BMW 330e vs Mitsubishi Outlander vs VW Passat GTE

Zijn plug-in hybrides eigenlijk méér dan alleen maar een automobiele manier om belasting te ontwijken? Twee verjongde Duitsers nemen het op tegen de onwaarschijnlijke publiekslieveling. Maak je klaar voor de strijd: BMW 330e vs Mitsubishi Outlander vs VW Passat GTE. Vreemd stel bij elkaar, niet? Traditioneel zou een BMW 3-serie het opnemen tegen andere vrolijke-vertegenwoordigersauto’s als de Audi A4 en de Alfa Romeo Giulia. Een Volkswagen Passat bestaat vooral om de man in de Ford Mondeo iets te geven om naar te verlangen in zijn leven. En de Mitsubishi Outlander is het automobiele equivalent van de outdoor-wandelschoenen en de nylon-donzen jassen die in de bakken in de middelste rij bij de Aldi liggen. Je wilt eigenlijk een Land Rover, maar eh, zo’n Outlander – hij is bijna de duurste van dit trio, maar het is toch net even te veel auto voor te weinig geld om ’m te kunnen laten staan. Deze auto’s zijn dus geen rivalen. Of toch wel? Toch wel, want voorzie je een auto van een stekker, dan vervagen plots de grenzen tussen segmenten en voorkeuren. Deze drie vormen de frontlinie van de plug-in hybride gezinsauto-oorlog. De geheel nieuwe BMW 330e, de substantieel herziene VW Passat GTE en de oudere, maar nog altijd populaire Mitsubishi Outlander PHEV vechten een felle strijd uit op de plug-inmarkt rond de 50 mille. Ze rapen ook de restjes op die de diesels achterlaten, qua verkopen. De tijd van de auto met twee motoren is nu echt aangebroken, dat lijdt geen twijfel, zelfs al is de hype er sinds de laatste belastingherzieningen in Nederland wel een beetje af.

De praktische vragen

Wat is de actieradius? Hoe vaak moet ik ’m inpluggen? Is ie zo zwaar dat mijn oprit (je hebt toch wel een oprit? ’s Nachts laden vereist dat eigenlijk wel) zal gaan verzakken? Al die vragen, en meer, gaan we zo beantwoorden. Maar eerst gaan we… naar de Mitsubishi. Het is in deze hoedanigheid de oudste auto van het stel. De Outlander PHEV heeft het merk Mitsubishi in Europa op heroïsche wijze doen overleven sinds 2013, maar kreeg in 2018 krachtiger elektromotoren en een beter accupakket. Hij heeft meer facelifts ondergaan dan Mickey Rourke, met eendere resultaten. Maar de dubieuze styling noch het belegen merk hebben ’m ervan weerhouden zich tot een fenomeen te ontwikkelen. Het is een uiterst populaire plug-in hybride, ook in de landen om ons heen.

‘We denken niet dat een diesel-SUV met zeven zitplaatsen heel veel zuiniger zou zijn geweest’

Zoals Ford de Mustang klaarmaakte voor de boomers, zo was Mitsubishi precies op tijd met dit ding. Een SUV-vormig geval met weinig uitstoot was helemaal bijdetijds. Zelfs nu, zeven jaar na z’n introductie, hebben merken als Audi, Land Rover en Ford het moeilijk om ’m bij te benen. Dat is verrassend. Ronduit schokkend is het zelfs dat deze auto niet puur en alleen een rollend stuk belastingvoordeel is met een achteruitrijcamera. Hij is best oké. Uiteraard zit je hoog. Goed zicht, dus. De Outlander is prima hanteerbaar – nauwgezet en makkelijk te plaatsen dankzij z’n vierkante vorm. De besturing is extreem licht, dus ook in de stad is hij makkelijk te rijden. Hij is niet in het minst sportief, een steeds zeldzamer eigenschap, maar dat is dan ook op geen enkele manier de bedoeling van de Outlander.

Hij helt flink over in bochten en binnenin merk je dat ook, maar oncomfortabel is dat uiteindelijk niet. De slanke, aan de stuurkolom bevestigde flippers zijn de instrumenten waarmee je het regeneratieve remmen kunt instellen (er zijn vijf standen). Want er zijn geen versnellingen, alleen een CVT-automaat. Dankzij de bruikbare elektrische boost schiet de auto vlot vooruit, zonder dat de turboloze 2,4-liter motor daar al te hard voor hoeft te werken.

Het verbruik van de Mitsubishi Outlander PHEV

Tijdens twee ritten door voornamelijk stadsverkeer bij een frisse temperatuur, startend met volle accu’s, verbruikte de Outlander gemiddeld 6,7 l/100 km. We gebruikten onze elektriciteit tactisch: de accu’s spraken we aan waar het verkeer kroop en stotterde, hybride op de snelweg, en weer over op e-vermogen zodra we terug de stad in gingen. Met de verwarming en de airco aan konden we 30 kilometer op elektra rijden. De fabrieksclaims zijn dus ook in dit e-geval veel optimistischer dan de werkelijkheid, maar we denken niet dat een dieselende SUV met zeven zitplaatsen heel veel zuiniger zou zijn geweest in deze drukke verkeerssituaties.

