‘Compacte premiumsedans’ doen het al decennialang goed. De 3-serie, C-klasse en A4 prijkten altijd aan de top van de leaselijstjes, eerst als diesels, toen als PHEV’s. Maar er zijn op dit moment geen elektrische opvolgers voorhanden. Jammer, zeker in Nederland, waar bijtellingspercentages het leasegedrag bepalen.
Tesla sprong in het gat met de Model 3 en oogstte meteen succes. Toen kwam de Polestar 2, die wij verkiezen boven de Tesla. Ja, we zijn gek op de gezichtsvervormende performance en de Superchargers van het populaire merk uit Silicon Valley. Toch gaat onze voorkeur uit naar de vloeiende dynamiek en het dito ontwerp van de Polestar, vanbinnen en vanbuiten. En dus is dat de auto die we hebben meegebracht om tegenover de BMW i4 te zetten.
We waren erg benieuwd naar de BMW i4
Oh, wat hebben we uitgekeken naar die i4. De BMW 3-serie wist, samen met de gerelateerde 4-serie, altijd de concurrentie te domineren. Dan zal een nieuwe versie op batterijen toch ook wel de moeite waard zijn? Om te benadrukken dat het hier een kern-BMW betreft, niet een buitenbeentje zoals de i3, kozen de Duitsers ervoor om hem het uiterlijk van de 4-serie Gran Coupé mee te geven.
Hij kreeg zelfs dezelfde grille, hoewel hij die op geen enkele manier nodig heeft. Ze hadden net zo goed een paar enorme glimmende uitlaatpijpen kunnen monteren. Toch heeft deze 4-serie-doppelgänger een heel andere vloer en ophanging om plek te maken voor de accu’s en de elektromotor. Binnenin vind je een groter scherm en minder knoppen dan in de 4-serie.
Je herkent nog wel delen van Volvo in de Polestar 2
De Polestar is ook verwant aan een auto met een verbrandingsmotor: de Volvo XC40. Alleen heeft ie z’n eigen New Age-achtige merk dat ver staat van het oude Volvo-etablissement. Delen van het interieur zijn duidelijk van Volvo afkomstig, maar het meeste is niet als zodanig te herkennen: zoals het scherm, dat trots op het dashboard prijkt en onder Polestars grafische bovenlaag op een Android-systeem draait.
Deze auto’s liggen qua uitrusting en opties dicht bij elkaar. Ze hebben volledige bestuurdersassistentie, pixelkoplampen, maximaal infotainment, grote wielen en remmen en -chique dempers – adaptieve op de BMW, handmatig instelbare Öhlins-exemplaren op de Polestar. Deze specifieke Polestar is de Long Range Dual Motor-versie, met drie pakketten (Plus, Pilot en Performance) en de optionele sneeuwwitte lak. Veel voller zijn ze er niet.
De prijs van de BMW i4 eDrive40
De BMW i4 eDrive40 begint bij net geen 61 mille en heeft dan kleine wielen, voor een groter bereik. Maar hier hebben we de M Sport met leer, 19 inch en eveneens drie optiepakketten (die in elke markt weer anders zijn). Je kunt de i4 ook met twee motoren bestellen, maar die is minder leuk dan de achterwielaandrijver.
De prijs van de Polestar 2 Dual Motor Long Range
Een Polestar 2 met deze uitrusting kost je 68.900 euro, terwijl de BMW i4 op een ongemakkelijke 75 mille komt. We zeggen ongemakkelijk omdat hij 340 pk en achterwielaandrijving heeft (wel met een sperdifferentieel) en van 0 naar 100 gaat in 5,7 seconden; tegen de 408 pk, vierwielaandrijving en 4,7 seconden van de Polestar. Maar de BMW heeft een iets grotere accu met een nettocapaciteit van 81 kWh; de Polestar doet het met 75 kWh. En de i4 is zuiniger: het WLTP-bereik op deze wielen is 553 kilometer. De Polestar zou het tot 454 kilometer moeten redden.
