Autotest

Audi TT RS Roadster

Duidelijk: 400 pk in een vierwielaangedreven auto met een steeds bijzonder wordende vijfcilinder, dat staat garant voor een feestje waar het dak eraf gaat. En dat mag je wat Audi betreft heel letterlijk nemen, getuige de TT RS Roadster.

Door Redactie TopGear

Gepubliceerd op 12 februari 2017 om 15:06 uur

TopGear Koningsdagdeal met veel oranjekorting

Er is niets op deze wereld dat zo klinkt als een vijfcilinder. Het simpele feit dat het aantal cilinders oneven is, zorgt in de basis al voor een onbalans, die zich vertaalt in een onmiskenbare en uit duizenden herkenbare roffel. Wel eens in iets met een driecilindertje gereden? Nou, dat dus, maar dan vermenigvuldigd met een factor, eh… veel.

Waar zijn al die vijfcilinders dan?

Nu Volvo de vijfcilinder ook al ten grave heeft gedragen (waarvoor nogmaals foei, Zweden!), is Audi de enige fabrikant die ze nog maakt. En dat willen ze weten ook: ze hebben hem onlangs zelfs compleet vernieuwd, waaruit moge blijken dat ze voorlopig nog lang niet van hem af willen. Ze fokken die onbalans nog een zetje verder door, door de cilinders die vlak bij elkaar en degenen die juist ver uit elkaar liggen, om en om te laten ‘afvuren’. Wat er weer voor zorgt dat die roffel nóg weer wordt vermenigvuldigd met een factor (je raadt het:) veel.

Goed, Audi is dus trots op die motor (met erkend recht overigens: hij is nu al zeven keer op rij tot Engine of the Year verkozen) en ze willen dus graag zijn karakteristieken zo veel mogelijk naar voren brengen. Nou hebben ze daar een aantal extra mogelijkheden voor. Zo kun je in de Audi TT RS Roadster de sportstand selecteren – daar wordt hij al wat luider van. Dan zit er op de middentunnel ook nog een knopje waarop twee uitlaatpijpjes staan. Druk die in en vlinderkleppen in het uitlaattraject gaan permanent open staan, waardoor de meeste demping omzeild wordt: nog meer hemelse herrie. Maar de mooiste optie is zonder meer: sloop dat hele dak eraf.

Is de Audi TT RS Roadster onze redding?

En dan heb je dus de Audi TT RS Roadster. De Coupé is al een feest, maar door het verwijderen van het dak wordt dat partijtje nog eens een heel stuk heftiger. Voor een groot deel natuurlijk door de factoren rijwind, zon (hopelijk) op je bol en de geuren van de omgeving – allemaal dingen die bewust en onbewust een enorme bijdrage leveren aan je rijbeleving. Die rijwind heb je deels zelf in de hand. Doe alle ramen en het windschotje omhoog en je hebt zo goed als nergens last van. Doe alles omlaag en je hoeft voorlopig even niet meer naar de kapper.

Maar in een auto als de Audi TT RS Roadster is het vooral het veel directere contact met het motorgeluid dat je rijervaring onvergetelijk maakt. Het fluiten van de turbo, het grommen van het blok, de knallen uit de uitlaten: het is allemaal alsof het zo’n beetje ín je gezicht gebeurt. Heel erg #nofilter 2.0, zogezegd.

Lever je veel in ten opzichte van de dichte versie?

Nou, nee hoor. Door de minder perfecte aerodynamica die een open auto nu eenmaal met zich meebrengt, en het (90 kilo) extra gewicht vanwege de verstevigingen, trek je 0,2 seconden ‘langzamer’ naar 100 km/u dan in de Coupé. Langzamer nadrukkelijk tussen aanhalingstekens, want 3,9 seconden is nog steeds loei- en loeisnel. De top blijft een afgeregelde 250 km/u (280 km/u is optioneel) en het verbruik stijgt 0,1 liter naar 8,3 l/100 km. Boeien!