Aston Martin DBX 707 review: is extra snelheid wel wat de luxe SUV nodig heeft?

Je was je waarschijnlijk al bewust van het feit dat deze auto er is. We reden hem een paar maanden geleden al op een circuit en ontdekten dat het een stevige jongen is, vol dynamiek, branie en prestaties. Maar weet je: op de weg is hij helemaal niet veeleisender of minder comfortabel dat een gewone Aston Martin DBX. Alleen een hele klap sneller.

Dit is in feite een makkie: de Aston Martin DBX 707 is de enige DBX die je nodig hebt. Als je tenminste geen hybride wilt. Daarover wordt nog altijd in alle talen gezwegen. De rijken, moeten we maar aannemen, zijn gewoon niet zo bezig met het redden van de planeet. Zij willen vooral in staat zijn om steeds weer iets sneller te rijden naar het deel dat van hen is.

Wat is er anders bij 707?

En: als je tenminste kunt leven met de wat opzichtiger styling. Als er meer power wordt gevraagd, is elegantie wel vaker het eerste slachtoffer. In het landschap van de luxe SUV’s is dit nog altijd een van de mooiere, maar de grille gaapt wijder, de diffuser puilt verder uit en hij komt in zijn geheel een beetje plat over, als in weinig elegant.

Maar goed, dat doet een Bentayga ook, en de Cullinan blijft de definitie van visueel ongemak. Als je je 707 een beetje smaakvol samenstelt, is er niets aan de hand. Even een korte opfrisser voor je geheugen. De Aston Martin DBX 707 gebruikt de reguliere 4,0-liter V8 van AMG-origine, maar de turbo’s zijn vervangen door exemplaren die een maatje groter zijn, dus het vermogen stijgt met 157 pk en het koppel met 200 Nm.

De prestaties van de Aston Martin DBX 707

Da’s veel. Heel erg veel, zelfs. Hij is in de sprint van 0 naar 100 km/u doodleuk een volle seconde sneller, met 3,3 seconden. Er is een nieuwe negentraps automaat met een natte koppeling voor sneller schakelen, meer koppelbestendigheid en launchcontrol. Waarmee hij voor zover wij weten de eerste Aston Martin is die dat heeft, en hij trekt harder op dan welke andere ook.

Zelfs de DBS Superleggera met 725 pk moet het afleggen naar 100 km/u. Maar je betaalt geen 35k méér voor alleen een paar grotere turbo’s. De spoorbreedte groeit 60 millimeter, koolstof-keramische remmen van 420 millimeter zijn standaard, de dempers zijn fermer – het is een volledig pakket aan nieuwe maatregelen, en de DBX is er in alle opzichten beter van geworden.

Dus, hoe bevalt de Aston Martin DBX 707?

Het is een furieus apparaat dat circuits net zo snel en gretig opvreet als een E 63. Maar de agressie krijgt op de openbare weg nooit echt de overhand. De turborespons is vriendelijk en progressief, de herrie van de ophanging werd ingeperkt, schakelmomenten zijn soepel zonder door te beuken. Hij is frisser om te rijden, stuurt uitmuntend, maar is niet minder comfortabel dan de normale DBX. Hij geeft je dat heerlijke gevoel van totale controle, van vertrouwen.

Twee puntjes over het interieur. Nog altijd geen touchscreen; zo’n wieltje met klikjes voelt wel heel erg 2010. En de stoelzittingen geven weinig steun als je echt met hem aan de wandel gaat. Kwaliteit en design? Het begint al wat gedateerd te raken. En hij zit niet in elkaar zoals een Bentayga. Maar hij vervoert vijf mensen in rustig comfort en ziet er goed uit terwijl ie dat doet. Het voelt vreemd om te zeggen, maar dit is het acceptabele gezicht van super-SUV’s met meer dan 700 pk.

Specificaties Aston Martin DBX 707 (2022)