Autotest: Infiniti FX50 S

Zijn ze nou helemaal hip, die design-crossovers, of worden ze rechts ingehaald door compacte SUV’s? Infiniti’s FX50 S is de dikste en nieuw op onze markt.

 

Je moet het maar durven om in deze tijden van financiële crisis een voor Europa nieuw luxemerk op de markt te lanceren. Nissans Lexus-na-aperij met de Infiniti lijkt een moeizame start te gaan krijgen. Met vier tegelijk te lanceren modellen hoopt Infiniti een beetje markt van Audi, BMW, Mercedes en ook Lexus in het luxesegment af te snoepen.

 

Voor de sedan, de G37, lijkt me dat een kansloze missie: te Japans van design en – wellicht ook daardoor – te weinig uitstraling. De coupéversie maakt meer kans al moet die het vooral hebben van z’n gunstige prijsstelling ten opzichte van bijvoorbeeld Audi’s A5 of BMW’s 3-coupé. De grootste kans van slagen ligt er voor de crossovers, design-SUV’s of welke leuke naam jij er ook aan geven wilt. Bij Infiniti heten ze FX35 (een kleintje) en de FX50 (gróót), die in mijn ogen met BMW’s X6 dé designtank op de Nederlandse markt is.

 

Ik beperk me hier even tot de FX50, simpelweg omdat die is uitgerust met een heerlijke V8. Je leest de Top Gear weet je nog? Van buiten ziet de FX50 er imposant, glad en vooral agressief uit. Kijk naar de vervaarlijke neus, waar naar mijn smaak iets teveel plastic in de grille is gestopt, de sterk hellende voorruit en de fraai aflopende daklijn. Het angstaanjagende effect dat de FX50 op buitenstaanders kan hebben, wordt visueel nog eens extra kracht bijgezet door de enorme 21 inch wielen. Ontwerp geslaagd.

 

Binnen in dit monster is het allemaal wat tammer, en oogt het ook wat goedkoper. Je vindt wat hout, wat aluminium, wat plastic dat voor een van beide moet doorgaan en gewoon grijs plastic. Hoewel, gewoon is dit soort plastic niet meer, tegenwoordig kun je echt veel betere kwaliteit inkopen – zachter, beter smoelend. Ergonomisch valt er ook nog wel wat te winnen. Maar alles wat je trouwens denkt nodig te hebben in een crossover in deze prijsklasse vind je hierbinnen. Ook van alles dat je nooit nodig zult hebben. De uitrusting is dus rijk.

 

Net als bij de G37 Coupé zal ook de FX50 het moeten hebben van z’n prijs. Alleen met heel veel voor weinig, of ‘alles standaard’ lok je potentiële X6- of Q7-kopers. Met een prijs van 101.980 euro voor de S-versie kan dat best eens lukken, als je in aanmerking neemt dat er bijna niets meer in de optielijst staat. Voor dat bedrag krijg je toch echt een kale Duitse V8-crossover.

 

Het belangrijkste is dan nog dat-ie een beetje rijdt. Een vermogen van 390 pk met een koppel van 500 Nm is veelbelovend, maar daar moet zo’n bovenmaatse ‘style-SUV’ wel raad mee weten. Eh, nou, dat doet-ie. Ondanks z’n gewicht van bijna 2.200 kilo schiet de FX50 zonder enig probleem bijzonder vlot van z’n plaats. Rechtuit is het op elke snelheid prettig en stabiel rijden, de acceleratie is ongeacht de vaart die je op een moment hebt, meer dan prettig.

 

Bochten? Dynamisch. Goed dus. Hé, het ding is wat hoger dan een normale auto, wat zwaarder ook, maar hij stuurt aangenaam, een tikje indirect op snelheden tussen de 50 en pakweg 100 km/u.

 

Ja, de makkelijke conclusie is dat de FX50 niet de dynamiek heeft van een X6 of Cayenne, maar wel die van bijvoorbeeld Audi’s Q7 akelig dicht benadert. Alleen is dat nou niet bepaald een verkooptopper. Voor Audi dan, Infiniti zal met dergelijke aantallen meer dan genoegen nemen. De prijs zal de doorslag geven. En als de diepte van je portemonnee in deze barre tijden bepalend is, dan kun je altijd nog een Qashqai op diesel kopen.