Hyundai lanceert de nieuwe i30, een ware Golf-killer als je de geruchten mag geloven. Moet VW zich zorgen maken? Nou…
Hoe lang is het nou helemaal geleden dat je een Hyundai-rijder gewoon legaal van de snelweg mocht knuppelen wegens intense vervuiling van het verkeersbeeld? Tien jaar? Twintig? Dat ze gewoon misselijke gebakjes als de Lantra (of erger: dat hondenhok Excel – hu!) op de weg durfden te zetten? Wel, niets, maar dan ook niets van Hyundai anno 2012 doet nog aan die mobiele verschrikkingen denken. We kunnen ons voorstellen dat je, zeker als je behept bent met enig historisch besef, nog steeds argwanend tegenover moderne Hyundai’s staat, maar zelfs als je daar héél erg last van hebt, zul je moeten toegeven dat geen enkel autobedrijf waar ook ter wereld grotere sprongen heeft gemaakt dan Hyundai. Gewoon, feit, jammer maar helaas.
De vorige i30 was al een prima auto – weinig uitgesproken, maar wel veel waar voor je geld, niets mis mee. De laatste tijd hebben de Koreanen echter design een stuk hoger op het prioriteitenlijstje gezet. Dat heeft al geleid tot de smakelijke ix35 en ix20, de lekker gekke Veloster en de ijzersterke i40. Nu is er de nieuwe i30.
De eerste aanblik leert al: hier staat een serieuze auto. Over het ontwerp is duidelijk nagedacht, en de van BMW afkomstige hoofdontwerper Thomas Burkle heeft bedacht dat de i30 geen grijze-muizerige crowdpleaser hoeft te zijn, maar best een opvallende verschijning mag zijn. Op zich een riskante stijlbreuk – Volkswagen scoort al jaren met een Golf die al evenveel jaren nagenoeg hetzelfde oogt, Audi doet iets soortgelijks met de A3 en zo kun je nog wel een aantal voorbeelden bedenken van pure conservatievelingen. Aan de andere kant: zie Opel Astra, Ford Focus, Renault Mégane, de dingen waar Citroën mee bezig is – daar wil Hyundai kennelijk liever bij horen. Wellicht dat dochter Kia de wat behoudender rol moet gaan spelen, maar over de ‘verdeling’ tussen die twee krijgen we nog altijd maar weinig duidelijkheid.
Zoals het een hip merk betaamt, heeft Hyundai een lekker pretentieuze naam voor haar ‘designtaal’ bedacht: Fluidic Sculpture. Daar zullen we niet te veel op in gaan, maar de stoere neus (eventueel nog op te leuken met chroom in het bovenste deel van de grille), de koplampen met dagrij-leds, de uitgeklopte wielkasten, de opvallende lijn die over de handgrepen loopt – er staat wel wat.
Ook aan het interieur is veel aandacht besteed. De dagen dat Koreanen een paar knopjes en metertjes in zwart Komo-plastic wel best vonden, zijn héél erg voorbij. Fraaie kunststofkwaliteiten, opgefleurd met veel accenten in mat-chroom en pianolak, een mooi ontwerp en een alleszins ergonomisch verantwoorde indeling – gewoon erg goed allemaal. Ze hebben bij Hyundai goed naar de Golf gekeken; die blauwe instrumentverlichting, dat rolluikje over de bekerhouders in de middentunnel: het komt bekend voor. De stoelen zijn uitstekend en prima verstelbaar, dus een goede zit vinden mag geen probleem zijn. Achterin is de hoofdruimte in orde, de beenruimte is oké. Opbergruimte is er voldoende, de bagageruimte is ten opzichte van de vorige i30 ook aardig gegroeid: 40 liter extra zonder en 70 liter extra met omgeklapte achterbank.
