Het werd een keer tijd, want Lotus’ kleinste had alweer zeven jaar hetzelfde smoeltje. De gefacelifte Elise heeft wat meer weg van de Evora en is uiteraard voorzien van de nodige Audi-led’jes in de koplampen. Ook niet onbelangrijk: er is een nieuwe instapversie, een verse zesversnellingsbak, alle varianten zijn zuiniger geworden, er zijn betere stoelen, lichtere velgen, cruisecontrol (huh?) en de fabrieksgarantie is opgekrikt van twee naar drie jaar.
Vanaf nu is de basis-Elise voorzien van een 1.6 Toyota-motor met 136 pk. Dat klinkt een beetje karig, maar vergeet niet dat de Elise slechts 876 kg weegt. Je gaat dus alsnog in 6,7 seconden van 0 naar 100, en de topsnelheid is een leuke 200 km/u. Het verbruik is ondertussen bijzonder laag voor zo’n vlotte auto: 6,1 l/100 km. De precieze CO2-uitstoot is nog niet bekend, maar het zal minder zijn dan 155 g/km. Lotus noemt de Elise daarom toch alvast de schoonste benzine-sportauto ter wereld.
Ben je, zoals wij, niet geïnteresseerd in milieugeneuzel wanneer je naar dit soort auto’s kijkt, ga dan voor de Elise R met 192 pk. We hebben het dan over 0-100 in 5,4 seconden en een top van 222 km/u. Nog leuker is de Elise SC (220 pk), die dezelfde sprint in 4,6 seconden doet en doorloopt tot 233 km/u. Vanaf april staan de nieuwe Lotusjes bij de dealer.
Reacties