Ze komen de laatste tijd bij bosjes uit de hemel vallen: SUV’s met vermogens waar een gemiddeld cruiseschip zich niet voor zou schamen. Dan kunnen ze in Ingolstadt natuurlijk niet achterblijven. De Audi SQ7 TDI deelt meteen een vernietigende mokerslag uit.

Sommige dingen kunnen niet. Een varken kan niet vliegen, een slang kan niet lopen. Toch hebben we het gevoel zojuist een tapdansende pofadder op de rug van een vliegende zeug te hebben zien langskomen. De reden: de Audi SQ7 TDI.

De Q7 is natuurlijk Audi’s enorme, dik vijf meter lange full-size SUV. De letter S in SQ betekent dat je met iets bijzonders te maken hebt. Geloof ons: bijzonder is ie. Moet ook wel, want je kunt met pk’s volgestampte SUV’s rustig de Trend van het Moment noemen. Van de Bentley Bentayga tot de Maserati Levante, via idioot potente Range Rovers naar veredelde zeecontainers met de letters AMG erop, naar de BMW X5 M en Jaguar F-Pace: het jeukt er inmiddels van. De kans dat je in je 911 wordt zoek gereden door een complete familie met zes labradors achterin, wordt met de dag groter.

Nu is de Q7, mede door z’n formaat, al een angstaanjagend gezicht als je ‘m in je spiegels krijgt. Dit geldt voor de Audi SQ7 TDI nog een klein tandje meer. Het ligt er gelukkig niet al te dik bovenop, maar de horizontale chroomstrips bij de mistlampen benadrukken z’n breedte nog eens extra (alsof ie dat nodig had). Verder blijft de SQ7 uiterlijk redelijk dicht bij z’n minder potente familieleden. Een extra chroomstripje hier en daar (op de spiegelhuizen bijvoorbeeld), vier rechthoekige uitlaten (in plaats van twee, al zijn ze hartstikke nep – je kunt de ronde pijpjes van de echte uitlaten er gewoon achter zien zitten, wat een beetje knullig oogt), een iets grotere spoiler op het dak, speciaal 20 inch lichtmetaal (of optioneel, zoals op de foto’s, 22 inch) en dan ben je er wel zo’n beetje.

Is de techniek net zo imposant als het uiterlijk?

Nou… De motor in de vorige top-Q7 was een monsterlijk sterke V12 TDI, maar die was met geen mogelijkheid meer aan de nieuwe uitstootnormen aan te passen. Dus ontwikkelde Audi een geheel nieuwe V8, die voorzien is van maar liefst drie turbo’s. Daarvan is er één heel bijzonder, omdat het strikt genomen geen turbo, maar een elektrisch aangedreven compressor is. Een turbo heeft immers uitlaatgassen nodig om op toeren te komen, en het duurt altijd even voordat die gassen de turbo bereikt hebben. (Bij de andere twee turbo’s zijn die wegen trouwens al behoorlijk verkort, omdat ze middenin de V-vorm van de cilinderbanken zijn geplaatst).

De elektrische aandrijving zorgt ervoor dat de compressor al op toeren is voordat er überhaupt gassen door de lei­ding­­en stromen. Daardoor kan hij meteen (nou ja, binnen 250 milliseconden) reageren als er gas wordt gegeven. Daarna nemen turbo 2 en 3 het stokje over, zodat je van 1.000 tot 5.000 tpm één rechte lijn aan vermogen en koppel tot je beschikking hebt.

‘Geen overhellen, niet eens wat gemopper van de banden. Het is surrealistisch, alsof je in een tekenfilm zit’

Ook bijzonder is het feit dat Audi, om de compressor van stroom te voorzien, naast de gebruikelijke 12-volts-installatie een hele nieuwe krachtcentrale van 48 volt heeft aangelegd; vier keer zo veel dus. Het gebruikelijke circuit voedt alle normale dingen (airco, startmotor, veiligheidssystemen en dergelijke), het nieuwe bemoeit zich puur met de compressor én de actieve rolstabilisatie, ook een nieuw geintje dat kort gezegd overhellen in bochten tegengaat. Daarnaast beschikt de SQ7 natuurlijk over alles wat Audi weet over ondersteltechniek: Leichtbau, luchtvering, een sportdifferentieel met torque-vectoring – noem maar op. En anders zijn er altijd nog de elektrische hulpjes, 24 in totaal maar liefst.

