Autotest: Jaguar XF 2.2d

Met het investeringskapitaal van Tata kan Jaguar een groot gat in de XF-reeks dichten. Een viercilinder diesel moet ‘m weer op de kaart zetten.

 

De Jaguar XF is een prachtige auto die bij zijn introductie lovende kritieken kreeg. De lofzang is inmiddels verstomd, de verkoopaantallen zijn flink gedaald. In Nederland werden er vorig jaar 264 XF’en verkocht; z’n directe concurrent, de BMW 5-serie, deed het met 4.022 auto’s ietsje beter. Eén van de redenen is het grote gemis van een viercilinder diesel. Ga maar na, de meeste grote zakensedans worden verkocht met zo’n viercilinder onder de kap. Daarbij komt dat een stationwagen veruit favoriet is. Beide opties ontbreken bij de XF.

 

Jaguar heeft de pech dat het een relatief klein merk is. Er is nu eenmaal minder geld om nieuwe motoren en carrosserieën te ontwerpen. Maar als je niet vernieuwt, dalen de verkopen. Het is verrekte lastig om uit zo’n vicieuze cirkel te komen.

 

Maar gelukkig! Daar kwam Tata op de proppen met een flinke zak geld. Om de toekomst van Jaguar en zusje Land Rover veilig te stellen investeren de Indiërs flink in technologie. De motor van de Freelander is van origine een Ford-blok, maar werd flink aangepakt om dienst te kunnen doen in een luxepaard. Ach, als je nu toch bezig bent een dieselmotor manieren bij te brengen, waarom zou je ‘m dan niet meteen in een Jaguar hangen?

 

Dat is precies wat ze deden. Hoewel het ‘maar’ een viercilindertje is, moet de 2,2-liter diesel het tij keren voor de XF en de grote sedan weer terug brengen in de verkoopranglijsten. Om het succes verder te kunnen uitbouwen, staat er ook een fraaie estate in de planning, maar daar moeten we nog meer dan een jaar op wachten.

 

Sterker nog, zelfs de vierpits diesel is officieel nog een prototype. Hij komt wel, maar pas in september 2011 worden de eerste exemplaren hier verwacht. Bestellen is wel mogelijk.

 

Er is meer nieuws te melden dan de motor alleen. De versnellingsbak is een achttraps automaat van ZF. Dezelfde bak gebruikt BMW voor de 5-serie. Je kunt er dus vanuit gaan dat Jaguar een goede keuze heeft gemaakt. Deze automaat zullen we gaandeweg meer gaan vinden in Jaguars en Land Rovers. Deze XF heeft ook een stop-startsysteem met een speciale startmotor. Deze kan niet alleen de motor weer aan de praat krijgen als hij helemaal stilstaat, maar ook als de krukas nog draait. Regelmatig komt het voor dat de motor nog voordat hij goed en wel zwijgt weer kan starten.

 

Rijdend ervaar je dat de XF over een heel breed toerengebied enorm krachtig is, terwijl hij zijn werk verfijnd doet. Soms merk je dat de automaat helemaal is afgestemd op maximale brandstofbesparing. Beland je achter een vrachtwagen en sukkel je er in afwachting van een inhaalmoment met een gangetje van 60 km/u achteraan, dan schakelt de bak op naar de zevende versnelling. De motor murmelt dan met 1.200 tpm z’n wijsje. Gelukkig kun je met de flippers aan het stuur zelf de baas over de versnellingsbak zijn.

 

Op de snelweg hoor je niets meer dan een gedistingeerde brom. Omdat de motor een dikke zak cement lichter is dan de V6, voelt hij in de bocht een stuk scherper aan.

 

Kijk je puur naar de cijfers, dan is de BMW 520d een snellere auto dan de XF 2.2d, maar in de dagelijkse praktijk is dat zo goed als onmerkbaar. Als je gecharmeerd bent van de XF is er nu geen argument meer om voor een andere sedan te kiezen.