Zelfs in een zware auto is ruim 400 pk niet kinderachtig. Zeker wanneer het zo onmiddellijk beschikbaar is als je erom vraagt en wordt verdeeld over de grip van vier banden. De Polestar accelereert met argeloos en ietwat brutaal gemak, in ieder geval tot de snelheden die je in ons hoekje van de wereld mag rijden. De i4 is gewoon erg vlot. Maar ook dat is ruim voldoende voor een verantwoorde inhaalactie. Op droog asfalt heeft hij alle tractie die hij zich kan wensen.
Wat de BMW i4 anders maakt dan de Polestar 2
Dat brengt ons bij de grote onderscheidende factor van de i4. Hij is enorm interactief in de bochten. De besturing vertelt wat de voorwielen meemaken en ook de achterwielen communiceren met je. Het is dus makkelijk om het vermogen rustig hun kant op te sturen en de boel in balans te brengen. De tractiecontrole is subtiel en heeft een Dynamic-stand. En ja, ook Off.
De Polestar komt sneller de bocht uit – altijd. Hij heeft veel grip, stuurt nauwkeurig en vraagt weinig van je. Maar het is een menukaart met één gerecht. Op de grens raakt hij een beetje onderstuurd. Is de weg nat, dan onderstuurt hij gewoon eerder en sterker. Hij praat niet tegen je en geeft je geen verschillende opties. De BMW doet dat allemaal wel.
Het comfort van de twee elektrische sedans
Toch is ook het onderstelcomfort van de i4 in orde. Niet zacht als een kussentje, maar de adaptieve dempers schudden grote klappen af, strijken ruwe wegoppervlakken glad en gaan zo kalmpjes te werk dat het je na een tijdje niet meer opvalt. Je zit voldoende laag om van enig hellen en duiken niet echt iets mee te krijgen. Z’n banden rollen stilletjes over de meeste ondergronden en hij glipt gladjes door de lucht.
De Öhlins-dempers van de Polestar gedragen zich als die van een rallyauto: ze houden de carrosseriebewegingen en het stuiteren van de wielen onder controle, maar ze hebben snelheid nodig om echt goed te kunnen werken. In de stad bonkt de 2 erop los en hij zorgt dat elke weg oneffen lijkt. Op snelheid zoemen z’n banden en is er windgeruis bij spiegels en deuren.
Polestar 2 vs BMW i4: de accu’s bij koud weer
Op onze testdag is het frisjes, tussen de 2 en 8 graden. We hebben de accu’s niet vooraf aan de lader geconditioneerd en we rijden met een behoorlijk tempo, dus onze bereikcijfers zijn zo’n beetje de slechtste die je ooit zou kunnen halen. De BMW redt het tot een afstand van 378 kilometer, de Polestar tot 282 kilometer. En dat met accucapaciteiten die elkaar zo dicht naderen.
Het verbruik van de BMW kwam neer op 21,4 kWh/100 km, dat van de Polestar op een belabberde 28,2 kWh/100 km. Maar goed, warmer weer of het voorverwarmen van de accu kan voor het verbruik en de actieradius zomaar 15 procent schelen. De i4 zou iets sneller vol moeten kunnen zijn, maar bij beide auto’s neemt de laadsnelheid af wanneer de 50 procent gepasseerd is, waardoor je aan een 350-kW snellader ook niet zoveel hebt. Bij ons deden ze er allebei ongeveer 40 minuten over om bij een 150-kW laadpunt van 10 naar 80 procent te gaan.
Laten we het even over het design van de BMW i4 en Polestar 2 hebben
Als je nu zou ophouden met lezen, zou je denken dat de Polestar een lastig geval is. De BMW i4 heeft een dynamiek en efficiëntie die hem mogelijk interessanter maken dan een crossover. Maar mensen kopen in groten getale crossovers, dus die dingen doen er kennelijk ook weer niet zo heel veel toe. Mensen willen vooral imago, merk en design.
Design? Er is genoeg gezegd en geschreven over de grote BMW-grille, maar eigenlijk leidt die alleen maar af van het feit dat de rest van de i4 een rotzooitje is. De proporties zijn goed, maar vouwen beginnen en eindigen zonder reden en de voor- en achterbumpers zijn een kakofonie van onsamenhangende visuele ideeën. In een donkere kleur ziet hij er beter uit – dat zegt genoeg. De Polestar heeft juist een sterk silhouet en zelfverzekerde, simpele oppervlakken en details.
