De Audi RS 3 Limousine maakt ons verdrietig voor een elektrische toekomst

Het gebeurt de laatste tijd toch met enige regelmaat dat we uit een elektrische auto stappen en denken: ‘als dit de toekomst is, dan is het allemaal zo slecht nog niet’. Het zoeft met het grootste gemak de oprit op, laat elke leaserijder met S-Line-pakketje mokkend achter bij het stoplicht en met de huidige batterijen kom je een heel eind. De fase ontkenning zijn we inmiddels wel voorbij, maar net als we de fase ‘acceptatie’ naderen, komt er zoiets voorbij als een Audi RS 3. Die zet ons twintig stappen terug in de rouw om de benzinemotor. Terug naar de kalverliefde, zelfs.

Dat Audi in de tijd dat de regelmakers de CO2-duimschroeven aandraaien er tóch voor kiest om nog een vijfcilinder uit te brengen, geeft ons de indruk dat ze er hetzelfde instaan als wij. Tuurlijk, we snappen de noodzaak van vergroening helemaal. Maar och, wat is het jammer. Dat moet Audi ook vinden. Het had ons niets verbaasd als we in een Q4 e-tron binnenkort een handgeschreven briefje in het handschoenenkastje aantreffen met de tekst ‘Help, we moeten batterijauto’s bouwen’.

Er zijn nog maar weinig vijfcilinders

Audi is momenteel nog het enige merk dat een vijfcilinder bouwt. Vooruit, Cupra mag je meetellen, want die legt deze motor in de Formentor (die overigens niet in Nederland leverbaar is). Nog meer dan een V6-motor doet het geluid van de vijfcilinder iets met je, zelfs nu een partikelfilter en een turbo de motor knevelen. Het begint al met de koude start, waarbij de vijf cilinders wat humeurig en rauw tot leven komen. Net lang genoeg om de buren even spichtig door de luxaflex te laten gluren, blijft de motor wat hoger in de toeren hangen, voordat hij kalmeert en rustig stationair loopt. Het is een uitstekende manier om de dag te beginnen. En even voor de duidelijkheid: volgens Audi komt niets van het geluid via de speakers binnen (al zouden we zweren van wel…).

In de normale rijmodi is de motor altijd heel lichtjes aanwezig, maar het beste is om de Individual-modus zelf in te richten zodat de uitlaat altijd staat op ‘aanwezig’, zoals Audi het noemt. De beschaafd-stand is eigenlijk alleen handig voor wie beloofde ‘niet te laat thuis te zijn’. Of rij gewoon altijd in de Performance-modus, waarbij de RS 3 alles op scherp zet en zich luidkeels laat horen.

De Audi RS 3 Limousine is niet zuinig

Je zult het extra verbruik, dat sowieso nooit echt veel lager dan 10 liter op de 100 kilometer wordt, voor lief nemen. De RS 3 probeert het verbruik te drukken met een lange zevende versnelling. Het is verbijsterend om te zien hoe slecht de Audi met 400 pk in z’n zeven vooruitkomt bij 100 km/u. Vandaar dat de bak in de automatische stand al gelijk terugschakelt als je op de snelweg ook maar naar het gaspedaal kijkt. Zorgt voor wat vertraging, maar dat is klein bier.

Over aanwezig gesproken; hoewel het eigenlijk maar een A3 met een flinke tik op de vingers van de fiscus is, kregen we zelden zóveel aandacht op de snelweg. Nog meer dan met een willekeurige Bentley of Porsche. Een ritje, in ieder geval in het weekend, zonder op de foto gezet te worden of zonder dat er een raampje omlaag ging met een vriendelijk handgebaar, was onmogelijk. Misschien omdat het de sedanuitvoering is, want die zie je niet vaak, maar vooral omdat veel mensen dit toch wel beschouwen als een bereikbare droomauto – of in ieder geval ooit als tweedehandsje.

De prijs van de Audi RS 3 Limousine

We weten niet zeker of deze mensen doorhebben dat de vanafprijs van deze Audi RS 3 Limousine tegenwoordig al ruim 95.000 euro is (64.230 euro in België). De prijs is overigens nog geen 1.000 euro hoger dan die van de RS 3 Sportback. En dan moet je nog de noodzakelijke opties aanvinken, zoals led-matrixlampen (847 euro), de sportuitlaat (1.210 euro), head-up display (1.120 euro), sportonderstel (1.210 euro) en vooruit, doe ook maar de krik van 35 euro. Typisch trouwens dat je bij een auto van meer dan een ton nog een blanco knopje op het stuur en in de middenconsole hebt.

We zijn ons er heel erg van bewust hoe makkelijk het babbelen is met andermans geld, maar als we aan het sparen zouden zijn voor een S3, zouden we echt wel de 24.000 euro (in België maar 14.000 euro) doorsparen voor een RS 3. De S3 voelt vooral als een snelle A3 en de RS 3 voelt echt als een heel ander dier. En laten we eerlijk zijn: veel meer kansen om ooit nog een nieuwe vijfcilinder te bezitten, ga je niet meer krijgen.

De RS heeft driftmodus

Naast de vijfcilinder installeert Audi dan ook Torque Rear in het menuutje van rijmodi. In deze modus zou je in theorie mooie drifts kunnen neerleggen. Het is zelfs mogelijk om het volledige vermogen naar één achterwiel te sturen. We vertrouwen erop dat dit werkt, maar gezien de slechte weersomstandigheden tijdens de test en het feit dat wij niet de personen aan de andere kant van de lijn willen zijn als Audi dat belletje krijgt, hebben we verzaakt.

Wel kunnen we zeggen dat de auto dankzij de vierwielaandrijving een formidabele partner is om een van de grootste stormen in Nederland sinds tijden te trotseren, al heeft de auto door de brede voorbanden (die breder zijn dan achter) veel last van de diepe plassen; hij wil nog weleens naar links of rechts duiken.

Een Audi TT met extra deuren?

Wat dan weer wat minder bemeten is, is de hoofdruimte achter. De twee extra deuren maken de RS 3 heel praktisch, zeker voor je spullen, maar als er met enige regelmaat iemand achterin moet, kun je beter de Sportback nemen. Zie de Audi RS 3 Limousine dan ook liever als een net iets praktischer alternatief voor de TT RS.

Voorin zit het meer dan prima, al mogen de sportstoelen wel nét iets meer zijdelingse steun bieden. Iets wat je wel nodig hebt met de onnoemelijke hoeveelheid grip die de Audi RS 3 Limousine zelfs op winterbanden heeft. En hadden wel al gezegd dat ie idioot snel is? Nou, bij dezen.

Specificaties Audi RS 3 Limousine (2022)