Autotest: BMW 635d Cabriolet

Is dan geen enkel segment veilig voor de dieselopmars? De 6-serie is aan de beurt.

 

Tijd voor wat cijfertjes. De gefacelifte 6-serie van BMW is 23 procent zuiniger dan de voorgaande editie. De 630i spant daarbij de kroon. Bovendien braken de grote coupés 13 procent minder CO2 uit. Toch is het vermogen gemiddeld 14 procent hoger.

 

Dat zijn nog eens cijfers. Binnen de EU willen we dat er in 2020 20 procent minder kooldioxide wordt uitgestoten, terwijl de ontwikkelingen die de 6-serie heeft doorgemaakt om precies te zijn drie jaar in beslag namen. Toegegeven, de opdracht van de EU is iets gecompliceerder, maar toch, het is een knap staaltje uit München.

 

Hoe het ook zij, alle cijfers verbleken bij de kwaliteiten van de dieselmotor uit de 6-serie, die er als coupé en als cabriolet is. De drieliter twin-turbo is leverbaar in vrijwel alle BMW’s van het moment. Het is een machtige machine. Hij is geciviliseerd genoeg om in een cabriolet te liggen, daarnaast heeft hij veel kracht voor een fijne tussenacceleratie. Om een idee te geven hoe sterk 286 pk’s en 580 Nm zijn: op een helling rijdt hij vanuit stilstand in de tweede versnelling weg. Je vraagt je af waarom er nog een eerste versnelling is.

 

De twee turbo’s vullen elkaar aan. De lichte, kleine doet zijn werk bij lage toerentallen en voorkomt daarmee het beruchte turbogat. Bij hogere toerentallen (vanaf 2.000 tpm) komt zijn grote broer erin om het laatste zetje in de rug te geven. Je voelt nauwelijks dat een van beide zijn werk gaat doen. Zijn dorst is met 7,2 liter per 100 km bescheiden, je krijgt er 190 gram CO2 per kilometer voor terug.

 

Zonder uitzondering wordt deze auto geleverd met automaat. Zowel in de handmatige modus als de volautomatische stand is het een heerlijkheid om mee te rijden. Dat is opvallend, want normaal gesproken reageert een diesel niet zo snel op de commando’s van een flipperautomaat.

 

Of je nu een rustig zondag-middagritje maakt of even flink gaat beesten, de motor (en jij dus ook) heeft het naar zijn zin. Dat kun je van het chassis helaas niet zeggen. Dat vraagt namelijk om een stevige rit, relaxed cruisen is geen pretje. Toegegeven, de testauto stond op 19 inch velgen met een sportonderstel, maar de wielophanging is te stug, zeker voor een cabriolet. Dat is jammer, want hoewel zijn wegligging, zeker voor zo’n zware auto, perfect is, zul je hiermee voornamelijk rustig rijden. De standaard vering is heel capabel voor sportievere ritten, maar zeker ook comfortabeler. Bovendien is de besturing iets te ongevoelig voor een sportauto.

 

De uiterlijke wijzigingen zijn nihil. Je buurman moet wel een heel erge freak zijn om de nieuwe achterreflectoren te herkennen. De acht nieuwe voorkeuzeknopjes op het dashboard maken het gebruik van het ellendige iDrive iets dragelijker.

 

De vernieuwde 635d heeft een unieke positie in zijn klasse. Het is de enige diesel, bovendien wordt de Mercedes SL, zijn belangrijkste concurrent, pas op z’n vroegst in 2008 vernieuwd. Tot die tijd is hij de jongste.

 

Toch blijft het een gekke combi, een diesel in zo’n supercabriolet. Je moet wel een verrekt goede reden hebben om dit model te kopen in plaats van de machtige 650i.