Zomaar een willekeurige levensoverpeinzing: wie heeft eigenlijk ooit bepaald dat grote, luxe auto’s per se van prestigieuze merken moeten zijn? Antwoord: ‘wij de klanten’ natuurlijk. Omdat niemand een euroton gaat betalen voor een limousine waar een allemans-logo op zit. Vraag dat maar aan Volkswagen.

Maar de laatste tijd zien we een kleine verschuiving plaatsvinden, en dan vooral op het vlak van forse SUV’s: een terrein waarin traditioneel de Range Rovers, Audi’s en Mercedessen de scepter zwaaien. Modellen als de Kia Sorento en Hyundai Santa Fe streven zulke auto’s inmiddels aardig na, zowel qua grootte als qua uitrusting. Ford bracht vorig jaar plots de enorme zevenzits Explorer naar ons land.

En Toyota heeft sinds enige tijd deze Highlander in het gamma. Terwijl wij toch dachten dat zo’n beetje iedereen in Europa op compacte crossovers aan het overstappen was, loont het voor de mainstream-merken blijkbaar ineens om deze reuzen hier aan de man te brengen. Wat is dit voor een tegenstrijdige trend?

De Toyota Highlander is groot, maar heeft geen V6 of V8

Wij denken dat er twee dingen aan de hand zijn. Als we een gok moeten doen, zijn gezinnen met veel kinderen het inmiddels wel een beetje zat om zich in een opgedirkt bestelbusje te proppen, laat staan in een kneuzige MPV. Zij willen ook iets stoers met een beetje ruimte. Ten tweede: zevenzits SUV’s zijn er natuurlijk al een tijdje, maar hadden meestal een V6 of V8 nodig om er een beetje gang in te krijgen. Er is dan ook een reden dat deze auto’s nu wél hun weg naar onze zuinige markt vinden, en die reden heet hybride.

De Toyota Highlander is een mooi voorbeeld: het model kende buiten Europa al meerdere generaties, maar gebruikt tegenwoordig Toyota’s nieuwste hybridetechniek. En ja, dat maakt hem bijzonder zuinig. Om maar met de deur in huis te vallen: we reden tijdens deze test ruim 800 kilometer, waarvan veel snelweg en dus vrij weinig vol-elektrisch, en scoorden net geen 1 op 15. Een klomp SUV van vijf meter lang, met plek voor zeven, die zonder dat we er moeite voor hoeven doen een verbruik noteert dat niet zo lang geleden nog de norm was voor een doorsnee hatchbackje? We staan behoorlijk paf.

De CO2-uitstoot van de Toyota Highlander is relatief bescheiden

Zeker in Nederland heeft dat verbruikscijfer nog een voordeel: de CO2-uitstoot, en dus de aanschafprijs, blijft navenant laag. De Toyota Highlander is er in ons land vanaf 59.995 euro (56.960 euro in België) en zelfs de door ons gereden Business Plus-uitvoering, waarin het je naast een panoramadak aan werkelijk niets zal ontbreken, komt niet boven de 73.000 euro uit (67 mille in België voor de Premium Plus). Ja, dat is veel geld, maar daarvoor heb je bij Audi net een plug-in Q5 met minimale opties, waar de helft van je kroost dus niet in past.

De Toyota Highlander werd voornamelijk voor de Amerikaanse markt ontwikkeld en dat merk je aan alles, van de styling tot het formaat. Op het moment dat je de dikke deurklink beetpakt, realiseer je je dat alles aan deze auto ongeveer een factor 1,3 zo groot is als wat we hier normaal vinden. De deur is meer een poort en verschaft je toegang tot een uit de kluiten gewassen, ruitgestikte stoel waar je nog net geen laddertje tegenaan moet zetten.

Zit je eenmaal, dan kijk je uit over een groots dashboard en een machtige motorkap en voel je je qua hoofdruimte een omaatje in een kerk. Uiteraard heeft de tweede zitrij dezelfde ruim bemeten voordelen, maar als de personen helemaal achterin enigszins lange benen hebben, moet er wel iets worden ingeschikt. In de bagageruimte passen dan hooguit nog wat weekendtassen. De Highlander is enorm, maar het is ook weer geen Suburban.

Het infotainmentsysteem van de Toyota Highlander

Het infotainment doet wat ouderwets en rommelig aan, met teksten die in één menu zes keer van lettergrootte wisselen. Maar de navigatie werkt prima en waarschuwt je met een luide Casio-piep voor flitspalen. De JBL-stereo heeft veel speakers, er zit een mooi houtprintje op de middenconsole en de binnenspiegel is van het soort dat je via een camera door de hoofdsteunen heen laat kijken. Er zitten zelfs flippers achter het stuur.

