Uitgelicht: KTM X-Bow

Met de X-Bow waagt KTM de sprong van crossmotoren naar de wereld van supersnelle raceauto’s. Wij verheugen ons nu al op het respect dat dit monster van motorrijders zal krijgen…

 

Het is niet gemakkelijk om een respectvolle begroeting te krijgen van een motorrijder wanneer je in een auto zit – zeker niet wanneer die motorrijder op een superbike rijdt. Je moet je autokeuze echt helemaal goed voor elkaar hebben wil je Het Handje krijgen – of een hoofdknik of een pirouette, of wat voor cool gebaar dan ook dat zo’n motorrijder toepasselijk vindt. Want motorrijders zijn simpelweg niet geïnteresseerd in auto’s. En zelfs als je er één treft die dat wel is, dan nog zou die nog liever een Chinese watermarteling ondergaan voordat hij dat laat zien.

 

Maar het kán wel – als je maar in de juiste auto rijdt. Helemaal als je in die auto een helm draagt, maar dat is niet per se noodzakelijk – het volstaat als je helemaal bent blootgesteld aan de elementen. Dan nog kun je niet zomaar op Het Handje rekenen als je in de een of andere roadster rijdt, ongeacht hoe snel of hoe duur die is. Een patserige Porsche of Ferrari valt dus af. De auto mag niets bevatten wat ook maar in de verte op een dak lijkt – en het is een bonus als er geen voorruit op zit. Kortom: het moet volstrekt duidelijk zijn dat de auto waarin je rijdt volledig hardcore is en dat je dat doet omdat je wilt reizen zoals het hoort – spartaans en puur.

 

In mijn ervaring krijgen alleen snelle, voorruitloze Britse snelheidsmonsters als een Caterham Het Handje. Een Ariel Atom gooit ook hoge ogen – daarin krijg je serieus respect van motorrijders, net als in een Rocket van de Light Car Company. En straks kan ook de KTM X-Bow aan dit lijstje worden toegevoegd. We hebben nog niet in de fenomenale auto die op deze pagina’s prijkt gereden, maar hij zou puur genoeg moeten zijn om zelfs de stoerste motorrijders hun beide handen van hun polsen te laten zwaaien.

 

Even voor diegenen die niks van motorfietsen weten: KTM is een Oostenrijkse fabrikant die beroemd is geworden met zijn crossmotoren. Racen behoort tot de kernactiviteiten van het merk – KTM heeft Le Dakar dit jaar voor de zevende maal op rij gewonnen. In totaal heeft de fabrikant meer dan honderd wereldtitels gewonnen in verschillende racedisciplines, zoals Motorcross, Enduro en Supermoto. Speciaal voor de X-Bow heeft KTM een dochteronderneming opgezet, KTM Sportscar GmbH, die de X-Bow, KTM’s eerste auto ooit, gaat bouwen en verkopen. De productie begint zo’n beetje nu – de eerste klanten krijgen hun auto in februari al geleverd.

‘We kijken nu al uit naar onze eerste rit in de X-Bow – en naar de kans om van de heftigste motorrijders Het Handje te krijgen’
 

Het chassis van de X-Bow is een lichtgewicht monocoque van koolstofvezel, ontwikkeld in samenwerking met Dallara. Dat Italiaanse bedrijf bouwt meer van zulke monocoques dan wie ook ter wereld – het heeft bijna een monopolie op de productie van raceauto’s voor de Formule 3 en levert ook chassis’ aan de World Series by Renault, de GP2 en de Indy Racing League. Met zoveel ervaring achter de X-Bow kun je er gerust op vertrouwen dat de ophangpunten van de wielophanging en de torsiestijfheid optimaal zullen zijn. De monocoque weegt slechts zeventig kilo, maar is ook ongelooflijk sterk en veilig, met zijn geïntegreerde rolbeugels en kreukelzones voor en achter.

 

Aan deze ‘badkuip’ is een raceonderstel geschroefd, met dubbele driehoekige draagarmen en een duwstangsysteem vóór. Net als op zijn motorfietsen gebruikt KTM voor de X-Bow Brembo-remmen: vóór zijn geperforeerde schijven gemonteerd met een diameter van 305 mm, achter van 262 mm. Deze auto staat dus serieus snel stil. Zie je het al een beetje voor je? De X-Bow klopt gewoon, van onder tot boven. En het wordt nog mooier. De motor van deze rappe vierwieler is een 2.0 TFSI turbomotor van Audi; het is hetzelfde blok dat de Audi TT aandrijft, licht, efficiënt en – misschien wel het belangrijkste – opvoerbaar. In zijn standaardvorm levert deze motor 220 pk, wat ruim voldoende moet zijn voor een auto met een gewicht van slechts 700 kilogram. Een standaardversie van de Ariel Atom met Honda-motor weegt ietsje minder, heeft net zoveel vermogen en flitst van 0 naar 100 km/u in 3,5 seconden. KTM wil van de X-Bow echter verschillende varianten met elk een groter vermogen gaan leveren; 300 pk moet relatief eenvoudig uit het Audi-blok te halen zijn, waardoor de KTM makkelijk de concurrentie moet aankunnen met de Ariel Atom met supercharger – die sprint van 0 naar 100 km/u in 2,7 seconden.

