Berg je maar, petrolheads, de elektrische auto staat te popelen om de aanval te openen. Een serieuze aanval wel te verstaan.
 
Wie goedkoop, belastingvrij wil autorijden, koopt een heerlijk puffende oldtimer. Maar er is een nieuwe trend en tegelijkertijd concurrent in aantocht: de elektrische auto. Daar hoef je geen wegenbelasting voor te betalen. Nissan is het eerste merk dat zo’n auto in massaproductie neemt. Vanaf 1 juni is hij te bestellen en begin volgend jaar rijdt ie rond.
 
Laten we beginnen met de naam: deze C-segment Nissan is LEAF gedoopt, met hoofdletters – maar wij doen het zonder. De betekenis werd niet uitgelegd tijdens z’n introductie in het Amsterdamse havengebied.
 
Dan z’n uiterlijk. Kijk naar de lange, schuine neus en zie de overduidelijke kruising tussen een dolfijn en een krokodil. Flipper vanwege het zijaanzicht waarbij de motorkap annex neus in gebolde lijn loopt. Krokodil door de koplampen die uitsteken boven de carrosserie, als een krokodil die met loerende ogen in het water ligt.
 
Die uitpuilende lampen heeft de Leaf niet voor niks, want ze dienen om de wind weg te leiden van de spiegels. Die spiegels zijn lastige obstakels die zorgen voor luchtruis. Dat wil je niet horen in je stille oase. Ook de rest van de vormgeving is afgestemd op een zo groot mogelijk aërodynamica: de achterspoiler, de rechte vorm van de achterlichten om de wind meteen weg te leiden – zodat turbulentie achter de auto wordt voorkomen – en de geheel vlakke onderkant. Waar is toch de uitlaat?
 
Waarom zou je een elektrische auto gaan rijden? Is het wel veilig, is het wel cool, is het geen gepimpt golfkarretje? Volgens Nissan moet de consument nog wat elektrische opvoeding krijgen. De vooroordelen zijn hardnekkig: de elektrische auto wordt niet serieus genomen.
 
Ook roept men al snel dat de actieradius van 160 kilometer te krap is, terwijl 80 procent van de wereldbevolking dagelijks minder dan 100 kilometer aflegt. We moeten aantekenen dat die 160 kilometer niet gebaseerd is op een volle bepakking met vijf personen en de Sint-bernard aan boord. Nissan garandeert dat de Leaf aan hoge veiligheidseisen voldoet. In alle opzichten is geprobeerd de auto zo ‘gewoon’ mogelijk te maken.
 
De accu wordt opgeladen door het klepje op de neus te openen en aan te sluiten op netstroom of op een speciale laadpaal. Thuis is de Leaf in acht uur opgeladen en met de snellader in minder dan een uur. Amsterdam is koploper in laadpunten, en wil eind 2011 een dekkende infrastructuur hebben voor elektrisch rijden. Ook kun je in de hoofdstad gratis parkeren met je elektrische auto.
 
De Leaf die in het havengebied gepresenteerd werd, was helaas alleen bedoeld om naar te kijken. Na het verwerken van die tegenvaller mochten we een minuscuul rondje rijden in een Tiida met dezelfde techniek als de Leaf. Genoeg om te constateren dat de nieuwkomer lekker vlot wegrijdt vanuit stilstand (vanwege het direct beschikbare koppel), maar verwacht geen Porsche-gevoel. Optrekken naar 100 kost namelijk 10 à 11 seconden. De wegligging is prima, waarschijnlijk dankzij de lage plaatsing van de accu op de bodem en onder de stoelen.
 
Concluderend: welke redenen kunnen we bedenken om de Leaf te kopen? Je bent te lui om die vijf kilometer naar je werk te fietsen maar wilt het milieu niet met je luiheid belasten. Of: je bent van mening dat benzine passé is. Last but not least: Ruud Lubbers rijdt ook elektrisch.

Reacties

Meer van TopGear