Rationeel beschouwd heeft het weinig zin om rondetijden neer te zetten op de Nürburgring. Het is gevaarlijk, het is duur, je kunt stellen dat het slechts voor een kleine groep mensen relevant is en dat er, als je maar snel genoeg bent, vervolgens overal op het internet aan je wordt getwijfeld.
Maar bepaalde Porsches – in elk geval de Porsches waaraan ik meewerk – zijn geen ontzettend rationele machines. Ze zijn opwindende, op de emoties spelende machines, gemaakt met immens veel zorg, bedoeld voor een klein, veeleisend en onderscheidend publiek. Dat betekent allemaal nog niet per se dat ze zijn ontworpen door en voor totaal rationele geesten.
‘Als je niet snel genoeg bent, zijn je resultaten bekend bij het grote publiek. Allemaal waar’
We gaan naar de Nürburgring omdat het een fantastische uitdaging is en ons, als nieuwsgierige techneuten en enthousiastelingen, inspireert de werkdag wat vroeger te beginnen en wat later te beëindigen. De sfeer die er hangt is die van een zaterdagse bijeenkomst – een aantal gepassioneerde liefhebbers die hun eigen tijd opgeven om iets heel bijzonders te doen. Het is zodoende exact de reden waarom ik de baan heb die ik heb, het is wat ons uit de slaap houdt, het is waarom we harder werken dan onze baas van ons verlangt, het is waarom we zoveel om onze projecten geven.
‘Onze auto’s moeten eerst goed zijn op de openbare weg, en pas daarna op de circuits’
Ik moet me echter voorzichtig uitdrukken. Ik hoef het belang van de Nürburgring ook niet te overdrijven – we testen onze auto’s overal ter wereld, op veel verschillende circuits, en in de eerste plaats moeten ze functioneren als auto’s voor op de openbare weg, en pas daarna als wagens voor op de baan. De Ring is niet de enige oorzaak dat onze auto’s zijn zoals ze zijn, maar de Ring biedt wel een aantal bijzonder lastige uitdagingen. Dat betekent dat we auto’s kunnen bouwen die ontworpen zijn om een extreem hoog niveau te presteren, vanwege de abnormale eisen die dit circuit stelt. En inderdaad: als een auto snel is op de Ring, is ie overal snel.
De Nürburgring staat voor een dynamische intensiteit die vrijwel nergens anders kan worden gevonden. Ik herinner me nog levendig mijn eerste rondjes op die baan, in 2011, achter het stuur van een 997 Carrera 4. Ik toon altijd ontzag en respect voor dit parcours; doe je dat niet, dan sta je binnen een paar minuten als brokkenpiloot op YouTube en dat is een behoorlijk sterke motivatie. We leren er steeds en altijd weer – we boeken er geen enorme technische progressie (want die is, als het goed is, al jaren eerder gemaakt bij het ontwerpen van een auto) maar we behalen er wel veel kleine, graduele winstjes.
‘Onbelemmerde vindingrijkheid en menselijke nieuwsgierigheid moeten kunnen floreren’
En veel kleine beetjes winst vormen samen behoorlijk wat winst. In september hadden we geluk met het weer, waardoor Lars Kern en Nick Tandy een rondetijd neer wisten te zetten van 6.47,3. Dat was voor ons een even grote verrassing als voor iedereen buiten ons kleine team. Het was niet alleen een geweldige rijprestatie (Lars zette genoemde rondetijd, maar ze reden allebei onder de 6.50), maar het was ook sneller dan ons ontwikkelingsdoel, dat we hadden gesteld op zeven minuten en vijf seconden – een fors verschil. Ik bedoel: een enorme marge. Hij was zelfs tien seconden sneller dan de 918 Spyder – het bewijs dat mijn team zich heel snel ontwikkelt, maar ook was het een enorm succes van de banden, de vering en de elektronica. Kortom: letterlijk een knappe teamprestatie.
Ik vind dat het zetten van rondetijden op de Nürburgring door moet blijven gaan – dat de vooruitgang in techniek niet mag worden belemmerd. De automobiele wereld is een van de weinige bedrijfstakken op aarde waar dit soort uitdagingen nog altijd bestaat, waar we in niets worden belemmerd, waar alle mogelijkheden van een sportwagen samenkomen in één, helder cijfer. Het snelheidsrecord voor een bemande vlucht stamt uit een ander tijdperk, meer dan 40 jaar geleden, en hetzelfde geldt voor het snelheidsrecord op het water. Onbelemmerde vindingrijkheid en menselijke nieuwsgierigheid moeten kunnen floreren – zelfs als ze irrationeel zijn. Ik ben trots dat ik daarin een kleine rol mag spelen.
Maar de resterende vraag is: doe ik er nog wel eens een rondje? Met alle respect voor Lars en Nick: echt niet.
Reacties