Het belooft een mooi jaar voor Volvo te worden. De aftrap wordt verzorgd door de mild vernieuwde C30. 2010 wordt een druk jaar voor Volvo. Het belangrijkst is natuurlijk de komst van de op de foto’s al beeldschoon ogende nieuwe S60, die in augustus bij de dealers staat. Niet…
Het belooft een mooi jaar voor Volvo te worden. De aftrap wordt verzorgd door de mild vernieuwde C30.
2010 wordt een druk jaar voor Volvo. Het belangrijkst is natuurlijk de komst van de op de foto’s al beeldschoon ogende nieuwe S60, die in augustus bij de dealers staat. Niet lang daarna volgt de stationversie, de V60. Verder verwachten we de vernieuwde C70, die in Nederland nota bene de bestverkochte auto in zijn segment is. Bovendien start in ons land een proef met 50 vol-elektrische C30’s.
Daarnaast zijn de Zweden in rap tempo bezig hun vloot schoner te krijgen, wat onder andere resulteert in een nieuw, zelfontwikkeld start/stopsysteem en twee nieuwe benzinemotoren: een 1.6 Turbo en een 2.0 Turbo van 203 pk. En, wellicht het belangrijkst voor het laatst: de deal met het Chinese concern Geely, dat (in ieder geval op het moment dat we dit schrijven) op het punt staat Volvo van Ford te kopen, moet rondkomen. Volvo zelf ziet die overname helemaal zitten – ze stellen zelfs dat ze er ‘Zweedser’ van zullen worden. Dit omdat de uitwisselbaarheid van onderdelen zo goed als nihil is, waardoor de Zweden veel meer zelf moeten doen. Zowel wat betreft onderstellen, motoren en dergelijke, als qua puur Scandinavisch design. Als we ze mogen geloven, kunnen ze daar echt naar uitzien.
Eerst dus de C30. Hij heeft een beschaafde facelift gekregen. Het hele front is vernieuwd, zodat het wat meer aansluit bij de nieuwste ‘designtaal’ van Volvo, en is tegelijk beter te onderscheiden van de rest. In je achteruitkijkspiegel kon je nauwelijks zien of er nou een C30 of S40/V50 achter je reed, en dat is verleden tijd. De koplampen zijn wat groter, en hoger en schuiner geplaatst – beetje à la C70 – en dat staat ‘m goed. Ook aan de achterkant is het ontwerp wat vloeiender geworden, met laaggeplaatste mistlampen die z’n J-Lo-eigenschappen nog wat versterken. Aardig is het dat je de onderste plastic delen van de carrosserie in vijf verschillende kleuren kunt bestellen. En dat je nu ook witte wielen kunt krijgen. Zo wordt het een eitje een redelijk unieke C30 te creëren.
Het belangrijkst voor Volvo is de DRIVe, met 99 gram CO2 per kilometer de boomknuffelaar onder de C30’s. Vast ook leuk, maar wij reden zijn boze broertje, de T5. Hij rijdt dankzij z’n iets straffer gemaakte sportonderstel iets scherper dan voorheen, al is het nog altijd eerder een gewoon erg snelle en geen ‘hete’ hatchback. Daarvoor blijft ie te comfortabel en is de besturing, ondanks aanpassingen, nog altijd te licht. Geeft niks, daarvoor kun je bij andere merken terecht. Maar de C30 was altijd al een, eh, bijzonder kind, dat moeilijk met andere driedeurzen te vergelijken was. Dat is een kracht én een zwakte – je moet er maar van houden, tenslotte. Wij houden principieel van alles dat minimaal net een tikje anders is. Zeker als het 230 pk heeft en er dankzij de facelift (en zeker dat lekker bruut ogende R-Designpakket) weer zo strak uitziet.
Reacties