Geschrokken kijken we van het menuutje met de stoelmassage op naar het stoplicht. Gewoon rood, maar waarom zit iemand zo te toeteren? Zal wel iets Frans zijn. Ogenblikken later rijdt een oude Citroën DS met Franse kentekenplaten ons voorbij en het duimpje van de bestuurder gaat omhoog. Kijk aan, de nieuwe DS 4 is in ieder geval dus goedgekeurd door de echte merkfanaten. En dat snappen we wel. De DS 4 is een nogal eigenzinnig ding geworden, en laat dat nou net de reden zijn waarom de Citrofielen ooit zijn gevallen voor hun merk. Nu is DS natuurlijk geen Citroën, maar de genen zijn onmiskenbaar aanwezig.
Met deze hatchback wil DS de volgende lichting klanten uit hun Duitse premiummodellen sleuren. De DS 4 is geen frontale aanval op de 1-serie, A3 of A-klasse; ze proberen de merken eerder tactisch te flankeren. Waar de Duitsers vooral een sportieve hatchback neerzetten, probeert DS klanten te lokken met comfort, stijl en een flinke hoeveelheid eigenzinnigheid.
Als zelfstandig merk heeft DS nu goed zijn draai gevonden als het gaat om het interieur. De eerste DS-modellen waren vooral Citroëns met de huid van een dure koe als interieur, nu doet het merk zijn stinkende best om echt iets unieks neer te zetten. Al doen ze soms iets te veel hun best, waardoor dingen niet altijd zitten waar je ze verwacht.
Leuke details in het interieur
Grote ventilatieroosters in het midden van het dashboard vonden de designers maar niets, dus die hebben ze ultraslank gemaakt waardoor je ze bijna niet ziet. Ze werken overigens prima. De handgrepen aan de binnenkant zijn een soort horizontaal opengevouwen enveloppen, met het bijkomende effect dat je altijd het leer voelt als je de deur dichttrekt, wat een gevoel van luxe moet geven. Door de onorthodoxe handgrepen moesten de raamknoppen verkassen naar de bovenkant van de deur. Dat voelt aan het begin wat onnatuurlijk, net als de dan weer vrij laag geplaatste deurklinken, maar gelukkig went het allemaal snel.
Op de voorruit projecteert de DS 4 informatie middels een groot en helder head-up display, dat ook geanimeerde instructies laat zien van de navigatie. Het scherm achter het stuur (analoge tellers zijn er niet meer bij) is aan de kleine kant. Niet dat schermen per se altijd groot moeten zijn, maar het oogt goedkoop voor een merk dat zoveel nadruk legt op het bestormen van de premiummarkt.
Het infotainmentsysteem in de DS 4 is minder goed
Het scherm in de middenconsole is ook geen reden om de Duitse alternatieven te laten staan. De graphics zijn in orde, maar het werkt wat omslachtig en nét aan snel genoeg. Zo gebeurt het instellen van de binnentemperatuur via een los menuutje en moet je altijd via het home-scherm terug naar de navigatie. Alles heeft een stapje extra nodig en zaken als de instellingen van de massagestoelen vragen wat zoekwerk (als je ooit nog een goed voorbeeld van een eerste-wereldprobleem zoekt, dit is het). Een oplossing hiervoor is er trouwens wel, want het home-scherm is naar smaak in te delen. Zo is het mogelijk om de verwarming en de navigatie altijd te tonen.
Op de middenconsole plaatst DS nog een schermpje dat fungeert als trackpad waarmee je snelkoppelingen kunt selecteren of letters kunt schrijven om de navigatiebestemming in te voeren. Aan deze kant van de wereld ziet het er vooral erg chic uit (met name door de mooie animatie bij het aanraken), maar in landen als China is het haast een noodzaak, gezien het formaat van het alfabet. De buitenkant is net zo’n gestileerde bedoening als het interieur, met een hoop scherpe lijnen, verzonken handgrepen, een opvallende grille en ingewikkelde achterlichten.
Is de DS 4 ook een beetje comfortabel?
