Deze ondergewaardeerde sportieve sedans zijn tegenwoordig heel betaalbaar (en zijn geen Audi of BMW)

Dagelijks krijgen we honderden mailtjes in de inbox van TopGear-lezertjes die stoeien met een issue. Ze leasen allemaal een dikke (PH)EV van de zaak, maar met de hoge prijzen is de bijtelling ook fors. Daarbij zijn ze niet altijd even ideaal voor privégebruik. Kunnen ze dan niet beter alleen zakelijk rijden met de auto en van het gespaarde geld een leuke, betaalbare sportsedans kopen? Eentje die snel en speciaal genoeg is voor de fun-ritjes, maar praktisch genoeg om op vakantie te gaan.

We gingen dus eventjes op zoek naar enkele (bijna) youngtimer sedans. Daarbij wilden we per se géén premiumauto’s van bekende Duitse makelij meenemen. Ja, we weten dat een Audi, BMW of Mercedes heel goed en geschikt, maar is dat echt wat je nog een keer wil horen? Of lezen? Tegenwoordig zijn er nauwelijks niet-premium D-segment sedans meer, maar vroeger wel. Dit zijn enkele die we bijna massaal vergeten zijn, maar je nu voor een prikkie kunt oppikken.

Alfa Romeo 159 Ti 1750 TBI (939A)

9.800 euro – 2009 – 140.000 kilometer

Alle liefhebbers zitten met een schuin oog te kijken naar een Giulia, waardoor de 159 (zijn voorganger) uit het zicht verdwijnt. Mooi, want daardoor worden de prijzen alleen maar interessanter. Eigenlijk is de 159 zelfs nog ietsje mooier dan de Giulia. Het is vreemd dat een grote sedan met een 1,7-liter motor de ultieme motor is, maar dat is het geval. Althans, als je geen diesel wil: die rijden nog beter.

De 1.750 motor is later gebruikt in de Giulietta en 4C (en Spider). Het is een enorm fijn in de omgang, voldoende koppel onderin om bruikbaar te zijn en voldoende vermogen bovenin om leuk te zijn. Met 200 pk kun in principe overal wel uit de voeten. De besturing is bijzonder prettig, de handling van de latere 159 ’s is zeker niet verkeerd. Oh, en dat interieur is nog altijd schitterend.

Ford Mondeo 2.5T Titanium S

10.950 euro – 2007 – 205.000 kilometer

Maak je geen zorgen over de kilometers; deze motor is zeer robuust. Dit is namelijk geen Ford motor, maar eentje van Volvo. Destijds was Volvo onderdeel van Ford en dat resulteerde in wat kruisbestuivingen, waarvan dit de meest interessante is. Eigenlijk is dit gewoon een Volvo V70 T5, maar dan incognito. De Mondeo is zeker niet onzichtbaar of saai. Integendeel, deze generatie Mondeo droogt verrassend goed op, zeker met een mooi setje wielen eronder.

Als het gaat om het rijden, dan is de Mondeo eigenlijk fijner dan de Volvo V70. Zonder al te veel comfort in te leveren, heeft de Mondeo een extra dosis dynamiek. Met name stuurinstallatie is een stuk direct en communiceert beter. De motor is een pareltje en in dit geval goed voor 205 pk, maar dat is vrij eenvoudig op te krikken naar (veel) meer.  

Honda Accord 2.4 Type-S (CU)

13.950 euro – 2010 – 125.000 kilometer

Dat kietelen is met deze Honda wat lastiger, of je moet echt aan de slag. Dit is namelijk een ouderwetse VTEC-motor. De K24A (de motorcode van het blok) is een van de meest betrouwbare en best te tunen motoren. In Japan en de VS schroeven ze er een grote mechanische compressor op. Maar ook zonder is het leuk: je moet die 200 pk er echt uit wringen door flink te toeren te maken. Het is een van de laatste motoren in zijn soort.

De rest van de Accord is ook erg goed. Deze generatie werd in de VS verkocht als Acura TSX, dus het is al een auto die dicht tegen premium aanschurkt. In Nederland erkende niemand dat, leaserijders gingen massaal voor een Audi of BMW. Nu zijn de rollen omgedraaid en zijn de prijzen voor gebruikte Accords verrassend hoog.

Seat Exeo 2.0 TSI Sport

8.950 euro – 2011 – 75.000 kilometer

Als je deze auto van de zijkant bekijkt, dan zie je er een Audi A4 in. Dat komt omdat het eigenlijk ook een Audi A4 is. Toen de B7-generatie uit productie ging, verhuisde Audi alle onderdelen naar Martorell, Spanje. Daar kon Seat de Exeo bouwen. Op deze wijze hoefde Seat niet een compleet nieuw model te ontwikkelen. Leuk weetje: de Exeo heeft altijd het dashboard van de A4 Cabriolet, te herkennen aan de ronde luchtroosters.