‘De Passat is een erg intuïtieve, behulpzame hybride’

De Passat GTE is ook een gefacelifte en gekietelde machine. In deze vorm is hij onder ons sinds 2015, maar hij kreeg afgelopen herfst een Donatella Versace-behandeling. Na dieselgate zette VW hoog in op het hybride vlaggenschip: de GTE kreeg een 13,6-kWh accupakket, waardoor z’n elektrische actieradius met 40 procent toenam. De officiële VW-claim is dat hij 56 kilometer toe zou moeten kunnen op louter elektra. Als je de 1,4-liter viercilinder turbomotor bijschakelt (ja, de motor is een volle liter kleiner dan die van de Mitsubishi), zou het gecombineerde vermogen van 218 pk de hele 1.730 kilo van 0 naar 100 km/u moeten kunnen jagen in een rappe 7,4 seconden.

De VW Passat GTE is zuinig

De sportieve GTE-modus lijkt leuk en aardig, tot je je realiseert dat de BMW 75 pk krachtiger is, 70 kilo lichter en 1,4 seconde minder nodig heeft naar de 100 km/u. Maar de VW is niet voor één gat te vangen. Want wie niet sterk is, et cetera: z’n verbruik is spectaculair. In de e-modus is ie niet veel spaarzamer dan de Mitsubishi, met 4,0 kilometer per kWh tegen 3,7 voor de SUV. Maar het grotere accupakket betekent dat we 50 hele kilometers konden rijden op e-vermogen. En op dezelfde forensenroute die we net beschreven, verbruikte hij maar 4,0 l/100 km – onder identieke omstandigheden.

De Passat is een erg intuïtieve, behulpzame hybride. Trek aan de DSG-pook en hij gaat meteen van de D-stand, die je in een vermogensvacuüm doet belanden als je van het gas gaat (handig op de snelweg), naar de B-stand. Die maximaliseert regeneratie zodat je geleidelijk en soepel langzamer gaat zonder het rempedaal aan te raken – ideaal als je geconcentreerd door de stad rijdt. Elke keer als je ’m start, staat ie in de e-modus, dus je buren hebben geen last van je als je voor dag en dauw wegrijdt. Het is iets ingewikkelder om ’m als hybride te rijden dan we zouden wensen. Tik op de e-modusknop, selecteer vervolgens Hybride in het touchscreen en kies tot waar op de schaal je het accupakket wilt gebruiken. Wil je ’m helemaal leegrijden, iets voor later bewaren of bijladen via de verbrandingsmotor (het minst efficiënte gebruik van brandstof sinds de Deepwater Horizon-ramp)?

Afkeer van benzine

De Passat maakt ook indruk door z’n desperate pogingen om zonder benzine door te jakkeren als de accu’s leeg zijn. Elke keer als je het rempedaal hebt aangeraakt, zal hij als je weer op het rechterpedaal gaat een seconde of twee op e-vermogen rijden, alvorens weer over te gaan op benzine. Zelfs zonder accuhulp wisten we op een zeker moment 8,0 l/100 km te halen. Het is geen auto met een gespleten persoonlijkheid, wat de GTE-modus ook belooft. De besturing is inert, de motor gedraagt zich als een gillende keukenmeid, en de hele auto raakt buiten adem en ongemakkelijk als je ’m van jetje geeft. Daar komt bij dat je je elke keer als je de motor echt wat te doen geeft schuldig voelt. Je stelt jezelf, Al Gore en Greta teleur. Dat is een rotgevoel.

‘Bijladen via de benzinemotor is het minst efficiënte gebruik van brandstof sinds Deepwater Horizon’

Plezier en genoegen beleef je in de Passat vooral door tactisch om te gaan met de hulpbronnen aan boord. Met andere woorden: door uit te kienen hoe ver je kunt komen met zo weinig mogelijk brandstof. Het is een comfortabel en onopvallend voertuig, maar een doorsnee ritje van 20 kilometer is het een geweldig ding.

