We zetten de greatest hits van Renault voor je op een rijtje
We reden pas in de vernieuwde Renault Clio RS 220 Trophy (met Akrapovič-uitlaat!) en dat zette ons aan het denken. Met welke machtige uitvoeringen wist Renault ons de afgelopen 25 jaar te verblijden? Dit zijn de 7 heetste Renault Clio’s. Oh ja, in willekeurige volgorde, ze zijn allemaal zo lekker.
Een heerlijke hete hatch volgens het bekende recept: een grote 2,0-liter motor in een licht gebakje. En natuurlijk mogen die toffe goudkleurige wielen niet ontbreken. Dat kon toen gewoon nog, in 1993. Onzinnigheden als ABS ontbreken natuurlijk, je lot lag in jouw handen (en voeten).
Geen brede Clio met een paar leuke stickers, maar een volbloed rallybeest met bijna 280 pk. En lijpsnel in de handen van Jean Ragnotti.
Niet alleen op dirt of gravel kwam je de Clio tegen. Al sinds de eerste generatie bouwt Renault de Clio Cup waarmee je in het weekend het circuit onveilig maakt.
Weer een 2,0-liter viercilinder met vermogens van 170 tot 200 pk, afhankelijk van de generatie. De oudere modellen kosten nu geen drol meer en rijden nog net zo leuk. Koop dan.
Nog net herkenbaar als een Clio, maar dan compleet anders. De viercilinder voorin verdween ten gunste van een 3,0-liter V6 die op de plek van de achterbank kwam. Hij is zo breed dat hij bijna vierkant is en met 255 pk op de achterwielen zo listig als wat.
Het Trophy-onderstel met 18 inch wielen en een verlaagde wielophanging is gemaakt voor het circuit en heeft een top van 235 km/u. In 6,6 seconden zit je vanuit stilstand op de 100 km/u. En dan heb je ook nog het niet-normaal-harde Trophy-onderstel, ideaal voor het circuit maar bijna onbruikbaar voor je dagelijkse woon-werkkilometers.
Of de motor met 275 pk van een supersnelle Renault Mégane past in een Clio? Ja hoor. Renault noemt de creatie de Clio RS 16. De officiële cijfers kan Renault niet vertellen omdat het een concept is, maar in theorie moet hij in ongeveer 5,5 seconden vanuit stilstand op 100 km/u zitten.
De 11 snelste hatchbacks die je nu kunt kopen
