Porsche Boxster: de vijfde ronde

Porsche heeft de vaart er in zitten (nee, niet als woordspeling bedoeld); de nieuwe 911 Coupé is net gelanceerd, de 911 Cabrio werd in Detroit voor het eerst publiekelijk voorgesteld en baf: daar zul je de nieuwe Boxster hebben!

Even vooraf: mensen die de Boxster (en dichte tweelingbroer Cayman) beschouwen als slappe aftreksels van de 911 kun je gerust als arme, misleide zielen beschouwen. Iedereen die er wel eens een gereden heeft, weet dat je je daarna nog maar één vraag stelt: waarom zou je nog een 911 kopen? Zeker de sterke S-versies zijn zulke onvoorstelbaar overtuigende rijmachines dat de 911 het vooral moet hebben van zijn ikonische naam – en van de mensen die nog nooit een Boxster/Cayman gereden hebben.

Het nieuwe uiterlijk slaat datzelfde slag mensen, dat de Boxster vooral een auto voor vrouwen en andere dameskappers vond, nog een argument uit handen. Hij ziet er aanmerkelijk stoerder uit, met dank aan de scherpere neus, de verder naar voren geplaatste voorruit en de grotere luchthappers op de flanken.

De nieuwe (inclusief facelifts) vijfde generatie Boxster heeft een grotere wielbasis en spoorbreedte, waardoor de wielen aan alle kanten iets verder van elkaar af staan. Ook staan ze meer op de hoeken van de auto, want de overhangen voor en achter zijn juist korter geworden. Voeg daarbij het feit dat de nieuwe Boxster lager en lichter is dan zijn voorganger en grotere wielen heeft, bedenk je wat dat alles betekent voor het zwaartepunt van de auto en je kunt je al wel een voorstelling maken van zijn weggedrag – dat moet met enig gemak de toch al fenomenale wegligging van de oude voor joker zetten.

Er komen wederom twee versies, een gewone en een S. De eerste heeft een 2,7-liter zescilinder boxermotor van 265 pk. Een sprintje naar 100 km/u is in 5,7 tellen oude geschiedenis en de Boxster verbruikt daarbij gemiddeld 7,7 l/100 km – zo´n 15 procent minder dan voorheen. De S heeft een 3,4-liter motor met 315 pk, ‘doet’ die 100 km/u in 5 seconden rond en verbruikt elke 100 kilometer 8 liter benzine. Beide versies zijn naar keus verkrijgbaar met een handmatige zesbak of de zeventraps PDK-automaat met dubbele koppeling.

Het interieur is eveneens compleet vernieuwd en schijnt aan de Carrera GT te moeten doen denken. Vermeldenswaard is verder de kap; die schijnt zo uniek te zijn dat Porsche er patent op heeft aangevraagd. Het voorste deel dient ook als afdekkap, waardoor openen en sluiten sneller verloopt. De kap bestaat verder uit een ingenieus samenspel van stof, glas en magnesium – dat laatste natuurlijk weer uit gewichtsoverwegingen.

Hebben? Dat kan vanaf 14 april. Prijzen lopen van 63.900 euro voor de instapper tot 79.400 euro voor de S – met handbak nota bene, de PDK is twee mille goedkoper. Wij zouden het wel weten..!