Autotest: Kia Picanto 1.1 X-clusive

De Picanto is in Nederland een van Kia’s meest succesvolle modellen. Om dat zo te houden heeft het Koreaanse merk het kleintje een facelift gegeven.

 

Om maar meteen met de deur in huis te vallen: de vernieuwde Picanto is fraaier dan zijn voorganger. Dankzij de nieuwe grille, de ronde koplampen, de dikkere voor- en achterbumper ziet de compacte Kia er gewoon frisser en dus leuker uit. De Picanto is door de nieuwe bumpers gegroeid, maar de wielbasis is hetzelfde gebleven.

 

De effectieve binnenruimte van de auto is helaas dus niet toegenomen, maar wel is het interieur aangepakt. Zo heeft Kia andere materialen gebruikt om het dashboard te bouwen (nog steeds veel plastic, maar het ziet er prima uit en het voelt goed) en de goedkope, achteraf ingebouwde radio’s behoren tot het verleden door de komst van een audiosysteem af-fabriek. Verder is het stuur veranderd, hebben de diverse bedieningsknoppen een ander (lees: beter) plekje gekregen, en is de verlichting in het nieuwe instrumentencluster voortaan oranje. Kortom, diverse aanpassingen die de Picanto echt beter maken en er niet alleen zijn voor de sier.

 

Verder bleef de Picanto eigenlijk ongewijzigd. Hij is straks gewoon verkrijgbaar met dezelfde motoren als die van vandaag. Het palet omvat dus twee benzinemotoren, te weten een 1,0-liter (met 61 pk) en een 1,1-liter (met 65 pk), en een driecilinder 75-pk sterke 1,1-diesel met commonrail inspuittechniek. Bij de grootste benzinemotor biedt Kia de keuze tussen een vijfversnellingsbak en een viertrapsautomaat. Dat is fijn, maar het verschil tussen de 1.0 en de 1.1 is slechts 4 pk, terwijl het prijsverschil veel groter is. Een 1.1 met automaat kost namelijk een reusachtige 3.000 euro meer dan een handgeschakelde 1.0. Een groot verschil – zeker in de prijsklasse van de Picanto. Wel biedt Kia het kleintje aan als X-tra-uitvoering met keuze uit de 1.0 en de 1.1 benzinemotor – voor exact hetzelfde bedrag.

 

Wij reden een paar dagen met de handgeschakelde 1.1. Dat beviel goed. Zo is de Picanto verrassend stil voor een kleine vierpitter die veel toeren moet maken om op gang te komen, en hij laat zich gemakkelijk bedienen. Verder heeft de Kia een veilig weggedrag en een besturing met elektrische bekrachtiging die je zelfs nog wat gevoel geeft in het stuur. Dat maakt de Picanto geen echte stuurmansauto, maar je hebt wel een behoorlijk idee van wat er onder de wielen gebeurt. Dat is prettig.

 

Het onderstel is overigens ongewijzigd en bestaat nog steeds uit een onafhankelijke voorwielophanging en een semi-onafhankelijke ophanging achter. Daardoor ligt de Koreaan onverwacht solide op de weg, alleen is de keerzijde daarvan dat oneffenheden in het asfalt vrij hard worden doorgegeven aan het interieur. Jammer, maar over het algemeen is het dagelijks leven met een Kia Picanto niet slecht. Het kleintje zal dus wel een succesnummer blijven.