Na een uitstapje als slachtoffer van een hakbijlmoordenaar werd de Renault Mégane in 2008 braaf en doorsnee. Maakt deze facelift ‘m wat spannender?
Om kort te gaan: neen. In feite heeft Renault zelfs nauwelijks iets veranderd aan het uiterlijk van de Mégane. Wat chroomstripjes, led-dagrijverlichting, een paar nieuwe setjes velgen: dat was het wel. Binnenin vind je andere bekledingsstofjes, een plek voor je usb-stick en een sensor die de luchtkwaliteit in de gaten houdt. Er wordt zelfs met trots verteld dat er nu een ‘snelwegfunctie’ op de richtingaanwijzers zit, die drie keer knippert als je de hendel aantikt om van rijbaan te wisselen. Wat Volkswagens al een jaar of acht hebben, zeg maar.
Als een merk van zoiets al een punt maakt, doet dat ons vermoeden dat ze verder niet al te veel nieuws te melden hebben. Toch heeft de Mégane op motorisch gebied een belangrijke sprong gemaakt. Zo is sinds kort de Energy dCi 110 te bestellen, die slechts 90 gram CO2 per kilometer uitstoot en daarmee in het 14-procents-bijtellingstarief valt. Renault Nederland ontving in het eerste kwartaal van 2012 al meer dan 9.000 orders voor de dCi 110, en dat terwijl in heel 2011 slechts iets meer dan 8.000 Méganes (in alle uitvoeringen) verkocht werden. Ongelooflijk.
Ook op benzinegebied is er nieuws: de TCe 115, een turbomotortje van slechts 1,2 liter groot, volgt de atmosferische basis-1.6 op. Hij biedt meer koppel en (op papier) een lager verbruik, maar toch vragen we ons elke keer weer af of zo’n klein blokje in een middelgrote auto wel een succes zal zijn. De Ford Focus 1.0 EcoBoost verbaasde ons op dit vlak al eerder, en we moeten zeggen dat ook deze Mégane maar weinig steken laat vallen.
Snel is ie niet. Toch heb je zelden het idee dat de motor op de top van z’n kunnen moet presteren, mede doordat het koppel er al tamelijk vroeg in komt, maar ook doordat ie z’n werk ontzettend stil doet. Zo stil zelfs, dat we op gehoor niet kunnen bepalen waar we ons precies in het toerengebied bevinden. Oppassen dat je op de snelweg niet per ongeluk in z’n vier blijft rijden, dus.
In de GT-Line-uitvoering krijg je het onderstel van de strakker afgestelde coupé mee, en dat is welkom. In vergelijking met standaard Méganes voelt deze vanaf de eerste meters een stuk levendiger, waarbij de gewillige besturing ook helpt. De zitpositie is ideaal in te stellen en de stoelen met hoge wangen zitten prettig. Op drempels zou je spijt kunnen krijgen van je sportieve keuze, maar op rotondes verdwijnt die net zo snel weer.
Iets waar we over struikelen, is het ergonomisch niet bepaald handige interieur. Waarom zitten er nog steeds knoppen achter het stuur die je op gevoel moet bedienen, en is bijvoorbeeld de taal voor de boordcomputer, de radio en de navigatie apart in te stellen? Het wekt de indruk van een bij elkaar geraapt zootje. Dan is er nog altijd het belegen uiterlijk van de vijfdeurs, dat ons werkelijk helemaal niets doet. Ook niet als GT-Line. Gelukkig is dit makkelijk op te lossen: kies de schitterende driedeurs.
Renault Mégane Energy TCe 115 GT-Line
11/20
Cijfers
0-100 km/u: 10,5 s
Top: 190 km/u
Verbruik: 5,3 l/100 km
Motor: 1.198 cc, viercilinder turbo benzine
Aandrijving: voor
Vermogen: 115 pk
Koppel: 190 Nm
Gewicht: 1.180 kg
CO2: 119 g/km
Prijs
NL € 23.490
BE € 21.450 (Dynamique)
Vonnis
Helaas is de Mégane nog steeds niet erg gedurfd, terwijl dat nu juist is wat we in een Franse auto zoeken. De nieuwe instap-benzine is prima, zeker als GT-Line
Reacties