De interieurs
Het interieur van de BMW voelt duurder aan, maar de ontwerpers hadden wel een chillpilletje kunnen gebruiken. De graphics op de schermen zijn zo vergeven van decoratie en kleur dat ze onduidelijk worden. De aankleding van de Polestar is helder en ingetogen. De voorstoelen verraden hun Volvo-afkomst door hun heerlijke comfort op lange afstanden, al is de ruimte achterin en in de kofferruimte minder riant. De malle kleine snelheidsmeter daargelaten zijn z’n graphics een toonbeeld van kalmte en leesbaarheid.
Volvo creëerde Polestar voor mensen die bewust willen breken met het imago en de waarden van het olietijdperk. Het design is met recht een frisse wind, en misschien kan het kopers dan ook weinig schelen dat z’n rijkwaliteiten zich niet echt kunnen meten met het beste wat de gevestigde orde te bieden heeft. Dat is de i4. Qua bereik en efficiëntie heeft BMW een uitstekende elektrische auto neergezet. Maar vanuit bestuurdersperspectief is ie simpelweg de beste EV die je voor dit geld – en ook voor veel meer geld – kunt krijgen.
01: BMW i4 eDrive40 (18/20)
Kom voor de fijne BMW-dynamiek. Blijf voor de efficiëntie. Vlucht voor de styling
02: Polestar 2 Dual Motor Long Range (16/20)
Prachtig stuk design met New Age-imago. Maar rijdt vlakjes en is niet zuinig genoeg 16/20
Specificaties BMW i4 eDrive40
Aandrijflijn: 1 e-motor, RWD
Vermogen: 340 pk
Acceleratie 0-100 5,7 s
Koppel: 430 Nm
Actieradius (opgave): 553 km WLTP
Topsnelheid: 190 km/u
Gewicht: 2.050kg
Accucapaciteit (netto): 84 kWh (81 kWh)
Bagageruimte: 470 l 1.290 l (bank omlaag)
Prijs: € 60.630 (NL) / € 60.800 (B)
Specificaties Polestar 2 Dual Motor Long Range
Aandrijflijn: 2 e-motoren, 4WD
Vermogen: 408 pk
Acceleratie: 0-100 4,5 s
Koppel: 660 Nm
Actieradius (opgave): 454 km WLTP
Topsnelheid: 205 km/u
Gewicht: 2.123kg
Accucapaciteit: (netto) 78 kWh (75 kWh)
Bagageruimte: 405 l 1.095 l (bank omlaag)
Prijs: € 53.900 (NL) / € 53.900 (B)
NH heeft op 4 mei 2022 geschreven:
408pk voor beide versies van Polestar 2, zonder of met Performance pakket.
Het gaat om de test tussen 2 merken van dit topic, niet om andere EV’s.
Bovendien trekken de Enjaq en ID4 trager op dan de polo van mijn moeder, boys will be boys! 🙂
@ NL heeft op 3 mei 2022 geschreven:
Als het om waar voor je geld gaat, laat je de Polestar links liggen en ga je voor een ID.4 of een Enyaq. Niet voor niets dat die ook veel meer verkocht worden.
Frank heeft op 2 mei 2022 geschreven:
Het vermogen wanneer je het performance pakket neemt is 476pk!
NL heeft op 2 mei 2022 geschreven:
Jammer dat de Long Range Ps2 zonder bullshit (performance)? pakket (lees 7k extra voor gouden ventieldoppen en gordels, iets strakkere maar zwaar oncomfortabele wielen en öhlins dempers in 17 standen die je nooit gebruikt) niet is getest. Betere range, rijdt 2x fijner in en buiten de stad en een pak goedkoper dan performance pakket. Je krijgt niet eens meer performance… anyway ik rij hem 20-22 kw/h gemiddeld het hele jaar door en houdt me echt niet in bij de stoplichten en snelwegen.
BMW is BMW en heeft wellicht wat efficiëntere en nieuwere techniek maar de Polestar is 100% meer auto voor je geld en degradeert de BMW op stijlgebied als je het mij vraagt