Opel vervangt een motor in de Insignia en smeert er nieuwe lak op. De 1.4 Turbo is de middenklasser der middenklassers.
 
De Opel Insignia is een succes, zegt Opel, er zijn er al 400.000 van verkocht. Wat Opel er niet bij vertelt, maar wat we ons herinneren, is dat Opel iets hogere verwachtingen had van haar nieuwe topmodel, en met name van de stationwagen, enigszins misleidend de Sports Tourer genaamd. In tijden van crisis wordt alles anders, natuurlijk, en ‘verwachtingen bijstellen’ is niet erg, maar zekerheidshalve komt Opel voor de Insignia 2012-serie met een heel zuinige variant, de 1.4 Turbo. Die komt in plaats van de weinig fruitige 1.6.
 
Wat uiterlijk betreft, is er hoegenaamd niets veranderd aan de Insignia 2012 – maar omdat Insignia-kopers fanatieke optielijstaanstrepers zijn gebleken, zijn er drie nieuwe vakjes op dat papier verschenen: die voor Luxor-lak (een violetblauwige kleur die in elk soort licht een beetje anders schijnt), die voor 18-inch wielen, en die voor Indian Night-leer binnenin (zwart met oranjebruine biezen, wel wat erg sportief).
 
Omdat TopGear nou eenmaal TopGear is en omdat ook TopGears beslissingen veelal op intuïtie worden genomen, vinden we onszelf ineens terug in de OPC ST Unlimited – de Insignia met 325 pk en een top van 270 km/u. We rijden er een vlot blokje mee om, en dat bevalt prima (lease ‘m gerust), maar het is niet de auto waarvoor we naar Darmstadt zijn gekomen. Overgestapt in een 1.4 Turbo, dus.
 
Met onder meer een stop-start­systeem is het een wonder van zuinigheid, beweert Opel – je moet wel vijftien kilometer met een liter benzine kunnen doen. Dat zal in werkelijkheid nauwelijks te halen zijn, gokken we, maar de Insignia betoont zich bepaald geen slokop tijdens de 300 kilometer die we met ‘m rijden. Dat rijden is een ervaring, en of het nou een eigenlijk-best-heel-positieve of een klein-beetje-negatieve ervaring is, ligt helemaal aan wat je van je auto wilt. Doordat de 1.4 is gekoppeld aan een zesbak en een ouderwets koppelingspedaal, is het best hard werken achter het stuur van de Insignia. Wie niet tuk op schakelen is, heeft hier niets te zoeken, en wie dat wel is, zal zich in de schakelhemel wanen.
 
Ook lage-weerstandsbanden en een aerodynamische onderkant dragen bij aan een minder gulzig benzinegebruik. Een andere manier van brandstofbesparing dient zich aan in de vorm van elektronische besturing. Prima, op zich, tot je het stuur ter hand neemt. Het euvel is niet zozeer dat de Insignia niet goed stuurt – we ontdekken na een paar uur dat er prima met dit systeem valt te leven (en te sturen), maar dat het aanvankelijk een nogal indirecte stuursensatie geeft. Je voelt gewoon meteen dat de wielen en het stuur eigenlijk niets meer met elkaar hebben te maken, en dat lijkt een fijne, mooie auto als de Insignia onwaardig. Nogmaals: als je eraan bent gewend, en dat gaat snel, heb je er alleen nog last van in snelle, vloeiende bochten – want je blijft bijsturen. Het is een detail, maar wel iets waaraan Opels ingenieurs nog even mogen sleutelen.
 
Overigens, net als voor de Insignia’s uit eerdere jaargangen, verder niets dan lof voor deze middenklasser aller middenklassers. 
 
 

Specificaties: 1.4 Turbo Ecoflex


 

Leuk

De nieuwe kleur bestellen. Blauwpaars is gezellig retro

 

Niet leuk

Besturing. Valt mee te leven maar lekker is anders

 

TopGear-vonnis

Opnieuw een verrassend goede Insignia, alweer mooi en rijdt alweer prima. Jammer van de elektronische besturing

 

Prestaties

0-100 km/u 10,9 sec., top 205 km/u, verbruik 5,7 l/100 km

 

Techniek

1.364 cc viercilinder turbo, 140 pk, 200 Nm, 1.810 kg, 134 g/km CO2

 

Doen!

Veel en vaak schakelen

 

Niet doen

De nieuwe Indian Night-stoelbekleding bijbestellen. Te sportief

 

Prijs NL € 28.295

Prijs BE n.n.b.

Reacties