Mercedes-AMG GLC 63 S vs BMW X3 M Competition

Over een jaar of tien zullen mensen vol verwondering terugkijken op deze test: ‘Hé, weet je nog, toen de hele auto-industrie inzette op elektrificatie en zuinigheid, en toen ineens kwam met een hele lading dikke crossover-SUV’s met 500 pk? Wat was dát?’ Wij noemen het vooralsnog -simpelweg hypocriete gekte.

Maar wel lekker lucratief. Mercedes bouwt de AMG GLC met V6- en V8-motoren – en die laatste is de AMG 63 S, nog steeds met 510 pk maar wel geüpdatet, met betere onderstelhulpjes en een veel ingewikkelder, rommeliger infotainmentsysteem.

Het tijdperk van de SUV’s in Duitsland

De nieuwe X3 M en X4 M Competition gaan waarschijnlijk beter verkopen dan de volgende M3 – de wereld smacht werkelijk naar SUV’s. Ook de BMW heeft 510 pk, en dat vermogen haalt hij uit een nieuwe 3,0-liter twin-turbo zescilinder, met daaraan gekoppeld acht versnellingen en vierwielaandrijving, met dank aan de aandrijflijn van de M5.

De prestaties zorgen er niet zozeer voor dat een Porsche 911 bescheiden blijft, nee, die smeekt ineens om z’n leven. Dit zijn uiterst snelle auto’s. Ze versnellen moeiteloos, als een briesje aan zee, hopsekee. De grootste sukkel kan ze probleemloos met duizend kilometer per uur besturen. En dat is maar beter ook. Want zie je weleens iemand behoorlijk autorijden in een snelle 4×4? Nee, precies.

Je zou denken dat deze twee auto’s zo verschillend zijn als een pak meel en een ander pak meel, want dat is immers hoe de Duitse auto-industrie werkt: je kijkt naar je directe concurrent, zorgt voor een grotere grille/badge-combinatie, en hup, samen naar het Oktoberfest. Maar nu we zowel de vijfdeurs SUV- als de coupé-versies hebben gereden, kunnen we hier bevestigen dat de Mercedes AMG GLC 63 S en de BMW X3 M Competition zo verschillend zijn als meel en, zeg, een roti kip.

Ok, Beemer of Merc?

De breedgeschouderde Mercedes ziet er beter uit, klinkt beter en stuurt beter. Beide wagens zijn meedogenloos snel, maar de BMW heeft een veel betere transmissie – als je tenminste gebruik maakt van de flippers. Maar in de automatische stand vernedert de Benz, de BMW als het gaat om souplesse. Beide auto’s rijden overigens afgrijselijk.

Sorry hoor, maar er is nou eenmaal geen excuus voor zo’n absurd, werkelijk idioot gebrek aan comfort. Althans niet wanneer je bedenkt dat ze allebei standaard zijn uitgerust met adaptieve demping met Sport- en Sport Plus-modi, en beide dan ook nog een Comfort-stand hebben die een stevig potje turbulentie boven het Caribisch gebied doet verbleken.

Alle twee hebben ze uiteraard ingewikkelde Duitse techno-cabines. Die van de GLC is iets opgesmukter, maar heeft wel minder last van windgeruis, al zou een orkaan op de vlucht slaan van het geluid dat de V8 produceert. BMW lukt het nog steeds niet om het motorgeluid overtuigend te synthetiseren via het audiosysteem.

De BMW remt beter, maar beide auto’s lijden aan te gevoelige rempedalen die het rijden in de stad tot een marteling maken. Buiten de stad is de AMG vriendelijker en de meer benaderbare auto van de twee. Hij voelt zich duidelijk goed in z’n grootte: hij weet dat hij een dik, vet en log anachronisme is, maar probeert daar tenminste geen scalpelscherp weggedrag aan te koppelen, al haalt ie af en toe ineens een gek hot-hatch-trucje met je uit.

De conclusie

De BMW is serieuzer, en dat maakt ’m al helemaal belachelijk. Dat, en het werkelijk vreselijke veercomfort. Z’n kunststukje zou moeten zijn dat er een Sport-stand is in het xDrive 4×4-systeem, waardoor het grootste deel van het vermogen tijdelijk naar de achterwielen gaat en de auto moet aanvoelen alsof hij achterwielaandrijving heeft. Leuk, alleen grijpt het ESP zo snel in dat je er niets van merkt. En dat resulteert erin dat hij je amper meer pret biedt dan de meer comfortabele en goedkopere X3 M40i.

De GLC geeft de bestuurder tenminste nog genoeg vertrouwen om al wiebelend en klauwend naar grip in hotrod-achtige kwaadheid uit te barsten als je vol op het gas gaat. Hij heeft bakken karakter, al is dat misschien geen karakter dat je in het echte leven wil tegenkomen.

Oh, en ze zijn allebei veel te duur voor auto’s met zo veel tekortkomingen. Als je voor deze auto’s betaalt wat er op hun prijskaartjes staat – en dan vooral voor de karakterloze, tandeloze, inwisselbare BMW – dan ben je krankzinnig. Dus welke je moet kopen? De Mercedes AMG C 63 S -Estate, uiteraard. Oh zeker, die is ook niet bijster comfortabel. Maar een snelle station blijft wel altijd in de mode.

Specificaties Mercedes-AMG GLC 63 S (12/20)

Motor
3.982 cc
V8 biturbo
510 pk @ 5.500 tpm
700 Nm @ 1.750 tpm
Aandrijving
vier wielen
9v automaat
Prestaties
0-100 km/u in 3,8 s
top 280 km/u
Verbruik (gemiddeld)
12,4 l/100 km
283 g/km CO2  G label
Afmetingen
4.669 x 1.890 x
1.644 mm (l x b x h)
2.873 mm (wielbasis)
1.910 kg
66 l (benzine)
580 / 1.150 l (bagage)
Prijzen
€ 174.373 (NL)
€ 107.327 (B)

Specificaties BMW X3 M Competition (08/20)

Motor
2.993 cc
zescilinder biturbo
510 pk @ 6.250 tpm
600 Nm @ 2.600 tpm
Aandrijving
vier wielen
8v automaat
Prestaties
0-100 km/u in 4,1 s
top 285 km/u
Verbruik (gemiddeld)
10,5 l/100 km
239 g/km CO2  G Label
Afmetingen
4.726 x 1.897 x
1.669 mm (l x b x h)
2.864 mm (wielbasis)
1.970 kg
65 l (benzine)
550 / 1.600 l (bagage)
Prijzen
€ 145.279 (NL)
€ 94.800 (B)