Video
Charles Leclerc jaagt in Ferrari 488 Pista Spider op dieven die zijn horloge hebben gestolen
5 apr 2023 - 17:15 uur
5 april 2023 - 17:15 uur
Waar kun je met het turbomeesterwerk van Ferrari beter heen rijden dan naar een stad die ‘Vermogen’ heet?
Dus lepelt de 488 670 pk op, 100 meer dan de 458. En dat is lang niet alles. Het maximum koppel, 760 Nm, bedraagt 40 procent meer dan bij de 458, en het is beschikbaar vanaf 3.000 tpm. Vergelijk de grafieken van de twee motoren met elkaar en je ziet dat de turbomotor bij 3.000 toeren ongeveer twee keer zoveel koppel levert als de oude motor. Dat verschil is op het schokkende af indrukwekkend. Zoals ik al zei, wilde Ferrari dat de nieuwe motor dezelfde eigenschappen had als hun natuurlijk aangezogen krachtbronnen. Dat betekent een onmiddellijke reactie bij gas geven, wat bereikt is door eindeloos en begrotelijk sleutelen aan de details: de turbo’s hebben uitzonderlijke lichte titanium-aluminium turbines met kogellagers. Maar ze wilden ook het gevoel van gestaag toenemende versnelling terwijl de toerenteller naar het rode bereik klimt –dus daar bogen ze zich over. In de lage versnellingen wordt de turbodruk flink gereguleerd, zodat de koppelcurve bij middelhoge toerentallen wordt onderdrukt, en vervolgens bij het klimmen van de toerenteller omhoogschiet. Terwijl je opschakelt, neemt de regulatie af. Alleen in de hoogste versnelling krijg je het volle pond aan koppel. Maar duw je door tot het rode streepje, dan staat in elke versnelling het maximale vermogen tot je beschikking.‘De Ferrari 488 GTB is geen auto die zich meteen laat kennen’
Maar in geval van het andere uiterste, als je in de tweede versnelling een haarspeldbocht neemt, kan zoveel koppel bij een lager toerental iets lijken wat niet te beteugelen is, iets angstaanjagends. Dat blijkt in werkelijkheid niet zo, want het koppel is getemperd en omdat de motor altijd alert reageert en vrij van turbolag is, staat ie zichzelf alleen maar toe om helemaal los te gaan als je het vrijwaringsformulier hebt ingevuld door een hoger toerental te kiezen. Je wilde overvloed in overvloed, toch? Hier is het dan: overdonderend snel maar toch in de hand te houden, omdat het zo progressief is. Je wordt gekatapulteerd tot het lampje dat aangeeft dat je moet schakelen begint knipperen, en als je de flipper aantikt, zorgt die extra boost ervoor dat het vermogen nog vol beschikbaar is. Terwijl ik dit stuk schrijf, vraag ik me af of ik wel ten volle besef hoe snel de 488 eigenlijk is. Als ik er hard in reed, was ik daar zo geconcentreerd mee bezig dat ik geen schijfruimte in mijn hoofd meer over had om herinneringen op te slaan. Dus Ferrari slaagde erin het turbogat te elimineren en voor een hoge-toerentalkick te zorgen. Maar ze wilden ook een groots geluid. En een groots geluid, dat maakt ie. Barmhartig stil bij weinig toeren, wat van pas komt, maar in staat om de geluidsbarrière te slopen als ie naar behoren wordt gebruikt. Het is nog altijd het geluid van een V8 met vlakke krukas, zoals z’n voorganger voortbracht, maar de 488 brengt wat extra bariton en volle klanken in. Jammer genoeg maakt hij maar één soort geluid: een toon die hoger en harder worden naarmate je meer gas geeft en de toerenteller laat klimmen. Hij kent niet de betoverende klankkleuren die de oude motoren ten beste gaven, de manier waarop ze oprispingen hadden of rochelden of borrelden of gromden, afhankelijk van wat je met het gaspedaal deed. En de 488 gaat slechts tot 8.000 tpm, niet tot 9.000 zoals de Speciale. 8.000 klinkt opwindend, 9.000 blaast je weg. Mijn gedachten gaan terug naar de Speciale en ik beweer niet dat een 488 op 8.000 tpm auditief behelpen is; het is nog altijd een zeer rijk geluid, maar wel een geluid dat een afdracht heeft gedaan.De motor loeit, de uitlaat brult en de kilometerteller draait lichtelijk dol. Dit is turbovermogen in de overtreffende trap.
