Seats snelste Leon heeft wat weg van een schaatster in haaienpak: een uiterst slicky voorkomen, dikke kont en veel power. Maar er is wat concurrentie…
Er broeit iets bij de fabrikanten van hete hatchbacks. Het lijkt erop dat een aantal afwachtend achter hun bureau zit te vingertrommelen totdat hun concurrent met een hot hatch komt om vervolgens zelf er een nog hottere hatch tegenover te zetten. Met nét weer even 10 pk meer of zo. En sommige fabrikanten ontlopen dit door meteen een extreem krachtige hot hatch op de markt te zetten waar de rest even niet aan kan tippen. En dat allemaal voor een prijs van rond de 35.000 euro. Waar gaat het om? Wie kan er het hardst, rechtuit en door de bocht, dáár gaat het om.
Ga maar na: tijden lang kwam je weg met 200 pk uit je voorwielaangedreven viercilindertje, maar tegenwoordig wil de klant meer. Volkswagen doet het nog met 200 pk in zijn GTI van net geen 35.000 euro, maar lanceerde niet zo lang daarna ook maar direct de R32 met 250 pk (en vierwielaandrijving, en overgewicht) om de naar meer snakkende klanten tevreden te houden, al kost dat die klanten tien mille meer. Opel levert zijn hete hatch af met 240 pk onder de noemer Astra OPC – 40 pk meer dan de GTI voor twee mille boven de GTI-prijs. Ford doet het weer anders en zet een Focus ST met 225 pk en één cilinder meer op GTI-niveau in de prijslijst: als potentiële koper verwacht je dan dat ze ook nog met een RS komen die voor iets meer geld nóg meer pk’s levert. Ford laat dus het achterste van de tong nog niet zien, al beweren ze bij Ford dat er geen straat-RS komt. Renault doet daaraan mee met de Mégane Sport die ook 225 pk levert en een GTI-prijs heeft, en ook daar lijkt nog enige pk-rek te zijn voor een nog dikkere versie. Dan Mazda met hun 3 MPS: die knallen er gelijk in met 260 pk en de snelste van 0-naar-100-acceleratie: 6,1 seconden waar de Golf GTI er 7,2 seconden over doet en de R32 6,5. En de Mazda3 MPS is 300 euro goedkoper dan een Golf GTI.
En nu komt Seat met zijn versie van de hete hatch, echter volgens een nog uitgekiendere strategie lijkt het: wil je 200 pk dan koop je de Leon FR – bijna vijf mille goedkoper dan de Golf GTI en slechts een tiende van een seconde langzamer in de sprint naar 100 km/u. Wil je met de rest van de groep mee kunnen komen dan koop je nu de Cupra – 240 pk voor bijna 1.000 euro minder dan de GTI maar wel een tiende van een seconde sneller naar de 100 dan een R32, volgt u het nog?, en wij vermoeden stiekem dat als Ford met een RS komt, en als Volks-wagen een dikkere GTI brengt in plaats van een zwaardere R, en… en…, Seat met de Cupra R op de proppen komt. 285 pk met vierwielaandrijving? Seat doet er het zwijgen toe.
Daar sta je dan met je bankrekening van 35 mille, al dan niet geholpen door één van de twaalfduizend financieringsbedrijfjes van Dirk S. Of met een leasebudget voor een auto van 35 mille. Strepen! De Golf valt af met z’n 200 pk, de R32 is tien mille boven budget en te zwaar, dus wat moet je? De Renault? Apart van vorm, beetje tricky ride, 225 pk is aan de krappe kant en de inruilprijs zozo. Focus? Beste onderstel, fijnste besturing, lekker geluid ook maar ook ‘slechts’ 225 pk en een iets te braaf Focus-uiterlijk. De Astra OPC dan? Genoeg pk’s, lichtvoetig maar toch te onpraktisch vanwege de drie in plaats van vijf deuren. Je voelt het al hè, via de Mazda komen we vanzelf bij de Seat.
Mazda doet een uiterst goede aanbieding met de 3 MPS. De power en prestaties liggen net tot behoorlijk boven die van de rest, en dat télt. Alleen komt Mazda net kijken in dit hete hatch–segment. En dan mag je niet altijd direct bij de grote jongens aanschuiven, je zult je eerst moeten bewijzen. Met 260 pk kun je je overigens geen betere introductie wensen, maar dan zal je auto met z’n looks ook iets extra’s moeten brengen. En dat ontbreekt nog bij de 3 MPS, deze 3 heeft geen extra uitstraling, geen bite, het blijft die brave hatchback die de gewone 3 ook is. De volgende generatie 3 MPS zal wel die extra’s moeten hebben om aansluiting te vinden, maar Mazda heeft soms moeite om van die oersaaie ontwerpen af te komen. De concepts zien er allemaal geinig uit maar de 5 of 9 werken toch aardig op je gaapspieren. Ze kunnen het echter wel, een nieuw model meer smoel meegeven: de MX-5 is daar een sprekend voorbeeld van.
Dan zijn we bij de Leon aanbeland, want de Honda Civic Type-R krijgt naar verluidt slechts 200 pk helaas en is nog niet op de markt. Seat mag inmiddels bij de grote jongens aan tafel, heeft al een vorige generatie Leon Cupra’s gehad (die toen Cupra R heette) en was daarmee succesvol in toerwagenkampioenschappen en rally’s. En ook met deze nieuwe Leon Cupra laten ze zien waarom ze aan de grote tafel mogen zitten, getuige de eindoverwinning van Tom Coronel in de World Touring Car Championship Independents Trophy 2006.
Dat brengt ons echter op een vergeten concurrent. Eentje die in dit hele segment eigenlijk niet hoor- of zichtbaar is omdat je hem er niet in verwacht. Wat dacht je van de Subaru Impreza 2.5 WRX? Nee, dat is niet die heel extreme, die heeft nog STi als toevoeging, dit is de bravere uitvoering. Nou ja, braaf. Een 2,5-liter viercilinder met 230 pk, permanente vierwielaandrijving en een prijs van 33.785 euro. De goedkoopste van het hele stel, niet met de meeste pk’s maar wel vierwielaandrijving en een acceleratie van 0 naar 100 in 5,9 seconden. Ook de snelste dus. En… Impreza’s hebben ook wel hier en daar een prijsje gewonnen dachten we. Zodanig dat ze al jaren aan de grote tafel zitten, op een van de meest voorname plekken zelfs. Alleen: de Leon Cupra heeft het trackrecord, de power én de looks, om het maar eens populistisch te verwoorden, en de Impreza heeft die looks nog altijd niet. Dus zeg jij het maar, wij krijgen er slapeloze nachten van.
Reacties