Zaterdag 11 juni, 15.00 uur. Zesenvijftig auto’s rollen over de start-finishlijn van het Circuit de la Sarthe in Le Mans, voor de 79e keer sinds 1923. Wij staan achter de vangrails, en zien na luttele minuten beide gloednieuw ontworpen Aston Martin LMP1-auto’s uitvallen. We zien Allan McNish met zijn Audi langs een Ferrari schampen en gruwelijk hard de bandenmuur in getorpedeerd worden. Hij stapt uit zonder verwondingen, en de fotografen in de bocht kijken vol ongeloof naar het engeltje op hun schouder.

We zien de Peugeots vechten. We zien Jeroen Bleekemolen en de andere coureurs van de Lola met rugnummer 12 als snelste benzineauto achter de diesels aan jagen. We zien Le Mans-veteraan Jan Lammers eindeloos worstelen met technische problemen. We zien Luis Ordoñez, de PlayStation-gamer die door Nissan werd opgeleid tot professioneel coureur, goed presteren in zijn LMP2-bolide.

We zien de tweede ongelooflijk harde crash; wederom een Audi die in contact komt met een Ferrari. Wederom gelukkig geen gewonden. We zien Xavier Maassen op zijn startmotor naar de pitstraat kruipen. We zien de leidende GTE-Pro Corvette crashen door eigen fout, en zijn teamgenoot langs een Ferrari knallen om de leiding over te nemen. We zien Marc Gené in een Peugeot op achterstand de enige overgebleven, leidende Audi schandalig de weg versperren. En we zien desondanks die Audi winnen, na 24 uur non-stop racen, met een voorsprong van slechts 14 seconden.

We waren erbij: een niets minder dan legendarische editie van de 24 uur van Le Mans. Lees er niet in de komende TopGear over – die werd gedrukt terwijl de auto’s van start gingen – maar in het augustusnummer dat op 21 juli in de winkels ligt. Even wachten, maar dan heb je ook wat. Het was prachtig.

Lees ondertussen onze tweets terug voor wat gebazel vanaf de zijlijn. Met een paar plaatjes en zo.

Fotocredit: ACO/lemans.org

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)