Het zijn wegen om van te dromen. Niet met een superstrak wegdek, maar de harmonische samenwerking tussen de vering en de demping zorgt ervoor dat de 488 slecht asfalt aankan zonder onrustig of oncomfortabel te worden. Ik heb de weg bijna helemaal voor mezelf, op de gebruikelijke Panda 4×4 of overjarige Punto na. De met fluwelen begroeiing beklede dalen klimmen op tot rotsige bergkammen, die een vriendelijker aanblik krijgen door het prille, goudkleurige voorjaarszonnetje. Boven op een van die bergkammen, die je via een reeks haarspeldbochten bereikt waar de 488 zich heerlijk kan uitleven, ligt het plaatsje Albano di Lucania. Er is geen levende ziel te bekennen. Het dorpscafé lijkt potdicht. Dan doet iemand het voor ons open en biedt bier en broodjes aan, louter en alleen omdat we in een Ferrari rijden. Nou ja, en hij heeft zelf ook al de nodige biertjes op. We slaan het bier af en verslinden de panini, terwijl hij joviaal voort ratelt tegen ons, in een Italiaans dat voor zover ons begrip reikt, net zo goed Mesopotamisch kan zijn. Na nog een paar selfies voor zijn familie moeten we de terugweg naar Rome aanvaarden. Toen ik de 488 daar ophaalde, ging het flink tekeer. Het regende pijpenstelen uit een gitzwarte hemel, en ik moest deze kostbare en diva-achtige machine tussen vrachtwagens en heen en weer schietende auto’s zien te laveren, over wegen met chicanes, gevaarlijke hellingen en niet aangegeven obstakels. De 488 had rampzalig kunnen uitpakken, maar hij was precies wat ik wilde. Hij werkte voorbeeldig mee. Kortom, het was gewoon een auto: behendig, soepel in z’n rijgedrag en met een gewillige krachtbron. Vergeet de uitzonderlijke prestaties die supercars geacht worden te leveren, als je ze uit hun glossy context haalt en gewoon moet gebruiken. Ik bedoel, het enige echte minpuntje daar in Rome waren de idiote knipperlichtknopjes op het stuur. Als je het stuur bij het afslaan een halve slag hebt gedraaid, geeft het rechter knopje links aan en het linker rechts. Terwijl ik me in de stromende regen door het Romeinse verkeer probeer te wurmen, heb ik niet meer de mentale kracht om die paradox te verwerken. Hoe is het mogelijk dat Ferrari in deze oplossing volhardt, terwijl de rest binnen in de 488 zo overtuigend doordacht en mooi is? Mooi. Ja, ik weet het, dat is een subjectief begrip. Maar ik geloof dat dit de mooiste supercar is die er op dit moment gemaakt wordt. Of ie nu poseert tegen de achtergrond van een prachtig berglandschap of naast het Colosseum staat: hij maakt een overweldigende indruk. De carrosserie van de 488 mag helemaal bepaald zijn door de wetten van de aerodynamica, maar hij beneemt je de adem en steelt je hart. Dat geldt voor alles aan deze auto. Het chassis is gebouwd voor snelle rondetijden, maar op een slingerweg door de bergen bezorgt ie je tintelingen van genot. De motor geeft op de rollenbank een overdonderende hoeveelheid koppel aan, maar bezorgt je in alle versnellingen vlinders in je buik. Dit is Ferrari op zijn allerbest. Dit is een supercar zoals ie moet zijn. De prestaties en de techniek zijn allemaal puik, maar steriele cijfers op zich betekenen niks. Een supercar moet de bestuurder prikkelen, verleiden. Tot de dag dat ik dood en begraven ben, zal de auto die me naar dat kleine kerkhof op een heuvel bij Potenza bracht, in mijn geheugen gegrift blijven.Ten opzichte van de 458 heeft de 488 bescheiden ingeleverd wat betreft de hoge-toerenzang, maar daarvoor in de plaats betoont z’n chassis zich hoogst getalenteerd.
Reacties