Er zijn vele pogingen gedaan om de magie van ’s werelds beroemdste langeafstandsrace voelbaar te maken in de vorm van een videogame, en al die pogingen worstelden met het probleem dat niemand zin had om een diepe slagaderlijke trombose op te lopen door 24 uur aan één stuk een racegame te spelen. In dat opzicht was de speelhal, waar je doorgaans hooguit een schamele anderhalve minuut aan speelplezier terugkreeg voor je glimmende rijksdaalder, waarschijnlijk de slechtst mogelijke plek voor een Le Mans-spel.
Dat weerhield Sega er echter niet van het toch te proberen, in 1997. Le Mans 24 is lang niet zo bekend als Daytona USA of Sega Rally, maar het format van het spel was zonder meer uniek. Zodra de kast ’s ochtends was aangezet, was de race live, compleet met de overgangen tussen dag en nacht, en met de variërende weersomstandigheden. Spelers die een munt inwierpen, startten een haastige ‘stint’ van een authentieke langeafstandsrace en begonnen in de pits, met als simpel doel zoveel mogelijk auto’s in te halen.
De auto’s in Le Mans 24 zijn subliem
En wat voor auto’s: Le Mans 24 viel gelukkigerwijs samen met een tijdperk in de endurance-racerij waarin raceversies te bewonderen vielen van auto’s als de Ferrari F40, McLaren F1 en Porsche 911 GT1. Omdat die fenomenale roedel moderne droommachinerie kennelijk nog niet genoeg was, mikte Sega er ook nog even de van een rotatiemotor voorziene Mazda 787B, het dominante Sauber C9-prototype en de klassieke Porsche 917K uit de film Le Mans uit 1971 bij. Is daar eigenlijk een woord voor, voor een kudde eenhoorns?
De geest van Le Mans werd er aardig mee gevangen, hoewel het ‘live race’-concept wat te lijden had onder het feit dat als je in een multiplayer-game reed, je wel het circuit deelde, maar in feite totaal verschillende races reed. Je kon zelfs in de verbluffende situatie terechtkomen dat twee of meer spelers op exact dezelfde racepositie lagen. In dat licht bezien zijn de strubbelingen die de F1 af en toe met de regels heeft maar klein bier…
Reacties