De man knikt en grijnst breed als hij de sleutels van zijn glimmende, nieuwe aanwinst in ontvangst neemt. Zijn vrouw bekijkt het interieur met argusogen. Twee kinderen dartelen om de auto heen, vrolijk, maar nou ook weer niet bepaald buiten zinnen dat hun vader zojuist een LaFerrari heeft aangeschaft; toch een van ’s werelds snelste en meest tot de verbeelding sprekende droommachines. Wellicht zijn ze het gewend. Wij zijn hier overigens voor de Ferrari California T.

Dagelijkse kost voor de mensen in Maranello

Het is zomaar een schouwspel dat we te zien krijgen in de eerste minuut dat we ons binnen de Ferrari-fabriekspoorten begeven. Hier, in het epicentrum van alles waarop het steigerende paard prijkt, kijkt niemand ervan op of om. Behalve wij natuurlijk, als enige aanwezigen die niet dagelijks met deze hypercar en z’n clientèle in aanraking komen. We realiseren ons iets ontnuchterends terwijl we het blije moment gadeslaan. Hoe bijzonder de LaFerrari ook is. En hoezeer z’n prestaties, constructie en hybridetechniek ook worden aanbeden, het is niet de belangrijkste Ferrari van het moment. Ja, alle ogen zijn op ‘m gericht, maar intussen nam een ander model de meest significante sprong voorwaarts die het merk in tijden heeft gemaakt.
Uit onze ooghoek kijken we of de man dezelfde bewonderende blikken onze kant op werpt als we de sleutels van een dieprode Ferrari California T in handen gedrukt krijgen. Dat het een testauto betreft en wij eerst ons huis zouden moeten verkopen voor we ‘m kunnen betalen, valt niet aan de situatie af te zien. Een klein knikje, een blijk van erkenning tussen twee eigenaren van Ferrari’s nieuwste technologische hoogstandjes? Nee, de man is te druk met glunderen en kijkt niet op of om. Wat weet hij er nou van.

De Ferrari California T is een vreemde eend in de bijt

De California is het meest succesvolle model uit Maranello. Het was de eerste Ferrari met een voorin geplaatste V8, de eerste Ferrari met een stalen vouwdak en de eerste in lange tijd die bewust zo in de markt werd gezet dat ie een nieuwe groep klanten bediende. Zo’n 70 procent van de kopers van de vorige California bezat niet eerder een Ferrari. Daarnaast blijkt Ferrari California T bovengemiddeld vaak dagelijks gebruikt te worden, iets wat je met een 458 Speciale toch minder snel doet, en wordt ie zelden op een circuit gereden. Een echte GT dus, maar niet op de manier waarop de F12 en de FF dat zijn. Er is iets relaxts aan de California, iets wat tegen medeweggebruikers lijkt te zeggen: och, ik rijd jullie er heus allemaal uit, maar ik bepaal zelf wel of ik daar zin in heb. Nu grijpt Ferrari het model aan om iets te doen wat ze in geen 25 jaar meer hebben gedaan: tornen aan het natuurlijke verloop van het in- en uitlaattraject van hun motoren. Ja, het is waar: de Ferrari California T heeft een turbo. Twee zelfs, maar de naamgeving ‘TT’ was om begrijpelijke redenen geen optie. Mocht je je, zonder enige verdere nuancering, nu al storen aan het feit dat Ferrari zo’n ordinair kunstje toepast, bedenk dan dat de F40 ook twee turbo’s had. En de 288 GTO ook. En weet dat Ferrari zo’n grote verandering niet zomaar eventjes doorvoert: er gingen vier jaar van tests, discussies en wilde armgebaren aan vooraf voordat er oplossingen werden gevonden die liefhebbers van de klassieke Ferrari-motorkarakteristiek niet tegen de borst zouden stoten. Sterker: die hen moeten overtuigen. Want nu ‘de turbo’ terug is bij Ferrari, zal hij snel zijn weg vinden naar de rest van het gamma.

