Jaguar XE vs Mercedes C-klasse vs BMW 3-serie

We moeten beginnen met een bericht van verhindering. De gloednieuwe Audi A4 zou in dit gezelschap niet mogen ontbreken, maar helaas is die zo nieuw dat het Audi niet op tijd lukte om een auto beschikbaar te stellen toen we deze test uitvoerden. Om dit een beetje goed te maken, kun je verderop lezen wat wij denken van de vierde generatie A4, op basis van ervaringen die we eerder opdeden. Dit is de Jaguar XE vs Mercedes C-klasse vs BMW 3-serie.

Wat hebben ze gemeen?

Drie auto’s met achterwielaandrijving dus, en alle drie voorzien van een 2,0-liter viercilinder turbodiesel. Natuurlijk valt de 340 pk sterke Jaguar XE S, met de prachtige V6 uit de F-type, beslist niet te versmaden, maar we richten ons nu op zakelijke auto’s die wat beter betaalbaar blijven. Jaguars 2,0-liter turbodiesel uit de Ingenium-motorenfamilie is speciaal ontwikkeld om het op te nemen tegen de Duitse concurrentie, zoals de recent van een facelift voorziene BMW 320d en de Mercedes C 250d. Met de Jaguar moeten we eerst een flink stuk naar het westen rijden om ons bij de andere twee kandidaten te voegen. Een heerlijk ontspannen rit over de snelweg, de zonsondergang tegemoet. Merkwaardig genoeg trekt de XE nauwelijks belangstelling. Na een lange afwezigheid is Jaguar nu terug in het middensegment en dat is in de pers niet onopgemerkt gebleven. Desondanks valt de Jaguar XE in het straatbeeld kennelijk niet echt op. Het succes van deze nieuwe middenklasser is voor Jaguar van groot belang en de XE zal het op overtuigende wijze moeten opnemen tegen z’n – vooral Duitse – concurrenten, willen de ambitieuze plannen die het bedrijf met de XE heeft echt kunnen slagen.

Het infotainment systeem is wat minder

We zijn er nog niet van overtuigd of dat zal gaan lukken. De achterkant van de Jaguar XE is op zich best elegant, maar tegelijk toch wat conservatief vormgegeven. Het is dan ook een gemiste kans dat Jaguar er niet echt iets spectaculairs van heeft gemaakt, zoals dat Alfa Romeo met de Giulia wel is gelukt. Op de redactie zijn we overigens niet unaniem in deze kritiek. Sommigen vinden de diverse subtiele vingerwijzingen naar de F-type in het ontwerp van de XE juist erg geslaagd, dus de tijd zal leren hoe het de nieuwe Jaguar vergaat. Het interieur roept ook gemengde gevoelens op. Het oogt fris, minimalistisch en opgeruimd. De lage zitpositie is geweldig, maar voor vrijwel alle bediening ben je aangewezen op het touch­screen. Dat ziet er best netjes uit, maar het reageert traag en is niet zo intuïtief als je zou mogen verwachten.

Vergeleken bij het spartaans aandoende interieur van de 320d steekt de Jaguar gunstig af, maar zowel de BMW-rijder als de Mercedes-bezitter zullen onaangenaam verrast zijn door het gebrek aan hoofd- en beenruimte achterin de XE en het slechte zicht naar achter. Of deze minpunten de Jaguar XE echt gaan hinderen, moeten we afwachten. Auto’s in deze categorie gaan vrijwel permanent door het leven met één inzittende. De achterbank wordt dus weinig benut en eventueel in het weekeinde meereizende kinderen interesseert het waarschijnlijk geen zier.

Wat verbruiken deze drie sedans?

