Voilà: Citroën DS4!

Dit is ‘m dan, de tweede in de speciale lijn die Citroën met de DS3 zo voortvarend heeft neergezet: de DS4. Hij begint zijn bestaan op de aanstormende Salon van Parijs en staat over ongeveer een jaar in de showroom van je plaatselijke autoboulevard.

‘Hoog op de poten, ruim in de veren en een grote bek’; het is sinds jaar en dag het credo van voetbalclub ADO Den Haag, verwijzend naar de ooievaar in het clublogo. Je zou het één op één van toepassing kunnen verklaren op de DS4. Want hij staat inderdaad iets hoger op zijn poten dan een ‘normale’ hatchback, zonder nou meteen tot Qashqai-achtige hoogtes te groeien. Grappig is dat Citroën in het persbericht meldt dat er ‘stijlvormen worden gemixt die voorheen tegengesteld waren’, maar er niet bij vertelt welke stijlvormen dat dan mogen zijn. Niet dat wij er enig idee van zouden hebben. Maakt ook niet uit, de DS4 ziet er een beetje vreemd, maar wél erg lekker uit. Een stuk spannender dan de C4 waarvan hij is afgeleid, al moet dat niet zo’n enorme uitdaging zijn geweest.

Ruim in de veren zit de DS4 zeker, want je kunt er een hoop spulletjes op krijgen die je niet direct in zo’n soort auto vermoedt. Wat dacht je van massagestoelen? Of het feit dat je zelf kunt kiezen welke geluiden je wilt horen als waarschuwingstonen en welke kleur je dashboardverlichting moet hebben? Of die heel aparte leren bekleding, die moet doen denken aan een horlogebandje?

Er komen in het begin vijf motoren, drie benzines van 120, 155 en 200 pk, en twee diesels van 110 en 160 pk. De versnellingsbakken hebben allemaal zes verzetten en komen er zowel in handgeschakelde als autmatische vorm. De 110 pk-diesel (over de rest hebben ze het nog even niet) heeft een start/stop-systeem en een dynamo die de remenergie weer terugwint, en zou een van de zuinigste en schoonste in zijn soort moeten zijn.

Eén ding intrigeert ons: die achterportieren. Ze zijn heel smal en hoe we ook kijken, we kunnen niet ontdekken hoe je ze open krijgt. Het zou kunnen dat er à la Alfa van die verstopte portiergreepjes bij de achterruit zitten, maar goed zichtbaar is het niet. Goed, wordt vanzelf duidelijk als we de auto in Parijs kunnen gaan zien. Dan vast meer!