Er komen voorlopig maar twee motoren, een benzine en een diesel, beide 1,6 liter groot. De diesel is net iets minder sterk dan de benzine (128 tegen 135 pk), maar levert met z’n 260 Nm wel bijna 100 Nm meer koppel. Ze presteren redelijk vergelijkbaar; de topsnelheid bedraagt zo rond de 190 km/u en je doet er om en nabij de tien seconden over om 100 km/u te bereiken. Daarvoor zul je stevig moeten trappen, want de (overigens uitstekend schakelende) bak en motor zijn nadrukkelijk op zuinigheid afgesteld.
Niet zonder resultaat, want beide motoren scoren met schijnbaar gemak die felbegeerde 20-procent bijtellingsstatus, wat met het oog op de zakelijke markt die Hyundai nu eens bij de kladden wil pakken, wel zo prettig is. (Voor de professionele filerijders is het goed om te weten dat de ook leverbare automaat zomaar anderhalf keer méér CO2 uitbraakt – daar gaat je voordeel). De keerzijde van die afstelling is dat het allemaal niet erg van harte gaat; het komt aardig vooruit, maar ook niet meer dan dat. Hyundai sluit de komst van vlottere motoren niet uit, maar voorlopig zul je het met deze gedrogeerd overkomende jongens moeten doen.
‘Al met al is de i30 een wereldaanbieding’
Dat wil niet zeggen dat je met de i30 geen lol kunt beleven, want het onderstel is erg goed. Ook hier krijgen we uitdrukkelijke Golf-flashbacks. Vering en demping zijn net als bij de Duitser aan de stevige kant, overhellen wordt tot een minimum beperkt en een leuk bochtje wat vlotter pakken – de i30 heeft er zonder meer pret in. En dan ga je bij het uit-accelereren toch gewoon een versnellinkje lager? De i30 wordt bij z’n wat sportievere aspiraties geholpen door de besturing, die zo prettig is dat we aanvankelijk dachten dat hij nou eens een keer níét elektronisch was. Totdat we ontdekten dat je hem nota bene op drie standen kan zetten: Comfort, Natural en Sport. De eerste is bedoeld voor inparkeren, de laatste maakt hem wat zwaarder en maakt ook de gaspedaalrespons iets feller. De verschillen zijn niet wereldschokkend, maar het werkt wel en laat zien dat een elektronische besturing waarbij je nog we wat voelt, wel degelijk kan. Eat that, Audi!
De standaarduitrusting is des Hyundai’s – riant – evenals de keuze aan uitvoeringen. Dé prijspakker is de Business Edition: standaard navigatie, Bluetooth, achteruitrijcamera, lichtmetaal, klimaat- en cruisecontrole voor net geen 20 mille. Top is ook de garantie: vijf jaar, van bumper tot bumper. Waarom geen zeven, zoals bij dochter Kia? Omdat die een kilometerlimiet hanteert en bepaalde zaken, zoals een dode accu, uitsluit – dan liever twee jaar minder, maar wel helemaal. Zit wat in.
Al met al is de i30 een wereldaanbieding. Hij is met z’n startprijs van 16.995 euro (veel) goedkoper dan concurrent VW Golf, zit (veel) beter in zijn uitrusting, rijdt eigenlijk net zo goed, ziet er lekker uit en heeft een onovertroffen garantieregeling. Oké, de motoren zijn saai, de automaat is nauwelijks een optie én later dit jaar komt de nieuwe Golf. Die kan maar beter verdomd goed zijn – zo lang ga je het niet meer redden op alleen maar een naam en een reputatie. Maak je zorgen, VW, maak je zorgen.
Hyundai i30 1.6 GDI Business Edition
15/20
Cijfers
0-100 km/u: 9,9 s
Top: 190 km/u
Verbruik: 5,0 l/100 km
Motor: 1.591 cc, viercilinder benzine
Aandrijving: voor
Vermogen: 135 pk
Koppel: 164 Nm
Gewicht: 1.168 kg
CO2: 118 g/km
Prijs
NL: € 19.995
BE: € 19.779
Vonnis
Prima ding. Als Hyundai zo doorgaat met het verbeteren van haar producten, eten we over een jaar of tien allemaal blaadjes sla met gebakken tekkel
Reacties