Zoals we al zeiden ligt de focus bij DS op comfort. Het probleem is dat ‘het oog ook wat wil’, dus bij de dikkere versies van de Vier monteert het merk 20-inch velgen. Het zachte onderstel en de stugge wang van de band zijn een ongelukkige combinatie op minder goed asfalt of klinkerweggetjes. De wielen geven elk kiezeltje of richeltje door en de dempers kunnen dat niet lekker wegpoetsen, waardoor het onderstel onrustig en oncomfortabel wordt. Dat de DS 4 het wegdek scant en de dempers aanpast, daar merk je dan niets van. Een rondje in een minder dikke uitvoering op 19-inch spul beviel ons in de Franse dorpjes een stuk beter. Daarbij is het zo dat deze PHEV volgens de onderstelman van DS ‘misschien nog iets stugger is’ dan de versies met alleen een verbrandingsmotor.
Op normaal asfalt is het beter
Bij wat degelijker wegdek (daar hebben we in Nederland gelukkig het meest van) neigt het onderstel richting aangenaam deinen. De stoelen zijn niet alleen vriendelijk voor het oog, ze zitten ook nog eens bijzonder prettig. Het bipolaire karakter dat sommige PHEV’s hebben (baldadige sportauto in de ene modus, comfortkoning in de andere), ontbreekt bij de DS 4. Het onderstel verstijft in de sportstand merkbaar, maar met een hete hatch zul je de DS nooit verwarren. Als we konden kiezen, zouden we de sportstand liever vervangen door een ultracomfort-modus.
De hybride aandrijflijn in deze DS 4 E-Tense vult het gemoedelijke karakter van de auto prima aan. Met 225 pk op 1.628 kilo (toch wel 300 kilo meer dan de instapper) zit er genoeg pit in de hatch voor een knappe inhaalactie, al is de transmissie niet altijd bij de les. Ondanks het directe koppel van de elektromotor moet de automaat altijd even goed overwegen welke versnelling er dit keer aan de beurt is, voordat de auto ook echt begint te versnellen.
Anders dan Opel of Citroën?
Verder onderscheidt de aandrijflijn zich niet per se heel erg van andere Stellantis-producten (Opel, Citroën, Peugeot) als het gaat om souplesse, karakter of geluid. Daarbij moeten we meteen zeggen dat de plug-in Audi A3 zich ook niet heel erg differentieert van de Golf met een stekker.
De goedkoopste DS 4 met 130 pk kost in Nederland 35.450 euro (28.400 euro in België) en is daarmee net iets duurder dan de karigste 1-serie of A-klasse. In België staat er nog een dieseluitvoering in de prijslijsten. Met zijn weggedrag of comfort sleurt de Franse hatchback je niet direct uit de auto’s van de gevestigde orde, maar zeker is dat je geen tweede zoals de DS 4 gaat aantreffen. Zoek je iets unieks in deze prijsklasse, dan is dit de auto die je moet hebben. Bovendien: welk ander merk nodigt klanten uit voor een chocoladeproeverij of een exclusieve rondleiding in het Louvre?
Volledig elektrisch
Deze DS 4 is een van de laatste nieuwe DS-modellen met een benzinemotor. Nog maar drie jaartjes en dan zullen alle nieuwe modellen van DS volledig elektrisch zijn. Ander merken van moederbedrijf Stellantis volgen snel. De bestaande auto’s met een benzinemotor blijven dan nog even in productie, maar zullen rustig aan uitsterven. Van deze hatchback komt in 2024 ook een volledig elektrische versie, waarmee de DS 4 zijn plekje in de toekomstige line-up van het merk verzekert. Veel is er nog niet bekend over de peutloze versie, behalve dat hij technisch ongeveer gelijk zal zijn aan de elektrische Opel Astra en Peugeot 308. Al deze auto’s staan nog op het bestaande EMP2-platform. Stellantis werkt hard aan het nieuwe STLA-platform, waarop onder meer de volgende generatie DS-modellen zal staan. Deze lichting elektrische auto’s van het merk moet maximaal 700 kilometer ver komen op één lading.
Specificaties DS 4 E-Tense 225 La Première (2021)
Motor
1.598 cc
viercilinder turbo hybride
225 pk @ 6.000 tpm
360 Nm @ 2.500 tpm
Aandrijving
voorwielen
8v automaat
Prestaties
0-100 km/u in 7,7 s
top 233 km/u
Verbruik (gemiddeld)
1,3 l/100 km
29 g/km CO2 (A-label)
Afmetingen
4.400 x 1.830 x 1.470 mm (l x b x h)
2.675 mm (wielbasis)
1.628 kg
40 l (benzine)
390 / 1.190 l (bagage)
Prijzen
€ 53.850 (NL)
€ 46.000 (B)
Reacties