Autotest: Seat Léon Copa Edition

De Leon Copa Edition is niet alleen verreweg de snelste Seat ooit gebouwd, maar beschikt tevens over een van de snelste viercilinders aller tijden. Dat kan natuurlijk nooit goed gaan met 285 pk op de voorwielen.

 

Voorwielaandrijving heeft zo zijn voordelen. Financieel vooral voor de fabrikant, omdat de motor en versnellingsbak lekker compact bij elkaar zitten en het geheel samen met de aandrijfassen en de voorwielen in één keer van onderaf dwars in de auto kan worden geplaatst. Dat levert ook weer extra ruimte op die ten goede komt aan het interieur. De neus van de auto kan bovendien lekker kort blijven vanwege de dwars geplaatste motor en er loopt geen tunnel door het interieur zoals bij achterwielaandrijvers. Tot slot is voorwielaandrijving veiliger, want door de neiging om het eerst over de voorwielen te glijden wanneer de bestuurder te hard door een bocht gaat, is je natuurlijke reactie om gas terug te nemen. Laat dat nou net de juiste handeling zijn in zo’n situatie.

 

Toch hebben bijna alle sportwagens ook anno 2008 nog achterwielaandrijving of vierwielaandrijving. Het probleem is namelijk dat bij een snelle acceleratie de neus van voorwielaangedreven auto’s omhoog geduwd wordt, wat de druk op de banden doet afnemen. Dit gaat uiteraard weer ten koste van de grip. Een jaar of tien geleden was die grens ongeveer 200 pk. Sommige merken dachten daar anders over. Zo presenteerde Saab eind jaren negentig de 9-3 Viggen, maar die auto was met zijn 225-pk sterke turbomotor duidelijk een brug te ver. Wanneer de turbo z’n werk deed, schaatsten de voorwielen alle kanten uit, naarstig snuffelend naar voldoende grip. Als bestuurder was je permanent aan het corrigeren en dat ging niet eens zo makkelijk. De aandrijfkrachten van de motor probeerden permanent het stuur uit je handen te rukken. Enkel op een weg zo vlak als een biljartlaken kon de auto bij rechtuit rijden probleemloos alle pk’s kwijt.

 

Maar toen kwam de tractiecontrole. In combinatie met betere wielophanging en goede differentiëlen, zoals het Quaife-differentieel van de 215-pk sterke Ford Focus RS, werden de grenzen verlegd. Alfa Romeo ging daar al snel overheen met de 250-pk sterke 156 GTA en 147 GTA. Daarna volgde Mazda met de 260 pk sterke 3 MPS. De elektronica maakte het mogelijk om de ongebreidelde hoeveelheid pk’s te kanaliseren en daarvan profiteert ook de nieuwe recordhouder; de hier geteste Seat Leon Copa Edition.

 

Dit is dan ook niet zomaar een Seatje. Het is zelfs het snelste en meest exclusieve model dat Seat ooit heeft gebouwd. Niet zo vreemd dus dat de gehele gelimiteerde oplage van 55 exemplaren binnen de kortste keren compleet was uitverkocht. Ook het tempo waarin dat gebeurde is niet eerder vertoond. De kopers krijgen een auto met onder de motorkap een van de sterkste viercilinders ooit gebouwd. De 2.0 FSI turbomotor is niet alleen door de firma Abt opgevoerd tot 285 pk, maar beschikt bovendien over een koppel van maar liefst 360 Nm. Omdat Seat niet de moeite heeft genomen om 55 snelheidsbegrenzers te bestellen, is het mogelijk om met 254 km/u een flitspaal te passeren. Bij de 240-pk sterke Leon Cupra houdt het feest op bij 247 km/u en dat was voor een aantal Seat-fans kennelijk niet helemaal bevredigend. De sprinttijd naar 100 km/u wordt verkort van 6,4 naar 5,9 seconden.