Mooi spul dus. Over wat voor cijfers hebben we het?

De motor knalt er 435 pk tegenaan plus een monsterkoppel van 900 Nm – en dat dus als gezegd over het totale toerenbereik. De SQ7 weegt van zichzelf al 2.245 kilo. Doe daar nog twee inzittenden en een volle tank brandstof bij en je gaat hard richting 2.500 kilo – een kleine vrachtwagen zo ongeveer. Niettemin dreunt ie in een moeite door naar de afgeregelde top van 250 km/u en gaat ie in een sportwagentijd van 4,8 seconden van 0 naar 100 km/u. 4,8 seconden! Voor een dieseltje.

Nog veel imposanter is de manier waarop ie het doet. Druk op de roodomrande startknop en het begint achter je spontaan te onweren. Een diepdonker gerommel, een meteorologisch verschijnsel dat je bijzonder genoeg met je rechtervoet nog in intensiteit kunt laten toenemen. Bliksemen gaat het pas als je gaat rijden, want de manier waarop de SQ7 uit de startblokken komt is ronduit verbijsterend. Volkomen lineair, zonder bandengekerm of wat dan ook, schiet de mammoet er vandoor. En het lijdt geen enkele twijfel dat hij die idiote versnelling tot aan z’n afgeknepen top gaat volhouden. Het tempo is krankzinnig, het onweer neemt alleen maar toe, met af en toe een bliksemslag van de achttraps automaat. Hij klinkt niet als een diesel, voelt niet als een enorme SUV en versnelt niet als iets van tweeënhalve ton.

Verreweg het krankzinnigst is wat er gebeurt als de SQ7 een nietsvermoedend bochtje op z’n pad treft. Helemaal niets, namelijk. Je kon zweren dat er een bocht was, je hebt ook gestuurd. Maar het voelde alsof je gewoon rechtdoor reed. Je schudt even met je hoofd en besluit de volgende bocht harder te nemen. Weer hetzelfde. Nog harder dus. En alweer: geen krimp. Geen overhellen, niet eens wat gemopper van de banden. Het is surrealistisch. Alsof ie twee keer zo laag en drie keer zo breed is. Alsof je in een tekenfilm zit.

Kun je ook normaal doen in een Audi SQ7 TDI?

De luchtvering en z’n elektronische vriendjes zorgen er net zo makkelijk voor dat je bij rustig rijden (succes daarmee!) in een hoogst comfortabele auto reist, waar je met z’n zevenen in kunt. Met allemaal prachtig leer en alcantara en die fraaie virtual cockpit en Google Earth-navigatie en B&O-audio en zo kunnen we wel doorgaan. Er zijn heel wat huiskamers waar je slechter af bent.

Maar trap even het gaspedaal in en het is alsof je geteleporteerd wordt. Het zou, bedenken we opeens, kunnen overkomen alsof dat saai is. Alsof je geen controle hebt, omdat de Audi SQ7 TDI het allemaal wel voor je uitzoekt. Een probleem waar veel van z’n concurrenten trouwens aan lijden: ze zijn gewoon niet leuk.

De Audi SQ7 TDI is leuk, heel leuk zelfs. Hij is eerder hilarisch dan saai. Het enige waar je aan merkt dat je eigenlijk met een soort aluminium tyrannosaurus rex op pad bent, is bij het remmen. Dan blijk je toch nog gewoon op aarde te rijden en merk je dat de natuurkunde wel degelijk ergens grenzen stelt. Niettemin: ook hier is het verbluffend hoe snel er zo veel snelheid uit zo veel gewicht kan worden gehaald. Wat een sloper.

Audi SQ7 TDI


Motor
3.956 cc
V8 triturbo
435 pk @ 3.750 tpm
900 Nm @ 1.000 tpm

Aandrijving
vier wielen
8v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 4,8 s
top 250 km/u

Verbruik (gemiddeld)
7,2 l/100 km
189 g/km CO2
D-label

Afmetingen
5.069 x 1.968 x 1.741 mm (l x b x h)
2.996 mm (wielbasis)
2.245 kg
85 l (diesel)
805 / 1.990 l (bagage)

Prijzen
NL € 120.950 (25%)
B € 91.100

Het vonnis
Dat iets zo groot en zwaar als de Q7 zo onvoorstelbaar snel kan zijn en zo strak op de weg kan liggen – als we het niet hadden meegemaakt, hadden we het niet geloofd. Een surrealistische ervaring

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)