 

De X-Bow krijgt een zesversnellingsbak van Volkswagen. Optioneel kan de bak worden besteld met S-tronic (ofwel VW’s DSG-bak). Ook komt er als optie een sperdifferentieel – alleen al de gedachte om in een KTM X-Bow met 300 pk en een gelimiteerd slipdifferentieel voluit over de Nürburgring te boenderen vervult me met een woest verlangen…

 

Het opzienbarende design van de auto houdt niet op bij het exterieur. Op het stuurwiel prijken led-schermpjes die informatie geven over snelheid en toerental; alle bedieningsknoppen zitten op datzelfde stuur. Het audio- en communicatiesysteem is gekoppeld aan speciaal voor de X-Bow ontwikkelde helmen van het merk Dainese en geeft de inzittenden de mogelijkheid om met elkaar te praten, te telefoneren of te luisteren naar een iPod. Cool.

 

De X-Bow is ontwikkeld met als hoofddoel om aerodynamisch zo efficiënt mogelijk door de lucht te snijden. En op dat gebied laat hij zijn rivalen achter zich. De vorm van de auto is in urenlange sessies fijngeslepen in de windtunnel van Dallara, waarbij de onderkant van de X-Bow de meeste aandacht heeft gekregen. Kijk maar naar die heftige diffuser, die ervoor zorgt dat de auto aan de weg wordt vastgezogen. Geholpen door de zorgvuldig aerodynamisch vormgegeven carrosserie genereert de X-Bow volgens KTM bij 200 km/u een neerwaartse druk van 200 kilo – dat is bijna driemaal zoveel als de meeste supersportwagens gemiddeld halen.

 

De X-Bow is getekend door Kiska, een Oostenrijks ontwerpbureau dat al jarenlang samenwerkt met KTM. Het designteam stond onder leiding van Sébastien Stassin; de belangrijkste ontwerper was de jonge Zweed Martin Petersson. Deze Zweed is een enthousiaste motorgek en dat gevoel heeft hij willen overbrengen op de X-Bow. Maar: ‘De X-Bow is geen motorfiets met vier wielen,’ zegt Petersson. ‘Het is een auto met de geest van een motor’.

 

Petersson kreeg van KTM een designbriefing die de droom is van elke ontwerper. Hij mocht helemaal vanaf nul beginnen, zelf kiezen welke positie van de motor de meest optimale is en in nauwe samenwerking met Dallara de indeling van de monocoque optimaliseren. ‘Dallara is een heel cool bedrijf’, zegt Petersson. ‘Als KTM hadden we vanaf het begin zelf de ruimte om na te denken over de structuur waarin de X-Bow moest worden opgebouwd. Ik ben gek op motorfietsen omdat ze zo’n technische uitstraling hebben – die uitstraling heb ik geprobeerd te vertalen naar deze auto. Ik vind de Ariel Atom fantastisch, maar die auto heeft uiteindelijk een nogal conventioneel ogend buizenchassis. De X-Bow heeft een veel sterkere technische look.’ Elk paneel op de X-Bow heeft een functie, maar het design is puur en simpel. De oranje panelen vormen ‘zwevende elementen’, die lijken op de panelen op een motorfiets.

 

Petersson is het meest trots op de achterkant. De Oostenrijkse homologatieregels vereisen dat de achterzijde helemaal dicht moet zijn – een test waarmee de Ariel Atom het moeilijk zou hebben. ‘Er komt ook echt iemand controleren of de auto aan die regel voldoet’, vertelt Petersson. ‘Hij heeft een bal bij zich met een diameter van een tien centimeter en die probeert hij via de openingen in de achterkant de auto in te proppen. Het ligt voor de hand dat je veel van die openingen afsluit met gaas, maar we wilden niet te veel van dat spul gebruiken. Daarom hebben we panelen gebruikt en een hoger geplaatste kleinere diffuser om de openingen te dichten.’

 

Petersson studeerde in 2003 af aan het design-instituut van de Universiteit van Umeå in Zweden. De X-Bow is zijn eerste echte autodesignproject – en meteen stal de KTM de show op de Salon van Genève. Geen slecht begin, zou je zeggen.

 

We kijken nu al uit naar onze eerste rit in de X-Bow – en naar de kans om van de heftigste motorrijders Het Handje te krijgen. Houd deze pagina’s in de gaten.