De topversie was de 2.0 TSI Sport. Deze heeft de 2,0-TSI uit de Golf GTI met een smakelijke aankleding, waaronder erg goed sportstoelen. Audi’s uit deze periode waren nog niet echt sportief, dus ondanks de motor en de naam is het vooral een fijne auto op de snelweg. Nieuw werden ze nauwelijks verkocht en gebruikt zijn ze ook lastig te vinden.

Mazda 6 MPS (GG)

8.995 euro – 2006 – 170.000 kilometer

Stel, je wilde een Mitsubishi Lancer Evo of Subaru Impreza, maar dan iets meer incognito. Dan kon je kiezen voor Lancer Evo GT of een Impreza STI Spec D, maar alsnog waren dat opgedirkte rallyspecials. De Mazda 6 MPS was ook een Japanse sportsedan met turbomotor en vierwielaandrijving, maar dan een stuk volwassener. De Mazda was een maatje groter en het interieur een stuk luxueuzer.

Het uiterlijk was ook een grote plus, want iedereen zag ‘gewoon’ een Mazda 6 met fraaie wielen, alhoewel de bumpers en motorkap afwijkend waren. De 2,3-liter DISI-turbomotor bood veel vermogen en erg veel koppel. Een handbak en vierwielaandrijving waren altijd standaard. Dit zijn anno 2024 nog altijd snelle auto’s. Het wordt steeds moeilijker om een goede originele te vinden, maar rond de 10 mille zijn er in Europa nog voldoende beschikbaar.

Opel Vectra OPC (B)

14.990 euro – 2007 – 165.000 kilometer

Strikt genomen is het geen sedan, maar een hatchback. Die noemde Opel de ‘GTS’ omdat deze vooral sportiever moest zijn. De OPC was de meest sportieve, mede dankzij de 2,8-liter V6 met turbo. Aanvankelijk had deze 255 pk, latere versies hadden zelfs 280 pk. Op de Autobahn kon je alle Audi’s, BMW’s en Mercedessen achter je laten, want deze auto was niet begrensd op 250 km/u. Na lang aandringen kon je 260 km/u halen.

De rest van de Vectra OPC (Opel Performance Center) is lekker dik aangekleed. Uiteraard wil je de Vectra OPC in ‘Arden Blue’ (die kenmerkende blauwe lak), maar een zwarte of grijze maakt er een soort sleeper van. Het grootste nadeel is dat je innige contacten zult onderhanden met de bandenleverancier, want de Vectra OPC vreet voorbanden.

Renault Laguna GT 2.0 Turbo 4WS (X91)

10.950 – 170.000 kilometer – 2010

Opvallend onopvallend. De Renault Laguna was een keurige berline voor de betere managers met een gezin. Die reden voornamelijk grijze stationwagons met dieselmotor. Ideaal. Renault was niet vergeten om een leuk model aan de range toe te voegen. Dat was de Laguna GT. De 2,0-liter turbomotor komt uit de Mégane RS, maar dan met 20 pk minder. Het hoogtepunt is het onderstel. Deze auto is namelijk voorzien van vierwielbesturing.

Dat geeft de auto een extra dimensie. Op een rotonde voelt het aan als een Clio qua wendbaarheid. Qua prestaties is het geen Autobahnmonster, maar in principe is het voldoende (je schijnt ze vrij makkelijk naar Mégane RS-waarden te kunnen chippen). Omdat de auto behoorlijk onder de radar is gebleven, zijn de prijzen lekker scherp. De betrouwbaarheid van deze generatie Laguna is overigens uit de kunst.

Subaru Legacy B4 3.0R Spec B Executive (BL)

10.450 euro – 2007 – 185.000 kilometer

Niets is zo leuk als een unieke motor in je auto hebben. Het geeft een extra dimensie aan de beleving. Bij deze Subaru is dat perfect voor elkaar. De Legacy in deze configuratie heeft namelijk een zescilinder boxermotor. Inderdaad, net als bij een Porsche 911 of Boxster. Zeker met een sportuitlaat klinkt het geweldig, met een iets vuiger randje dan een Porsche.

Qua keiharde prestaties is het geen Porsche, maar het scheelt niet veel (met een standaard Boxster, althans). Dat ‘Spec B’ slaat op het sportonderstel met speciale dempers van de Duitse firma Bilstein, dan weet je meteen waar de B voor staat. Let op voor Japanse uitvoeringen, die had je ook met een 2,0-liter turbo. Ook leuk (en beter te tunen), maar iets minder uniek dan de 3,0 zescilinder boxer.

Conclusie betaalbare sportsedans

Tja, en welke moet je dan kiezen? Het mooie is dat er vroeger nog écht keuze was. Deze auto’s rijden namelijk compleet anders. Ze klinken totaal afwijkend van elkaar. Dat geldt ook voor de beleving. De Alfa Romeo is natuurlijk het mooiste en heeft klassiekerpotentie. De Honda zal waarschijnlijk het langst blijven rijden. De Mazda rijdt het beste, de Opel is het snelste en de Subaru klinkt het fraaist. Laat weten in de comments welke jij zou kiezen en vooral waarom.

Lees ook: Dit zijn zes zescilinders voor 6.000 euro, geniet ervan nu het nog kan