Naast ruimte en zuinigheid is stilte een grote troef van de Highlander. Als niet-plug-in regelt hij z’n eigen acculading via de brandstofmotor en regeneratie en rijdt hij vanzelf elektrisch wanneer het logisch is. Vooral bij lage snelheden hoor je dan simpelweg niks. Komt de 2,5-liter viercilinder erbij, dan nog is de auditieve inbreuk op de sereniteit bescheiden – tenzij je om snelheid vraagt.

De 2,5-liter blijft meestal laag in de toeren

De traploze automaat (die je met eerdergenoemde flippers in zes voorgeprogrammeerde ‘standen’ kunt dwingen) laat de motor dan heel even loeien, maar meestal houdt ie ’m laag in de toeren, waar ie het efficiëntst en comfortabelst is. Kon je vroeger bij dit soort hybrides de transmissie als minpunt aanvoeren, inmiddels valt er weinig meer tegenin te brengen. Zeker als het resultaat een dergelijk laag verbruik is.

Snel is de Toyota Highlander overigens niet echt, al kom je met een 0-naar-100’je van zo’n 8 seconden prima mee, als het moet. Maar meestal moet het niet en vind je het prima om rustig voort te rollen, met het verkeer mee stromend en kalm meanderend tussen rijstroken. De besturing is behoorlijk direct en kent geen dood middenpunt, maar van zenuwachtig gedrag is geen sprake: formaat en gewicht zorgen voor solide rechtuitstabiliteit.

Het scherm geeft aan wat de aandrijflijn doet

Op het scherm tussen de tellers zie je hoe de accu steeds op peil wordt gehouden, via de benzinemotor, uitrollen of remmen, en kun je de talloze veiligheidssystemen aan- en uitzetten. Voor de rijstrookhulp zit er een grote knop op het stuur, wat we op prijs stellen. Er zijn rijmodi, maar zit je in deze auto echt te wachten op een Sport-stand? En denk je dat ie dan bochten neemt als een kleintje, met z’n carrosserie strak horizontaal op z’n assen? Stel je verwachtingen even bij.

Als één auto illustreert dat doorwrochte hybridetechniek op dit moment de gulden middenweg is tussen brandstof en stroom, dan is het deze. De Toyota Highlander maakt ten opzichte van nog maar een paar jaar geleden een efficiëntieslag die je waarschijnlijk in geen ander segment kunt vinden, zonder in te boeten aan comfort of aan de praktische eigenschappen die ’m z’n nut geven. Merkgevoeligen kiezen voor dit geld misschien nog steeds een kleinere, minder goed uitgeruste Duitser; maar wie ruimte nodig heeft en daar niet telkens bij de pomp voor wil boeten, weet nu waar ie moet zijn.

Specificaties Toyota Highlander 2.5 Hybrid AWD Business Plus (2022)


Motor
2.487 cc
viercilinder hybride
248 pk @ n.b. tpm
239 + 270 + 121 Nm
Aandrijving
vier wielen
CVT-automaat
Prestaties
0-100 km/u in 8,3 s
top 180 km/u
Verbruik (gemiddeld)
7,0 l/100 km
158 g/km CO2 (B-label)
Afmetingen
4.966 x 1.930 x 1.755 mm (l x b x h)
2.850 mm (wielbasis)
2.130 kg
65 l (benzine)
268 / 1.909 l (bagage)
Prijzen
€ 72.995 (NL)
€ 66.990 (B) – Premium Plus

Reacties

  • Hans D. heeft op 27 januari 2024 geschreven:

    Ik rij nu twee jaar in een Highlander premium uitvoering. Ik reed vroeger veelal Volvo (2x V70 1x S60) maar deze Toyota is van een totaal ander kaliber. Ik heb nog nooit zo comfortabel en zuinig van A naar B gereden. Met een gezin van 6 personen is dit voor mij de best passende oplossing. En daarbij is het ook een Toyota en dus ook een probleemloze auto. Dat kun je van die veel duurdere Duitse merken niet zeggen. Die Highlander is bij ons een blijvertje!

    Reageer
  • U S heeft op 28 januari 2023 geschreven:

    Sorento is ook heel goed

    Reageer
  • MarcelB heeft op 22 mei 2022 geschreven:

    En je mag een lekkere kar er achter hangen. Tot 2 Ton…..kom daarmee maar bij de meeste plug-ins of electrisch!!!!

    Reageer

Geef een reactie

(verplicht)