De XE is beslist een fijne kilometervreter. De Jaguar zoeft majestueus over de snelweg en de ontspannen manier waarop je lange afstanden aflegt, is onovertroffen. Wat een slopende reis had kunnen worden, werd een verkwikkende rit. Was de Audi wel beschikbaar geweest en hadden we dezelfde reis in de A4 gemaakt, dan hadden we ongetwijfeld als neuroten op de buitenste rijstrook lopen jakkeren. De Jaguar weet echter als geen ander te onthaasten en legt je in de watten. Dat het touchscreen niet gevoelig genoeg is om je input meteen bij de eerste invoer correct te interpreteren, is op zo’n moment een schoonheidsfoutje dat je snel vergeten bent. Wat verbruik betreft ontlopen de drie auto’s elkaar niet veel. De BMW en de Mercedes C-klasse noteren op papier een verbruik van 4,0 liter per 100 kilometer en de Jaguar zit daar met 4,2 liter iets boven. Ook het CO2-verbruik ligt dicht bij elkaar. De BMW noteert 106 g/km, de Mercedes 109 g/km en de Jaguar 111 g/km. Voor de BMW gelden deze waarden uitsluitend met 16 inch velgen, waarmee hij de enige in dit gezelschap is die dit jaar nipt in de categorie van 21 procent bijtelling valt. Zodra je in de showroom grotere wielen bestelt, stijgen zowel het officiële verbruik als de CO2-waarden en dat heeft voor zakelijke rijders financiële consequenties.

Kleinere wielen zorgen voor indrukwekkende verbruikscijfers

Zoals we weten, is papier geduldig en het gegoochel met verbruikscijfers en CO2-waarden – om toch maar vooral binnen een gunstige fiscale klasse te vallen – lijkt een ware wetenschap geworden. In de praktijk van deze test bleek de Mercedes het zuinigst. In elk geval was het de auto waarmee wij vrij eenvoudig een gemiddeld gebruik van rond de 1 op 20 konden realiseren. Wanneer je het verbruik en de uitstoot (en dus de bijtelling) echt belangrijk vindt, zijn er van alle drie de auto’s versies verkrijgbaar met minder krachtige motoren en handgeschakelde versnellingsbakken. De CO2-uitstoot is bij die modellen nog wat lager en het gemiddeld verbruik blijft volgens opgave ruim onder de 4 liter per 100 kilometer.

In het huidige ‘klimaat’ is een gezonde dosis scepsis ten opzichte van officiële uitstoot- en verbruikscijfers begrijpelijk, maar zowel BMW als Mercedes en Jaguar hebben te maken met dezelfde regelgeving en ze moeten dezelfde tests doorstaan. Alle drie zijn ze daardoor extreem efficiënt en ze laten verbruikscijfers zien die indrukwekkend zijn voor auto’s met dit vermogen.

Welke maakt het meeste geluid?

Dan de aanschafwaarde. De 320d is het gunstigst geprijsd, de Mercedes het duurst en de Jaguar zit daartussenin. Dit zijn auto’s waarmee kilometers gemaakt gaan worden en voor welk van de drie je kiest, is voor een groot deel afhankelijk van je persoonlijke voorkeur. Ook in een test als deze zijn de statistieken relatief. De auto’s geven elkaar geen strobreed toe en het zijn alle drie geweldenaren, met veel vooruitstrevende techniek. Valt er dan niets aan te merken? Jawel: de Mercedes C-klasse is het lawaaiigst. De 2,1-liter diesel is goed hoorbaar. Ondanks een groter vermogen kan de C 250 in het middelste toerenbereik de BMW 3-serie niet evenaren. De Mercedes is zuinig en fraai afgewerkt. Maar hij haalt het niet bij de BMW en de Jaguar wanneer je er eens flink de sokken in wilt zetten. Mercedes laat zich voorstaan op het feit dat ze met de Mercedes C-klasse in dit segment de enige zijn die een auto leveren met luchtvering, maar het Airmatic-pakket is een prijzige optie van ruim 1.400 euro. In de comfort-stand heeft de Mercedes C-klasse de neiging een beetje te deinen en te wiegen. De BMW is wat dat betreft een stuk strakker, maar het weggedrag van de Jaguar XE maakt nog het meeste indruk, zeker wanneer je beseft dat van onze drie testauto’s de Jaguar de enige is zonder adaptieve dempers. Daardoor voelt de XE bij lage snelheden het stevigst aan, maar dat verandert zodra je op snelheid komt. Je kan merken dat de Engelse technici bij de ontwikkeling van het onderstel van de XE hun huiswerk hebben gedaan.

In welke stand rijdt de Mercedes C-Klasse het best?

