Elektrisch aangedreven raceauto’s die zij aan zij de strijd met elkaar aangaan op stratencircuits. Eindelijk: de Formule E komt eraan.
Van papier naar een baanbrekende nieuwe raceklasse voor éénzitters in slechts twee jaar tijd. Op 13 september ging in Peking de volledig elektrische raceklasse Formule E van start, waarna tot juni 2015 negen races volgen. Gaat het werken? TopGear is optimistisch, niet in de laatste plaats omdat een groot aantal bekende namen uit de autosport met dit experiment mee doet. Zo heeft Dallara het koolstof/aluminium chassis ontwikkeld, McLarens elektronische afdeling levert de aandrijflijn en het motormanagement, de 200 kW sterke accu’s komen van de ontwikkelingsafdeling van Williams F1 en de versnellingsbak is van Hewland.
Renault heeft dit alles met elkaar geïntegreerd en Michelin heeft intussen een nieuwe all-weather band ontwikkeld. Spark, een zusterbedrijf van de ART GP2 en de F3, heeft de auto ontworpen en gebouwd. Het geheel wordt overzien door Alejandro Agag, een voormalig politicus die autosport-entrepreneur is geworden.
De deelnemende coureurs vormen een indrukwekkende lijst die bestaat uit oud-Formule 1-sterren, WEC-talenten en – godzijdank – enkele dames. Een van de F1-sterren was zelfs zo enthousiast over het geheel dat hij besloot het complete team waarvoor hij rijdt, te kopen. Over naar Jarno Trulli.
‘Na de F1 had ik geen idee wat ik wilde doen. Ik was klaar’, vertelt Trulli. ‘Toen ik van Formule E hoorde, werd ik nieuwsgierig. Vanaf het moment dat ik achter het stuur plaats nam, was het alsof ik thuiskwam.
‘Ik weet niet hoe het racen zal zijn of wat voor spektakel het de fans kan bieden, maar wat ik wel kan zeggen, is dat het de coureur een geweldig gevoel geeft. Als startpunt en als een raceserie met een duidelijke milieuboodschap is Formule E fantastisch.’
Hoewel Formule E-auto’s minder neerwaartse druk genereren dan F3-auto’s was het de opdracht om een volbloed, éénzits raceauto te creëren. Zo voelt hij in ieder geval zeker. In de kuip gedrukt door racegordels, helm op, HANS op z’n plek en met de beschermende zijkanten van de cockpit gemonteerd, voelt het achter het stuur in het begin nogal claustrofobisch. Er is nog een ander element: elektriciteit. Het accupakket (het geheel weegt 320 kilo) van de auto zit gesandwicht tussen twee lagen koolstof en drie veiligheidslagen. Voor me gaat een groen lampje rood branden als alles uitvalt en als dat gebeurt, moet ik via de neus uitstappen en naar beneden springen. Als ik uitstap met een voet op de auto en de ander op de grond ga ik kraken en spetteren als een van de X-men.
Daar gaan we. Het stuur heeft een display met knipperende led’s die de systemen, de snelheid en de rondetijden in de gaten houden. Eronder zit een stel draaiknoppen waarvan de meest belangrijke de ECU herprogrammeert om het volledige vermogen voor de kwalificatie (270 pk) vrij te geven of de 180 pk voor een race. Tot ik meer aan de auto gewend ben, kies ik voor die laatste stand. Met mij aan boord weegt ie ongeveer 890 kilo dus deze racer zou snel genoeg moeten zijn, vooral rond Donington. De topsnelheid is gelimiteerd tot 240 km/u, maar de 100 km/u is na 3,2 seconden al verpulverd.
Gelukkig is het droog. De beroemde Craner Curves op nat wegdek zijn angstaanjagend. De Formule E-auto is echter verbazingwekkend gemakkelijk te rijden. Je hoeft je niet druk te maken over het warm rijden van de banden, hoewel remmen met de linkervoet in het begin altijd even wennen is. Gezien het totale gebrek aan neerwaartse druk ontbreekt een aerodynamische zone eveneens, dus daarmee hoeven we ons ook niet bezig te houden. Gewoon het gaspedaal indrukken en vast houden.
Het is fantastisch. Het onderstel is super en het wordt duidelijk dat je op droog wegdek wel heel gek moet doen, wil je de Michelins uit het veld slaan. McLarens pogingen om de auto rijdbaar te maken zijn overduidelijk. Er is een directe verbinding met de versnellingsbak en de motor moet worden versneld en worden afgeremd, maar hij gaat rap. In ieder geval tot de accu’s leeg zijn. Dat zou wel eens het grootste probleem van Formule E kunnen zijn.
Mis je de sensatie van zuigers in cilinders en de spectaculaire verbranding die dat geeft? Niet zo erg als je zou denken. De Formule E-auto laat zelfs een hoorbare, science-fiction-achtige zoem horen en de luchtstroom rond de open cockpit en het geruis van de banden vullen de auditieve gaten. Als ik eerlijk ben, zou ie wel wat meer vermogen kunnen gebruiken, maar dat komt vast wanneer de teams aan de techniek gewend zijn en de efficiëntie van de accu’s verbetert. De FIA wilde aanvankelijk dat de banden een heel seizoen zouden meegaan, maar er is waarschijnlijk ook wel iets te veel grip. Gladde nieuwe straatcircuits en een roedel hongerige oud-F1-coureurs zouden voor genoeg entertainment moeten zorgen.
Reacties