 

De basis van de Copa is diezelfde Leon Cupra, maar met dit model heeft de Copa weinig meer van doen. Hij is voorzien van speciale Eibach-vering en een andere afstemming van het onderstel. De Leon Copa Edition is herkenbaar aan zijn aerodynamische bodykit, die bestaat uit een nieuwe voorbumper met markante openingen aan de zijkanten. Het geheel maakt een kwalitatief goede indruk, alleen zijn de naden tussen de verschillende carrosseriedelen niet overal even breed. Aan de achterzijde vallen vooral de in de bumper geïntegreerde uitlaten op. In combinatie met de brede wielkasten, forse dakspoiler en de zwart gelakte 18-inch wielen is het een tamelijk indrukwekkend geheel. Mede door de twee zwarte racestrepen, die over de gehele lengte van de auto lopen.

 

Het geluid van de viercilinder is lekker kernachtig en verdiept en verscherpt wanneer het gaspedaal wordt gevloerd. Dus, 285 pk op de voorwielen? Dat gaat best goed eigenlijk. Toegegeven, de wegen waren kurkdroog en na een regenbui is het een ander verhaal, maar vanaf de tweede versnelling is er grip genoeg, ook zonder tractiecontrole en esp. De trekkracht van de motor is fenomenaal, maar de auto wordt er niet echt onrustig van. Je kunt ‘m prima rustig rijden, maar wanneer hij wordt getergd, krijg je waar je om vraagt. De wielen klauwen zich vast in het asfalt en bij het loslaten van het gaspedaal hoor je de turbodruk ontsnappen uit het overdrukventiel van de turbo. Het klinkt als het piepen van een gymschoen op de vloer van een sporthal. Dat hoor je soms ook bij rallywagens, cool!

 

Niet alleen het onderstel en de motor zijn ingrijpend gewijzigd, ook de lijst met standaard accessoires is schier eindeloos. Om te beginnen zorgen allerlei racy elementen als sportstoelen, een leren sportstuur met rood stiksel, sportpedalen en witte wijzerplaten voor een sportief sfeertje. De stoelen zitten goed, maar grijpen je niet zo vast dat je er alleen op het circuit mee uit de voeten kunt. Er is duidelijk ook aan alledaags gebruiksgemak gedacht gezien de hoge mate van verstelbaarheid.

 

De wegligging van deze Seat is fenomenaal. Je kunt en durft vrij snel hard de bocht door en ook bij het abrupt loslaten van het gaspedaal in snel genomen bochten laat de Copa zich niet van de wijs brengen. De besturing is lekker zwaar en precies, al hadden we ‘m liever nog een tandje directer gezien. In kortere bochten moet je je handen van het stuur halen om over te pakken en dat is jammer.

 

De basis voor de Seat-motor is de TFSI die ook in de Golf GTI ligt, maar het daar ‘slechts’ tot 200 pk schopt. Tijdens het accelereren voel je steeds even een lichte hapering voordat de turbo op stoom is, maar dat maakt de snelheidssensatie des te groter. Wanneer je de toerenteller niet onder de 2.500 laat zakken, blijf je permanent zitten op de golf die je met een enorme gang voortstuwt over de snelweg, want het maximale koppel wordt afgegeven tussen de 2.500 en 5.000 toeren. Die sensatie wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt doordat uitsluitend de voorwielen worden aangedreven. De 260-pk sterke Audi S3 heeft bijvoorbeeld nauwelijks minder pk beschikbaar, maar is ook een stuk minder spectaculair om mee te rijden. Dat komt doordat vierwielaangedreven auto’s hun vermogen tamelijk dociel overbrengen op het wegdek. Er moeten eerst allerlei aandrijfassen en differentiëlen in beweging worden gezet voor er iets gebeurt en dat leidt tot een veel minder dramatisch effect.

 

Tot 240 km/u blijft de versnelling van de Seat desondanks mooi lineair. Pas daarna komt de klad er een beetje in. Uiteindelijk wijst de naald van de Leon Copa Edition bijna 270 km/u aan, daarmee alle dikke Duitse auto’s die over een elektronische begrenzer beschikken achter zich latend. Dat is niet gek voor een Seatje.