Een paar opvallende ingrepen

Er werden ware kunstwerkjes van uitlaatspruitstukken gecreëerd om te zorgen dat de gassen vanuit iedere cilinder een even lange afstand afleggen. Dit zorgt voor gelijke druk op de turbo’s, wat weer goed is voor een snelle respons en een zo zuiver mogelijk geluid. Het koppel werd per versnelling begrensd – het stijgt naarmate je opschakelt – zodat je wordt aangemoedigd om flink te flipperen en niet je Ferrari California T als een luie diesel te rijden. Er is uitvoerig aandacht besteed aan de link tussen bestuurder en motor, die zo kort en natuurlijk mogelijk moet zijn om die van Ferrari’s atmosferische motoren te benaderen.
De gloednieuwe 3,9-liter V8 ligt 40 millimeter lager in Ferrari California T en zorgt ervoor, samen met zaken als aangepaste bakverhoudingen en de nodige aerodynamische tweaks, dat de California T 10 tot 16 procent zuiniger is dan z’n voorganger. Dat is voor jullie en ons niet boeiend, maar ook Ferrari moet buigen voor de CO2-gekte, dus de milieuprestaties van hun bestverkopende model wegen zwaar. Desondanks en belangrijker: naast bijna de helft meer koppel (in z’n hoogste versnelling dan) kreeg de Ferrari California T 70 pk extra, waardoor de verhouding gewicht-vermogen omlaag ging van 3,3 naar 2,9 kg/pk. Turbo-criticaster of niet, dat zijn cijfers waar je blij van wordt.

Van rustige GT naar sportauto in één klik

Een schelle blaf weerklinkt tegen de muren van het fabrieksgebouw wanneer we de startknop indrukken. De man met de LaFerrari kijkt plots toch op. Kalmpjes tokkelend door Maranello weten we ons even geen raad met de California T. Met alle systemen in de opa-stand schakelt ie vroeg en rustig op en bromt de motor beschaafd; zodanig dat we opgetogen Ferrari-fans in het voorbijgaan onze excuses willen aanbieden voor het bedeesde tafereel. De bekende manettino heeft minder instellingen dan in extremere Ferrari’s: er valt enkel Comfort, Sport of ESC Off te selecteren. Comfort, dat is duidelijk bestemd voor momenten waarop je alles even helemaal zat bent. ‘Het is niet te veel eer als we stellen dat Ferrari’s nieuwe V8 zich – onder belasting – de best klinkende turbomotor van het moment mag noemen’ Maranello verdwijnt in de spiegels en het knopje gaat op Sport. Dat is vast niet per se verstandig, want de wegen hebben plots de breedte van een voetpad en de staat van het asfalt is omgeslagen van ‘acceptabel’ naar ‘rotsiger dan de Grand Canyon’. Aangezien de California letterlijk ontwikkeld is op deze routes vermoeden we dat ie er wel mee overweg moet kunnen. We duwen door en worden geconfronteerd met de zoete vruchten van Ferrari’s tomeloze inspanningen.

De facelift is goed gelukt

Als bestuurder van een Ferrari California T op snelheid baad je doorlopend in je eigen geluk. De zitpositie is perfect, de bezieling van het geheel sijpelt uit de poriën van het leer en houdt je in haar greep. Het interieur is grotendeels nieuw ontworpen, ergonomisch verbeterd en voorzien van een hip en prominent aanraakmetertje met verschillende stukjes informatie, onder andere over de werking van de turbo’s. Behalve het dak is de gehele carrosserie aangepast, met een sierlijker front en een meer geprononceerd lijnenspel, en we moeten zeggen: het is een verademing ten opzichte van de vorige California. Die kon nooit echt bekoren, met z’n gestapelde uitlaten en hier en daar wat ongelukkige styling. De kont van de T oogt breder en imposanter, met vier normale uitlaten en een dikke diffuser volgens het 599 GTO-recept.
Hoe veel beter de ‘Cali’ T er ook uitziet, z’n motor steelt de show. Vanmorgen deed een ingenieur uitvoerig uit de doeken hoe veel moeite hij en zijn team zich getroost hadden om enig voelbaar turbo-gat de kop in te drukken, maar ook een voelbare turbo-duw bij lage toeren te voorkomen. Hij sprak over hoe belangrijk het is voor het hart en de ziel van Ferrari dat de acceleratie opbouwt naarmate de toeren stijgen, zodat je als bestuurder steeds wordt uitgedaagd om het rode gebied – nu bij 7.500 in plaats van 8.000 toeren – te blijven aantikken. Je mag het zien als een kunstje, dat begrensde koppel, maar bij Enzo: het werkt wel. De behoefte aan toeren is volop aanwezig terwijl de turbo’s toch zorgen voor meer bruikbare kracht over bijna het hele bereik van de motor. Veel effectiever en passender had de Grote Turbo-ingreep niet kunnen zijn.

Hoe zit het met het geluid?

