Welke Europeaan wil er nou een Cadillac? Veel zijn het er niet, dat is zeker, maar toevallig hebben we er op de TopGear-redactie eentje rondlopen. Hij is helemaal weg van deze ATS. We zoeken uit waarom, in vredesnaam.

Dat je in iets bijzonders wilt rijden: prima. Dat je daarom je toevlucht zoekt bij een merk dat je op dit continent niet bepaald vaak ziet: ook begrijpelijk. Maar hoe kan het dan gebeuren dat je uitkomt bij Cadillac? Waarom niet een ingetogen Lexus, een stijlvolle Infiniti of iets anders waarmee je niet aan de wereld verkondigt dat je te veel hamburgers eet en een oogje hebt op je nicht?

Je moet weten dat onze collega-redacteur, laten we hem voor het gemak Billy Bob noemen, eigenlijk een stiekeme Amerikaan is. Hij gaat een aantal keer per jaar die kant op en komt dan gelukzalig terug met een paar roestige kentekenplaten voor aan de muur van z’n huiskamer en een paar extra kilo’s om er weer moeizaam af te werken. Hij heeft een veel te groot oud V8-barrel waar ie vaker onder ligt dan in rijdt. Zijn kat is vernoemd naar een bekend whiskymerk. Hij kan goed overweg met Richard Hammond.

Echter, Billy Bob is niet op zijn achterhoofd gevallen. Hij schrijft niet voor niets voor TopGear; hij ziet heus het onderscheid tussen een goede auto en een nutteloze homp staal die de wereld een grotere dienst zou bewijzen als was-droogcombinatie. Dus toen hij na een rit in de Cadillac ATS lyrisch ons hoofdkantoor kwam binnenstormen, brullend dat hij er ooit een moest hebben, wisten we niet zeker of dit was toe te rekenen aan zijn door sterren en strepen bevangen hart of aan de kwaliteiten van de Cadillac zelf. Het eerste zou voor de hand kunnen liggen; het maakt op zijn minst nieuwsgierig naar het tweede.

Onlangs heeft het merk in Europa de ATS Coupé geïntroduceerd. Voordat Billy Bob hier lucht van kreeg hebben we hem jubelend op een vliegtuig naar Texas gezet zodat we zelf poolshoogte konden gaan nemen. Eens zien wat hij ziet in dit hoekige glimgeval.

Het moet gezegd: een meer Europese Cadillac dan deze zijn we nog niet eerder tegengekomen. Met uitzondering van die ene verbouwde Saab dan. De scherpe origami-vormgeving zal niet ieders smaak zijn; in ieder geval valt het te prijzen dat het geen zouteloze kopie is van iets wat een ander merk al doet. Cadillac heeft de vooruitziende blik gehad om de ATS met enorme V6 in Detroit te laten en hier alleen de 2,0-liter turbomotor te gaan voeren. Voor de Coupé hebben ze ‘m iets aangepakt: hij levert nog steeds een gezonde 276 pk, maar het koppel is opgevoerd van 353 naar 400 Nm. Ook zagen ze er weinig heil in om de handbak te blijven leveren dus elke ATS Coupé komt nu met een zestraps automaat. De prijzen in Nederland beginnen bij 53.961 euro voor de behoorlijk complete instapper en lopen op tot 67.815 euro voor een afgeladen topversie met vierwielaandrijving. Een BMW 428i is goedkoper, als je ‘m tenminste niet op hetzelfde uitrustingsniveau als de ATS wilt hebben.


Cadillac meldt dat de auto dankzij slim gebruik van lijmtechnieken en ultrasterk staal zo’n 42 procent stijver is dan de CTS Coupé, hun vorige tweedeurs blikvanger. De spoorbreedte is vergroot ten opzichte van de sedan en er zijn allerlei herkenbare componenten waar we best blij van kunnen worden, zoals remmen van Brembo en besturing van ZF. Het interieur oogt netjes en verzorgd, het slick uitziende CUE-systeem met groot aanraakscherm werkt nu vlotter (maar nog niet iPad-achtig vlot) en kent Siri Eyes Free. Als je een smartphone hebt die het aankan, kun je ‘m in de ATS draadloos opladen via een powermat in het dashboard.

Tot dusver allemaal leuk nieuws. Tijd om te rijden. In de omgeving van Keulen pakken we wat provinciale wegen waarbij opvalt dat de viercilinder niet heel wild uit de startblokken komt. Naar de turbo-kick moeten we zoeken; ook al is de ATS lekker snel, hij accelereert geleidelijk, dus het voelt allemaal wat minder explosief dan je op basis van de specificaties zou verwachten. De motor klinkt diep gevooisd tot 4.500 à 5.000 toeren, daarboven wordt ie wat luid en rasperig. Dat zijn we snel vergeten als we een serie bochten in duiken.

Het onderstel van de ATS is stevig afgesteld en maakt dat hij trefzeker en gebalanceerd aanvoelt. We rijden een variant met Magnetic Ride Control, dat – de naam zegt het al – met magnetische trucjes vliegensvlug de demping aanpast aan het wegdek. Later proberen we een versie met het standaard onderstel en ook die valt allerminst tegen. Niks deinen of zweven: de ATS rijdt zo snaarstrak als ie er uitziet. De gewillige, scherpe besturing helpt daar ook bij, zeker als je de Sport-modus inschakelt, waarmee er net wat meer zwaarte aan het geheel wordt gegeven. De automaat reageert niet onder alle omstandigheden even kwiek, wat we oplossen door zelf tegen de flippertjes te tikken.

De ATS Coupé heeft ons verrast. Ja, hij heeft zo z’n zwakke punten. Je moet niet achterin willen zitten, zowel omdat er weinig hoofdruimte is als omdat je in een vliegende spagaat over de gordel heen moet kukelen om erin te komen. Je moet houden, of leren houden, van de uitgesproken styling, de geestige, argwanende blikken van omstanders als je uitstapt en de kwebbelende nieuwsgierigen die komen vragen ‘wat zoiets nou zuipt’ als je ‘m staat vol te tanken. Dat zijn van die dingen die erbij horen als je je in iets onalledaags verplaatst.

Onalledaags zal ie ook wel blijven, deze Cadillac. Hij valt nou niet echt in een prijscategorie waarin je voor de grap eens een gokje waagt. Aan de andere kant spreken z’n goede eigenschappen voor zich, en in deze uitvoering maakt ie alvast meer kans om zieltjes te winnen dan als sedan. Een tweedeurs coupé is immers het soort auto waarvoor mensen als een blok kunnen vallen. Of we ons dat bij deze ATS kunnen voorstellen? We kennen wel één (door z’n jetlag nu wat knorrig) persoon die alvast aan het sparen is.


Cadillac ATS Coupé 2.0L Turbo Premium



13/20



Motor

1.998 cc

viercilinder turbo

276 pk / 400 Nm



Aandrijving

achterwielen

6v automaat



Prestaties

0-100 km/u in 6,2 s

top 240 km/u



Verbruik (gemiddeld)

8,3 l/100 km

193 g/km CO2

E-label



Afmetingen

4.663 x 1.841 x 1.399 mm (l x b x h)

2.775 mm (wielbasis)

1.602 kg

62 l (benzine)

295 l (bagage)



Prijzen

NL € 63.412 (25%)

BE n.n.b.



Het vonnis

Je moet het lef maar hebben. Zo ja, dan ben je met deze Nürburgring-geteste Cadillac lang niet gek bediend. Koop ‘m en het zal je aan niets ontbreken, behalve aan begrip van je naasten, waarschijnlijk

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)