De C 250 is een auto die je het liefst in de sportstand rijdt. Het onderstel is dan wat minder zacht en het gaspedaal reageert niet zo laks als in de comfort-stand. Toch past het ontspannen karakter van de Mercedes goed bij de auto. De afwerking van het interieur is een klasse apart. Weelderig en overdadig. De hele ervaring in de Mercedes C-klasse is er een van een alles omhullend comfort en geweldige luxe. Daar past een wat zachtere demping ook goed bij. De cockpit van de Mercedes C-klasse is het fraaist, ondanks de wat onhandige plaatsing van iets dat lijkt op een vervormde iPhone, waardoor het Comand-systeem lastig bedienbaar is. Met de C-klasse heeft Mercedes de aanval op de concurrentie goed ingezet. De styling is prima geslaagd en op verschillende plaatsen in het ontwerp voel je de invloed van Mercedes’ onovertroffen vlaggenschip, de S-klasse.

Beide Duitsers voldoen precies aan de verwachting. Van een BMW verwacht je als bestuurder dat het allemaal om de rijervaring gaat. Scherp, precies en betrokken. Mercedes kiest een iets andere aanpak. Daar draait het om comfort en om ontspannen over de weg zweven.

Welke rijdt het best?

De volgende dag laten we de bredere wegen voor wat ze zijn en zoeken we de bergen op. Hier is de BMW in z’n element en we hebben dan ook hoge verwachtingen van ‘m. Op de snelweg is de BMW 3-serie scherp en alert maar niet verrassend. Na de laatste facelift heeft de nieuwe BMW 3-serie wat meer pk’s gekregen, maar afgezien daarvan is er weinig nieuws. Andere led-koplampen en een opvallende afwerking van de knopjes op het dashboard. Dat is het wel zo’n beetje, en misschien is dat ook wel de zwakte van de 3-serie. Te bekend en te vertrouwd. Aan de andere kant. Er valt natuurlijk niets aan te merken op een ruime, gebruiksvriendelijke en smaakvolle auto met eminente rijeigenschappen. De af en toe wat vage stuurinrichting valt aanvankelijk tegen. Maar in een snel genomen bocht heb je daar juist weer geen last van. De achttraps ZF-versnellingsbak is het vermelden waard. Het is dezelfde bak als in de Jaguar XE. Maar in de BMW is de afstelling geweldig. Terwijl het overschakelen bij de Jaguar – zeker onder belasting – minder vloeiend verloopt. De kleine momenten van vertraging voordat de volgende versnelling wordt ingeschakeld zijn bijna onmerkbaar. Tenzij je net van de BMW 3-serie in de Jaguar bent gestapt.

Conclusie?

Dat is de situatie in een notendop. De 320d is net iets geraffineerder dan de XE. Dat is misschien ook wel begrijpelijk als je in aanmerking neemt hoelang BMW in dit segment al op de hoogste sport van de ladder staat. Ook het iDrive-systeem werkt vlekkeloos, terwijl het navigatiesysteem van de Jaguar XE even de kluts kwijt raakte en zichzelf volledig opnieuw moest opstarten. Jaguar zegt dit probleem overigens zelden of nooit tegen te komen. De inspanning van Jaguar is desalniettemin bewonderenswaardig. Met de XE heeft men zich op een knappe manier een plekje weten te verwerven, precies tussen BMW en Mercedes in.

Dat brengt ons bij de conclusie. Objectief gezien is de BMW 3-serie de beste auto, maar verrassen doet ie niet. Is het daarom ook de auto waar we voor zouden kiezen? We zijn er nog niet uit. Het is de auto die we als eerste zouden aanbevelen, omdat het de kandidaat is met de minste zwakke eigenschappen. Toch hebben de Jaguar en de Mercedes meer aantrekkingskracht. Mooier gelijnd, verrassender, ook een solide imago en ieder met zijn eigen sterke kanten, dus in staat om aan heel veel verwachtingen te voldoen. Dat geldt ongetwijfeld ook voor de nieuwe A4. Wanneer we die uitgebreid hadden kunnen testen, was het maar de vraag geweest hoe de einduitslag had geluid (lees hieronder even verder voor onze indruk van die auto). Vooralsnog ligt de BMW 3-serie op kop, gevolgd door de Jaguar XE die op de hielen wordt gezeten door de Mercedes C-klasse.

