doet, gaat nu eenmaal een stuk makkelijker dan een auto trekken én van richting veranderen, de taak waar voorwielen nu eenmaal ook mee opgezadeld zijn. Het gaat bij én sleuren én sturen én meer dan 200 pk eigenlijk altijd mis: rechtuit gaat het nog wel, maar als je niet bij elke bocht vooral rechtdoor wilt gaan zul je heel voorzichtig met het gas moeten omgaan. Dat gaat enorm ten koste van het rijplezier – en gunst: laat dat nou net de reden zijn dat je in zo’n soort auto geïnteresseerd bent. Nee, het klinkt cool, maar een heel enkele uitzondering daargelaten (Golf GTI, Focus RS, sommige RenaultSports), moeten we je adviseren bij zo’n auto te volstaan met het ophalen van de schouders en een stevige heroriëntatie: minder pk’s of een andere soort aandrijving.
Je kunt je dus een voorstelling maken van onze reactie toen Seat meldde een Leon te hebben staan met niet minder dan 310 pk vermogen. Op de voorwielen ja. 310 pk! Dat is nog meer dan waar de WTCC-Leon van Tom Coronel het mee moet doen! Mocht je op straat een verwarde oude man in een toga tegenkomen die claimt Homerus te heten en zegt door een keihard gelach uit zijn dood te zijn gewekt, wil je hem dan onze excuses overbrengen? Maar intrigeren doet het natuurlijk wel, dus we zijn het rijdende brok fysicaverachting toch even gaan ophalen.
Aan de looks van de Leon Cupra 310 Limited Edition zal het niet liggen – die zijn imposant genoeg. Zeker de combinatie van de witte carrosserie met de zwarte accenten (grille, spiegels, bumpers, mistlamproosters en vooral de dikke 18-inch wielen) doet het uitstekend. Aan de andere kant: veel werk is verder niet gemaakt van het uiterlijk van Het Beest – op de wielen na is het ‘gewoon’ een Leon Cupra. Knap hoor; we kunnen ons best voorstellen dat er bij Seat een enorme aandrang is geweest om de auto van voor tot achter onder de spoilers te hangen, ‘om het speciale, ultrasportieve karakter van de Leon te benadrukken’. Het siert ze dat ze zich hebben kunnen inhouden.
‘Inhouden’ is echter wel het laatste wat bij de heren en dames is opgekomen als het op puur presteren aankomt. Niet alleen het vermogen van de tweeliter viercilindermotor is (met dank aan de Duitse tuner Abt, die er een specialiteit van maakt VAG-auto’s tot grote vermogenshoogten te brengen) akelig toegenomen, ook het koppel steeg als een vuurpijl: van 300 naar, jawel, 420 Nm. Daarbij komt dat koppel al vroeg in het toerenverloop tot volle wasdom; je hoeft deze Cupra 310 dus niet eens telkens over de kling te jagen om het maximale eruit te halen. Voorbeeldje: een inhaalactie van 80 naar 120 km/u hoeft niet langer dan 3 miserabele secondetjes te duren. Wat je zegt: angstaanjagend snel. Maar doe het zelfde kunstje in z’n 5 en je doet er slechts 2 hele tellen langer over. Niet per definitie leuker, maar zeker zo indrukwekkend.
Toch zul je vaker even naar de pook grijpen als je ergens langs wilt, gewoon omdat het zo verslavend leuk is. Met het gaspedaal geef je niet gewoon gas, je detoneert een explosief waarvan je alleen maar kunt hopen dat het nooit in Noord-Koreaanse handen valt. Als bestuurder voel je je opeens erg verwant met Crazy Harry, dat hysterisch lachende mannetje dat in de Muppet Show altijd dingen aan het opblazen was. En de Cupra 310 kan er maar geen genoeg van krijgen. De weg is altijd te kort, de wetten altijd te streng, het aantal medeweggebruikers altijd te groot. Daarbij: waar je ook rijdt, hoe hard je ook rijdt, deze Seat wil altijd meer. Hij is inhaliger dan een Amerikaanse bankier en moeilijker tevreden te stellen dan een verwende kleuter op Sinterklaasavond. Op de een of andere manier geef je ‘m nog veel te vaak zijn zin ook.
Het verbazingwekkende van deze Leon is echter niet eens dat totaal maniakale karakter – met zoveel vermogen uit een tweelitertje kun je haast niet anders verwachten. Nee, het magische is dat-ie je helemaal niet het gevoel geeft op stap te zijn met de psychotische bijlmoordenaar die hij deep down natuurlijk wel is. Uiteraard glijdt hij wat rechtdoor bij overenthousiast gas geven in bochten, maar het valt mee – het valt zelfs enorm mee. We kennen auto’s met iets meer dan de helft van het vermogen van de Cupra 310, die dubbel zoveel moeite hebben fatsoenlijk een bochtje door te komen. Vooropgesteld dat je je rechtervoet een beetje onder controle hebt, is het met deze auto nog niet eens zo moeilijk om schroeiend hard te rijden. O, en dan moet het niet ook nog eens gaan regenen, want dan wordt normaal rijden beheersing op de vierkante nanometer.
Vooruit, een paar kleine minpuntjes dan: de besturing zou wat steviger mogen zijn, dat zou die beheersing en de controle zeer ten goede komen. Misschien dat men trouwens nog even bij de concernburen van Volkswagen kan langs wippen om te vragen hoe zij die mooie diepe grom in bijvoorbeeld de Golf GTI hebben gekregen – de Leon klinkt nogal rauw en snerpend, en dat zou een stuk leuker kunnen. Verder dateert deze Leon van vóór de recente facelift, wat je vooral aan het betrekkelijk goedkope interieur goed kunt merken. Maar hé: een echte Limited Edition (er worden er maar 100 gemaakt), met Cupra 310 redelijk beheersbare en toch uitzinnige pk’s, met plaats voor vier personen (beter van niet trouwens; je rijdt ze in minder dan geen tijd kotsmisselijk) én bagage, en dat voor een spotprijs van 32.995 euro? De enige die nog gekker is dan degene die daar dan over gaat zeuren, is degene die ‘m niet koopt.
Reacties