Lees eerst: De zoektocht naar de beste SUV ter wereld
Wij bij TopGear zijn geen imbecielen. Althans: niet altijd. We realiseren ons terdege dat de gemiddelde SUV-eigenaar liever zijn eigen vingers in de blender steekt dan dat hij zijn gekoesterde sports utility vehicle meeneemt naar een circuit om het ding daar eens flink op z’n donder te geven. En zelfs als hij dat laatste wel zou doen, zou hij het apparaat niet op dezelfde manier op z’n limiet kunnen rijden zoals onze vriend The Stig dat kan. Het dient een doel, echter, om met deze auto’s razendsnel rondjes te rijden op een circuit – naast geamuseerd toekijken hoe snel The Stig de remmen van een 2,2 ton zware Discovery kan flamberen.
Snelheid op een circuit zegt namelijk iets over de grip van een auto (iets wat je zult waarderen op een natte dinsdagmiddag, als je te laat dreigt te komen om de kinderen van school te halen), over voorspelbare besturing, over een pittige motor in goed samenspel met zijn transmissie, en over betrouwbare remmen – wel zo prettig wanneer een WhatsApp-verslaafde ineens vanuit een zijstraat net voor je de weg op schiet. Oh, en daarbij is het ontzettend leuk om de beest uit te hangen met auto’s die daar niet per se voor zijn gebouwd.
Welke SUV mocht beginnen?
Laten we starten met de Dacia Duster, die meedoet in z’n meest krachtige gedaante en met vierwielaandrijving. Helaas bedraagt die kracht slechts 125 pk uit een 1,2-liter turbo, maar daar staat tegenover dat ie een handgeschakelde zesbak heeft. Nu jij weer, Porsche 911 R. Het blijkt dat de Duster bepaald geen slecht onderstel heeft, alleen heeft ie simpelweg niet genoeg vermogen om er echt iets van te bakken. The Stig wringt de Duster uit, maar verder dan de langzaamste tijd van de dag komt ie niet.
Zou je verbaasd staan te kijken als we je vertelden dat de Skoda Kodiaq een dynamische ontdekking is? Goed zo, want dat is ie niet: hij is zo verstandig als een onderbroek van de Hema. Problemen zijn de DSG-bak die, zonder flippers achter het stuur, irritant langzaam reageert als je ‘m handmatig wilt bedienen, een onderstel dat zorgt voor onderstuur alsof we op een cruiseschip zitten, en een totaal gebrek aan overstuur als je in een bocht je voet van het gas haalt. Het zijn woorden die we liever niet zouden hoeven optikken, maar het is niet anders.
Hoe deed de andere underdog het?
Waar de Duster vooral een gebrek aan vermogen heeft, en de Kodiaq niet in staat blijkt z’n gewicht onder controle te houden, is de voorwielaangedreven Peugeot 3008 gewoon een dikke zeurpiet. De 130 pk sterke driecilinder turbo is nog best pittig, maar z’n pogingen om er iets van te maken worden tenietgedaan door de veel te bemoeizuchtige veiligheidssystemen aan boord, die telkens ingrijpen als het net leuk begint te worden. Hij scoort een snellere rondetijd dan de Duster en de Kodiaq, maar de morele overwinning aan de Haas- en Sauber-kant van het startveld gaat toch naar de dappere Dacia.
Als er een auto van ons achttal is die absoluut niet is geïnteresseerd in dit circuitspelletje, dan is het wel de Discovery. Hij is het equivalent van een logge Sint-Bernard die z’n poten in het zand zet om niet te worden meegesleept naar de WeightWatchers voor honden. Hij doet echt alles om te ontkomen aan The Stig – zo steekt hij zijn eigen remmen al na slechts één rondje in brand. Om eerlijk te zijn: hij is hier natuurlijk ook een vis op het droge. Hij kermt amechtig in de bochten, onderstuurt heroïsch bij elke kans die hij krijgt en weigert bij hoge toeren in de door jou gekozen versnelling te blijven – zelfs als je kiest voor de Sport-modus met handmatig schakelen. Sorry, Discovery, maar jouw kans komt later in deze test misschien nog.
Dan rolt de Stelvio naar de startlijn en hij bewijst dat het zelfs voor een SUV mogelijk is om gevoel voor humor te hebben. De motor, een 210 pk sterke 2,2-liter viercilinder turbodiesel, is niet echt een fijn stukje Italiaanse exotica; maar wel goed genoeg om te onthullen dat de Stelvio over het beste onderstel beschikt, waarvoor ie een bonuspunt krijgt toebedeeld. De remmen zijn sterk, en hoewel de besturing niet uitblinkt door feedback, reageert ie zo rap als een Ferrari en kan de voorkant het allemaal nog bijhouden ook. Om precies te zijn: de voorbanden hebben zoveel grip dat er een achterwiel loskomt in de scherpere bochten, en dat de achterkant een stap opzij maakt wanneer je op zo’n moment van het gas gaat. De tractiecontrole kan niet helemaal uit, wat suf is, maar het feit dat dat het plezier niet vergalde, is dan weer een groot compliment.
Welke SUV kon de Alfa verslaan?
De F-Pace was sneller dankzij z’n extra twee cilinders en 90 pk’s, maar voelde zich op het circuit niet zo op z’n gemak als de Alfa. Af en toe schemert z’n finesse door: er is een prettig gevoel van achterwielaandrijving als je bij de apex vandaan accelereert, en je kunt je lijn wat laten knijpen door je rechtervoet te liften, maar na twee ronden waren z’n remmen net een tosti.
Over finesse gesproken: de Bentayga diesel is zo subtiel als Donald Trump, maar hij jaagt over het asfalt met een vernietigend effect. Het spektakelstuk is de motor – een 435 pk sterke 4,0-liter V8 turbodiesel – maar zelfs die brute kracht kan niet verhullen dat deze auto evenmin is gebouwd voor dit soort testjes.
Dat terwijl de Audi SQ7 – een auto met dezelfde geblazen dieselmotor als de Bentayga (met een elektrische compressor die druk opbouwt voordat de twee turbo’s hun longen vullen) – het allemaal in zich opzuigt en meteen vraagt om meer. Waar de Bentayga onderstuurt, blijft de Audi aan de weg kleven. Hij voelt overal sneller aan – dat krijg je met een gewicht dat zo’n 160 kilo lager ligt. De besturing, de remmen, het gas: alles werkt alsof de auto net een espresso of drie te veel op heeft, en de manier waarop de 48-volt actieve rolstabilisatie dit lijvige geval rechtop houdt in de bochten is absoluut ongelooflijk. Hij is hier vandaag de enige auto die het soort snelheid kan ontwikkelen waardoor je ogen verder opengaan en je handpalmen vochtig worden. Hij is een snelheidsmachine met ruimte voor zeven mensen – de eerste ronde is voor de SQ7.
Reacties