De BMW 330e draait om de rijervaring

De BMW 330e is in veel opzichten exact tegenovergesteld. Je zit laag, met je benen gestrekt. De motor maakt een fabuleus raspend, diep geluid. De M Sport-uitvoering ziet er krachtdadig uit met al z’n M-badges en z’n dubbele uitlaten, en is dat ook, met z’n maximum van 292 pk op de achterwielen – hij is echt snel. Althans, totdat de XtraBoost-functie de 12 kWh onder de achterbank heeft leeggetrokken; dan is ie ineens sloom. De aantrekkingskracht van de 330e – en dat is meteen ook de valkuil – is dat ie erop staat om serieus te worden genomen als echte BMW. Hij torst 200 kilo extra mee, maar hij wil per se een rijdersauto zijn. Daardoor is ie drukker, is de besturing zwaarder en is de respons bijna cartoonachtig alert. Dat zorgt ervoor dat hij in dit gezelschap aanvoelt als een halve racer, maar al die zaken maken ’m wel wat vermoeiend als je na een lange dag in de file staat.

Op z’n best verbruikte de 330e net geen 5,0 l/100 km, maar de accu’s waren eerder leeg dan die van de relaxte Passat. Daarna had de BMW moeite om nog de 1 op 10 te halen. Vreemd genoeg doet hij alleen aan regeneratief remmen wanneer het pedaal wordt ingedrukt. Hij lijkt wat dat betreft in niets op de i3, die is ontworpen om gereden te worden als een auto met maar één pedaal. Dat zorgt ervoor dat hij natuurlijker aanvoelt, maar het is uiteraard ook een concessie aan tijden die spoedig achter ons zullen liggen. De e-BMW kan de compromissen die zijn gedaan ook niet verbergen: de laadruimte is met 100 liter gekrompen ten opzichte van een standaard 3-serie. Ook meet de benzinetank maar een pathetische 40 liter, in plaats van de 59 liter van de 320d. Dan nog even de kleine lettertjes. Via je eigen verlengsnoer duurt het vijf uur om de Outlander en de Passat op te laden. De 3-serie heeft een uur minder nodig. Ofwel: reken op 3,5 respectievelijk 2,5 uur bij een 3,6-kW lader.

Vonnis: BMW 330e vs Mitsubishi Outlander vs VW Passat GTE

De Mitsubishi eindigt derde, maar met een pluim van de meester. De aandrijving is slim en behendig, hij zit goed in z’n spullen en hij is, uiteraard, enorm ruim. De cabine is overigens vreselijk en moet door de Japanners subiet onder handen worden genomen. De BMW en de VW liggen dicht bij elkaar. De 3-serie is de meer begeerlijke, aantrekkelijke auto om in te zitten en te rijden. Maar de Passat is zuiniger en maakt beter gebruik van de bronnen van moedertje natuur. Is het je eigen geld, neem dan de 3-serie. Ga je ondanks de weggevallen belastingvoordelen toch zakelijk plug-in hybriderijden? Ga dan voor de Passat. 01. Volkswagen Passat GTE Saai, maar wel de hybride die goed is voor het milieu. Zuinig en groen – en makkelijk in gebruik 14/20 02. BMW 330e Veruit de leukste om te rijden. Iets te stevig, maar biedt hoop: misschien worden niet alle auto’s witgoed 14/20 03. Mitsubishi Outlander PHEV Een gedateerde auto die een aardige aandrijving omhult. Heb je echt een SUV nodig, dan is dit een goede keus 12/20

Specificaties Volkswagen Passat 1.4 TFSI GTE Business (2020)

Motor
1.395 cc
viercilinder turbo hybride
218 pk
400 Nm

Aandrijving
voorwielen
6v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 7,4 s
top 222 km/u

Verbruik (gemiddeld, WLTP)
1,3 l/100 km
29 g/km CO₂ (A-label)

Afmetingen
4.775 x 1.832 x 1.483 mm (l x b x h)
2.786 mm (wielbasis)
1.730 kg
50 l (benzine)
586 / 1.152 l (bagage)

Prijzen
€ 49.630 (NL)
€ 48.250 (B)

Specificaties BMW 330e (2020)

Motor
1.998 cc
viercilinder turbo hybride
292 pk
420 Nm

Aandrijving
achterwielen
8v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 5,9 s
top 230 km/u

Verbruik (gemiddeld, NEDC)
1,6 l/100 km
36 g/km CO₂ (A-label)

Afmetingen
4.709 x 1.827 x 1.444 mm (l x b x h)
2.851 mm (wielbasis)
1.715 kg
40 l (benzine)
375 l (bagage)

Prijzen
€ 53.745 (NL)
€ 52.450

Specificaties Mitsubishi Outlander PHEV S-Edition (2020)

Motor
2.360 cc
viercilinder hybride
240 pk
300 Nm

Aandrijving
vier wielen
traploos

Prestaties
0-100 km/u in 10,5 s
top 170 km/u

Verbruik (gemiddeld, NEDC)
1,8 l/100 km
40 g/km CO₂ (A-Label)

Afmetingen
4.695 x 1.800 x 1.703 mm (l x b x h)
2.670 mm (wielbasis)
1.855 kg
45 l (benzine)
463 / 1.613 l (bagage)

Prijzen
€ 52.490 (NL)
€ 54.990 (B)