Nog even over die Audi A4

De vierde generatie A4 verschilt op het eerste gezicht nauwelijks van z’n voorganger. Toch kan dit wel eens de beste A4 ooit zijn. We zullen er geen misverstand over laten bestaan: als het je om rijplezier en avontuur gaat en vooral om de lol die je met je auto kunt beleven, dan ben je beter af met de Jaguar XE en de BMW 3-serie. Voor een auto met voorwielaandrijving is de strijd met achterwielaandrijvers toch al moeizaam. Misschien heeft Audi er daarom voor gekozen om van de nieuwe A4 een van de meest luxueuze verwenauto’s te maken die je in deze prijsklasse kunt vinden. Hoewel we de nieuwe A4 eerder al uitgebreid belichtten, hebben we ‘m nog niet lijnrecht tegenover z’n concurrenten kunnen zetten. Wat hoe dan ook als een paal boven water staat, is dat het interieur en het hoge niveau van afwerking indrukwekkend zijn.

De beste keuze? Of toch niet?

De nieuwe A4 is binnenin nu bijna net zo stil als de A8. De gebruikte materialen zijn van ongekende kwaliteit. Ten opzichte van zijn toch al niet krappe voorganger is de hoeveelheid been- en hoofdruimte achterin nog verder toegenomen. Voor de achterpassagiers zijn optioneel ook in de voorste hoofdsteunen geïntegreerde tablets verkrijgbaar. De A4 is zo ook op multimediagebied klaar voor het volgende decennium. Veel techniek uit de duurdere modellen is nu ook verkrijgbaar in de A4. Een groot gedeelte daarvan natuurlijk als optie, zoals de virtuele cockpit uit de TT, maar ook zaken als een file-assistent, die semi-autonoom sturen in fileverkeer mogelijk maakt. Door dit alles is de rijervaring misschien wat ondergeschikt geraakt, maar de A4 stuurt nog altijd scherp en accuraat. De voorheen wat stugge vering is verdwenen en het motorenaanbod biedt diverse, aantrekkelijke opties. De meeste interesse leek uit te gaan naar de 2,0-liter TDI. Maar door het recente sjoemelschandaal is het afwachten hoe de verkoop van de dieselversies zich zal ontwikkelen. Zijn comfort, techniek en materiaalkeuze belangrijk? Dan is de Audi A4 misschien een betere keuze dan een van de andere drie kandidaten. Hoe we denken dat de A4 het gedaan zou hebben in deze Jaguar XE vs Mercedes C-klasse vs BMW 3-serie test? Zeker geen winnaar, misschien zelfs de laatste plaats. De concurrentie is moordend.

Specificaties Jaguar XE 2.0d R-Sport

Motor
1.999 cc
viercilinder turbo
180 pk @ 4.000 tpm
430 Nm @ 1.750 tpm

Aandrijving
achterwielen
8v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 7,8 s
top 228 km/u

Verbruik (gemiddeld)
4,2 l/100 km
111 g/km CO2
B-label

Afmetingen
4.672 x 1.850 x 1.416 mm (l x b x h)
2.835 mm (wielbasis)
1.565 kg
56 l (diesel)
455 l (bagage)

Prijzen
NL € 48.561 (25%)
BE € 41.440

BMW 320d M Sport

Motor
1.995 cc
viercilinder turbo
190 pk @ 4.000 tpm
400 Nm @ 1.750 tpm

Aandrijving
achterwielen
8v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 7,3 s
top 230 km/u

Verbruik (gemiddeld)
4,2 l/100 km
111 g/km CO2
B-label

Afmetingen
4.633 x 1.811 x 1.429 mm (l x b x h)
2.810 mm (wielbasis)
1.505 kg
57 l (diesel)
480 l (bagage)
bagageruimte n.b.

Prijzen
NL € 51.230 (25%)
BE € 44.470

Mercedes C 250d AMG Line

Motor
2.143 cc
viercilinder turbo
204 pk @ 3.800 tpm
500 Nm @ 1.600 tpm

Aandrijving
achterwielen
7v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 6,6 s
top 247 km/u

Verbruik (gemiddeld)
4,3 l/100 km
113 g/km CO2
C-label

Afmetingen
4.686 x 1.810 x 1.442 mm (l x b x h)
2.840 mm (wielbasis)
1.595 kg
50 l (diesel)
480 l (bagage)
bagageruimte n.b.

Prijzen
NL € 56.711 (25%)
BE € 48.400