TopGear stapt net uit de nieuwe Alpine A110. In ons komende nummer lees je het uitgebreide testverslag; nu alvast de highlights.

Testobject: Alpine A110
Uitvoering: Première Edition
Locatie: omgeving Marseille
Weersomstandigheden: zonnig en koud

Wat is dit?

Zeg, waar heb jij de afgelopen jaren gezeten? Renault heeft Alpine uit de as laten herrijzen, en dit is hun eerste nieuwe model. Er gingen meerdere conceptcars aan vooraf, een korte samenwerking met Caterham en een hoop geruchten en speculaties. Wel blijven opletten, hè.

Ziet er goed uit!

Dat kun je wel stellen. Voor zover wij retro-designs kunnen waarderen, is dit toch wel een van de meest geslaagde die we ooit hebben gezien. Met duidelijke familiekenmerken van de aloude A110 en toch een geheel nieuwe look en stijl. Chapeau, Renault.

Geef eens wat specs?

Compact, licht, wendbaar en dagelijks te rijden: dat waren de uitgangspunten voor de nieuwe Alpine A110. Hij is van aluminium en zit vol gewichtsbesparende onderdelen, waardoor zijn gewicht blijft steken op 1.080 kilo. Z’n 1,8-liter viercilinder turbo ligt in het midden en levert 252 pk en 320 Nm. In combinatie met een Getrag-dubbelkoppelbak is dit goed voor een sprintje van 0 naar 100 km/u in 4,5 seconden. Hij haalt 250 km/u, waarbij hij dankzij een vlakke onderkant en functionele diffuser geen ontwerptechnisch onhandige spoilers nodig heeft.

Dat rijdt zeker wel leuk?

Echt wel. De A110 is een voetzoekertje, rap en gewillig. De gewichtsverdeling is 44 voor, 56 achter, dus de neus voelt licht en wendbaar aan. De transmissie reageert super en het onderstel is niet overdreven hard, waardoor het geen straf is om langere afstanden te maken. Doorgaans ligt de viercilinder achter je te ronken, rochelen en knetteren als een hardlopende kettingroker, met begeleidend mechanisch gezang voor het echte middenmotorgevoel. Heb je genoeg van de herrie, dan schakel je de Sport-stand gewoon uit en is de A110 zowaar betrekkelijk stil.

Wat als je echt gaat vlammen?

Dat deden we kortstondig op een bergweggetje en op een klein circuitje ergens in Zuid-Frankrijk. De A110 houdt zich er goed onder en nodigt uit tot flink doortrappen, al is z’n vering en demping bij zulke inspanningen wel wat slap en lijken bovendien z’n remmen niet echt op hun taak berekend. Op de openbare weg hadden we ze (bergop!) al snel aan het roken, en op het circuit voelden ze na een paar rondjes niet erg vertrouwenwekkend meer aan. Maar dat laatste kan er ook mee te maken hebben dat we de Track-modus (even de Sport-knop ingedrukt houden), met slapper afgesteld ESP, pas naderhand ontdekten. Dommerdjes die we zijn.

Verder behoorlijk geslaagd dus?

Absoluut. De A110 is minder zenuwachtig en een stuk verfijnder dan een Alfa Romeo 4C, en heeft een exotischer karaktertje dan een Porsche 718 Cayman. Hij springt dus niet alleen in een gaatje in de markt dat nodig opgevuld diende te worden, hij geeft er een heel eigen invulling aan. Voor het echt sportieve zou hij eigenlijk een mechanisch sperdifferentieel moeten hebben (in plaats van elektronische remingreepjes), al was het maar als optie. Maar verder is de A110 een toegankelijk en spannend autootje waar we zo verliefd op zouden kunnen worden. En afgaande op reacties van (oké, Franse) voorbijgangers zijn we bij lange na niet de enigen.

Wat kost zoiets en waar kan ik het kopen?

Alpines komen niet tussen de Clio’s te staan, omwille van exclusiviteit en zo. In plaats daarvan zijn er geselecteerde Renault-dealers die een eigen Alpine Center mogen opzetten. In Nederland zijn dat er twee, in Soestdijk en Hengelo. De prijs van de basis-A110 is nog niet bekend. En van deze flitsend aangeklede, gelimiteerde Première Edition? Dat doet er niet toe, want die is al uitverkocht. (Maar het was 67.500 euro.)

Video: de nieuwe Alpine A110

De volledige rijtest van de nieuwe Alpine A110 lees je in TopGear Magazine 151 – vanaf 21 december in winkels en op vloermatten!

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)