We zullen eerlijk toegeven dat zo’n 98 procent van onze nieuwsgierigheid naar de California T betrekking had op het motorgeluid. Zullen de uitlaten te gedempt klinken? Is er nog wel iets over van het hemelse gezang dat al generaties lang galmt in het kielzog van achtcilinder Ferrari’s? Nou, mocht je twijfelen aan de vocale kwaliteiten van de Cali T: maak je geen zorgen, het ding brult, hijgt en jankt dat het een lieve lust is. Het zijn niet precies dezelfde tonen als we van Ferrari gewend zijn; deze machine heeft een heel eigen spectrum aan geluiden, inclusief naarstig aanzuig- en afblaasgesis en kraakhelder gehamer wanneer de klepjes in de pijpen opengaan. Dat doen ze vrij snel en plotseling, maar tot dat moment klinkt de motor naar onze smaak wat dof en korzelig. Dat is een bewuste keuze van Ferrari. Bestuurders vonden de vorige California niet zelden te luid en opdringerig, zo schijnt het, vandaar dit auditieve Jekyll & Hyde-karakter. Gelukkig worden wij herrieliefhebbers op onze wenken bediend als het gas ook maar iets dieper wordt ingetrapt: het is niet te veel eer als we stellen dat Ferrari’s nieuwe V8 zich – onder belasting – de best klinkende turbomotor van het moment mag noemen. Terwijl we een belangrijk deel van ons cognitief vermogen blijven reserveren voor de soundtrack, bedwingen we de prachtigste maar belabberdste wegen die de provincie Modena te bieden heeft. Opvallend genoeg is het onderstel van de California ook in de Sport-modus vooral soepel en comfortabel, zodanig zelfs dat de aerodynamisch verantwoorde flapjes voor de wielkasten nu en dan het asfalt kussen als we Ferrari California T door pokdalige bochten ketsen. Los van de incidentele schrikreactie die dat oplevert, zorgt de vergevingsgezinde afstemming dat onze ruggen en gebitten worden gespaard, zodat we de dollemans-hobbelrit uren kunnen volhouden.

De Cali doet niet onder voor zijn bloedverwanten

Ferrari monteerde iets stuggere veren, herzag de instelbare schokdempers, die met 35 procent minder interne frictie een betere respons geven, en zorgde voor een kortere stuurratio. De stijfheid van de carrosserie is voorbeeldig en de keramische Brembo-remmen blijven hun fenomenale werk doen, hoe warm ze het ook hebben. Dit alles draagt eraan bij dat de Ferrari California T zich als een klein sportautootje in het rond laat mikken, z’n niet geringe gewicht van 1.730 kilo ten spijt. Dat het, zelfs met dit forse vermogen, geen auto is die snel onder je vandaan neigt te glippen, blijkt bij elke beweging van je handen en voeten.
Ook als het asfalt verbetert en we de snelheid opvoeren, plant de California zich gedecideerd vast in de bochten op de koers die je uitstippelt. Als ie kwispelt bij het uit-accelereren, doet hij dat kort en beheerst. Tenzij je gaat provoceren en ‘m bewust dwars zet met het esp uitgeschakeld, wat we natuurlijk helemaal niet zouden durven aanmoedigen. Behalve als je echt wilt meemaken hoe levendig en controleerbaar een open GT kan zijn. Mocht je je afgevraagd hebben of de combinatie van moderne Ferrari’s en turbo’s zou kunnen werken: ja, het werkt. De California T heeft niets dat misstaat, z’n motor betovert je onverminderd en beantwoordt toch aan de strenge eisen waar anno 2014 niet meer omheen valt te sturen. Dit is het soort vooruitgang dat alleen kan komen van mensen met passie en hart voor hun zaak, die ten volste beseffen wat de wereld van hen verwacht met het oog op hun waarden en tradities. Dan moet je net de dames en heren van Ferrari hebben. Met de Ferrari California T blazen ze een nieuw tijdperk van turbokracht binnen, en dat doen ze met opgeheven hoofd, rokende banden en klapperende oren. Het wordt een mooi tijdperk.

Specificaties Ferrari California T


Motor
3.855 cc
V8 twinturbo
560 pk @ 7.500 tpm
755 Nm @ 4.750 Nm (7e versnelling)

Aandrijving
Achterwielen
7v automaat (F1 dubbele koppeling)

Prestaties
0-100 km/u in 3,6 s
Top 316 km/u

Verbruik (gemiddeld)
10,5 l/100 km
250 g/km CO2

Maten
4.570 x 1.910 x 1.322 mm (l x b x h)
2.670 mm (wielbasis)
1.730 kg

Prijs
€218.513 (NL)
€188.713 (BE)

Reacties