Seat bevindt zich in een positie waarin het zich helemaal niet wil bevinden: crisis, dalende verkoopaantallen en een modelgamma dat dringend vernieuwd moet worden.
 
Traditioneel verkoopt een merk op z’n thuismarkt altijd meer dan elders en voor Seat is dat niet anders. Spanje is een heel belangrijke markt voor het merk, maar door de crisis zijn de autoverkopen er over de hele linie met 25 procent afgenomen. Dat doet pijn en helemaal als je, zoals Seat, een marktaandeel van 10 procent hebt. Een klein, maar liever nog groot succes kan Seat dus wel gebruiken.
 
2012 moet Seat er weer helemaal bovenop helpen, helemaal als de crisis wegebt. Het is geen geheim dat de Exeo bij lange na niet zo lekker verkoopt als Seat gehoopt had, en de andere modellen, inclusief de niet eens zo heel oude Ibiza, ogen vermoeid en hier en daar zelfs belegen. Dat staat haaks op de beleving die Seat wil uitstralen, namelijk dat van een jong, hip en emotioneel geladen merk. Armin van Buuren, Shakira, met vette beats ondersteunde campagnes – het haalt allemaal weinig uit als je geen aansprekende modelletjes hebt. In 2012 staat een grote facelift van de Ibiza op stapel, komt er een nieuwe Toledo én een geheel nieuwe Leon. De kleine Mii bijt het spits af. Waarbij de Mii de eerste is die gaat bijdragen aan een gewenste verandering van de verkoopresultaten.
 
Dat laatste is geen marketingpraat van Seat, nee, het is ons oordeel. We hebben de andere, nieuwe modellen die gaan komen nog niet gezien, dus of Seat in een opwaartse spiraal zal belanden, weten we niet. Maar aan de Mii zal het niet liggen.
 
Het is geen geheim dat de Mii een broertje is van de Volkswagen Up, en dat Skoda met de Citigo ook zo’n broertje heeft. Mocht iemand beweren dat het toch echt wel verschillende auto’s zijn met elk een eigen karakter: lulkoek. Ze zijn alle drie hetzelfde. Niet meer, niet minder. Natuurlijk, ze hebben een ander snuitje, andere achterlichten en binnenin zijn heus verschillen te zien, maar al die waarneembare (en niet-waarneembare) verschillen zijn marginaal. Wij zeggen: nou èn?
 
Het verbond tussen Peugeot en Citroën enerzijds en Toyota anderzijds dat resulteerde in de 107, C1 en Aygo bleek zeer succesvol: waarom zouden Volkswagen, Seat en Skoda als volbloed familieleden dat ook niet zijn? Nou dan. Zowel Skoda als Seat profiteren van het door Volkswagen uitgedachte concept van een zuinige, praktische en leuk smoelende stadsauto en het bij Volkswagen behorende kwaliteitsimago. De twee broertjes kunnen vanuit dat uitgangspunt zelf hun eigen sausje erover gieten. Waar voor je geld bij Skoda, hip en sportief bij Seat.
 
Echt hip is de Mii zeker niet. Ja, de naam klinkt internationaal wel hip-achtig. Met gebruik van i in Apple-stijl, en me in my Mii klinkt best grappig, maar waar zijn de hippe spulletjes? Die zijn er niet. We hadden wel een subwoofer in de vorm van een hoedenplank verwacht, een dashboard van glas in plaats van een lel glimmend gespoten plastic. Of flexibele bekerhouders met zuignappen aan het plafond, Crocs-vloermatten, opblaasbare stoelen van doorzichtig piepschuim. Zelfs een usb-poort om je muziekspeler op aan te sluiten ontbreekt. In plaats daarvan een optionele radio/cd-speler (zó 1996) met aux-ingang, opgetrokken uit dof, zwart plastic.
 
Oké, je kunt tegen meerprijs een semi-geïntegreerd, afneembaar navigatiesysteem krijgen waarop je ook je telefoon via Bluetooth kunt aansluiten en met een sd-kaartje kunt rommelen om wat mp3’tjes te beluisteren, maar die vloog na wat koppelingspogingen in de resetting to factory settings-mode om de rest van de test in coma te blijven. Hopelijk niet exemplarisch.
 
We vergeten het woordje hip en bekijken het van een andere kant: dit is een auto met Volkswagen-kwaliteit die minder dan een Volkswagen kost én een jonger, frisser imago heeft. Kijk, dat moet potentiële kopers aanspreken. Je hoort het de verkoper in de Seat-showroom al zeggen: meneer, mevrouw, rijdt u maar eens een rondje. Stel dat je dat gaat doen, ergens in het tweede kwartaal van dit jaar, vraag dan om de 75-pk Eco-versie. En wel hierom.
 
Met een chagrijnig hoofd, omdat de Seat niet met onze iPhone wil praten zodat we niet van een heerlijk muziekje kunnen genieten, vertrekken we met specifiek die versie. Je kunt twee smaken Mii krijgen: een 1.0 met 60 pk en een 1.0 met 75 pk – beide ook leverbaar als Eco, wat zoveel wil zeggen als: dunnere bandjes, stop-start en remenergie-regeneratie. In plaats van een potje oudewets Sheer Heart Attack van Queen horen we een lekker raspend blokje in de neus van de Mii, waardoor we met de snelheid van een opgevoerde scooter door het drukke centrum van Barcelona schieten. Weg chagrijn.
 
Niet heel direct, maar communicatief genoeg laat de Mii zich echt snel kriskras tussen van alles door sturen. Van 0 naar 100 in 13,2 seconden lijkt traagjes, maar de eerste meters schiet ie zo rap van z’n plek dat ie in de stad gewoon lollig is om te rijden. Toch rijden we ook een stuk snelweg met wat in- en uitvoegmanoeuvres en gek genoeg voelt de Mii ook daar levendig en vlot aan.
 

Sportief dus. Voor z’n klasse. Hij zit lekker ruim (er passen vier volwassenen in die nog best aardig kunnen zitten ook), heeft een acceptabele bagageruimte, niet heel fraaie maar wel degelijke interieurmaterialen, een aantrekkelijk verbruik van gemiddeld 4,3 l/100 km en gematigde CO2-uitstoot (99 g/km). Voor nog geen 300 euro moet je er zeker het ik-rem-zelf-als-jij-niet-oplet-systeem bij kopen: tot 30 km/u remt de Mii voor je, mocht je op een voorligger dreigen te knallen als ook jij een connectiepoging met je telefoon onderneemt. Zou je zo’n Mii aanschaffen dan kun je gerust zeggen: wat een lekker koopje.

Seat Mii 1.0 55 kW (75 pk) Eco

 

13/20

 

Cijfers

0-100 km/u: 13,2 s

Top: 173 km/u

Verbruik: 4,3 l/100 km

Motor: 999 cc, driecilinder benzine

Aandrijving: voor

Vermogen: 75 pk

Koppel: 95 Nm

Gewicht: 940 kg

CO2: 99 g/km

 

Prijs

NL: n.n.b.

BE: n.n.b.

 

Vonnis

Niet het hippe karretje dat Seat ermee wil uitstralen, desondanks een prima stads-

auto die echt vlot en praktisch is, en nog zuinig ook

Reacties

Meer van TopGear