Kimi Räikkönen: ’Geen idee wat ik ga doen, eerst vakantie’

Net voordat de gekte in Zandvoort losbarst, dropt Räikkönen deze week de bom: de meest ervaren F1-coureur aller tijden gaat stoppen. Na twintig jaar – met een kleine tussenpauze – is het tijd om iets anders te gaan doen. TopGear kreeg de kans om met Kimi Räikkönen te gaan zitten en te babbelen over zijn plannen voor de toekomst – voor zover die er al zijn.

TopGear: Je bent een man van veel talenten, je hebt een karaokebar in Helsinki en bracht eerder een Haiku-bundel uit. Welke dingen wil je achtervolgen na je F1-carrière buiten het racen om?

Kimi Räikkönen: Ik weet het niet. Ik heb geen plannen en ik kijk wel wat er gebeurt in de toekomst. Ik heb er nog niet over nagedacht. Zeker weten ga ik eerst op vakantie.

TG: Bij de overstap naar Alfa Romeo zei je in een persconferentie dat je in de F1 blijft omdat je het leuk vindt. Betekent je vertrek dat je het plezier in de F1 kwijt bent?

KR: Ik vind racen nog steeds leuk. Sommige dagen zijn leuker dan andere, maar dat is over het algemeen zo bij het leven. Er zijn ook slechte dagen. Ik kijk ernaar uit om tijd thuis door te brengen en niet te leven aan de hand van een schema.

TG: Gaan we jouw zoontje over een tijdje ook aan de start zien in de F1?

KR: Wie weet. Het is onmogelijk om te zeggen. Hij gaat soms karten en soms motorcrossen. Dan gaat hij weer voetballen of iets anders. Kinderen willen de ene dag dit en de andere dag iets anders. Ik hoop dat hij iets vindt waar hij plezier aan beleeft. De tijd zal het leren. Ik ga hem niet één richting op duwen.

TG: Als je een vervanger zou mogen uitkiezen voor Alfa Romeo, wie zou dat dan zijn?

KR: Ze hebben vast gevonden wat ze zochten. Het is niet mijn probleem. Hopelijk heeft Antonio nog een plekje. Hij wil hier de aankomende vijftig jaar nog graag zijn.

TG: Vind je het jammer dat je niet kunt rijden met de nieuwe F1-auto’s?

KR: Nee, gelukkig heb ik met veel verschillende F1-auto’s kunnen rijden. Ik denk niet dat ze heel anders zullen zijn als het gaat om het rijden. Ze zijn misschien iets langzamer, maar als ze vijf seconden langer doen over een rondje merk je dat niet echt.

TG: Over nieuwe auto’s gesproken… Als je weggaat bij Alfa Romeo, dan moet je je Stelvio inleveren. Wat wordt de volgende auto?

KR: Nee, ik heb een busje van Fiat en die is oké.

TG: Is het busje snel genoeg, of maakt snelheid je überhaupt niets uit bij een straatauto?

KR: Ik heb geen behoefte aan snelheid. Ook nu rij ik gewoon de dieselversie van de Stelvio. Ik moest knokken om de langzamere versie te krijgen, zelfs. Ik wilde de diesel.

TG: Ze wilden je de diesel niet geven?

KR: Ik had hiervoor de Quadrifoglio, maar die werd verwoest in een hagelstorm

TG: Je had hem misschien expres buiten geparkeerd?

KR: Nee, nee, nee. Ik parkeer m’n auto’s altijd buiten. Gelukkig was het de enige auto die buiten stond.

TG: Wat ga je het meest missen aan interviews en persevenementen?

KR: Niets. Ik heb ze nooit leuk gevonden. We worden altijd gelijk hierheen gestuurd. Tuurlijk waren er leuke interviews en we hebben leuke dingen gedaan. De coureurs zijn hier om te racen en er is veel meer dan alleen het rijden. Net als bij elke andere sport, voetbal en tennis ook. Het hoort erbij, maar het is niet de reden om deze sport te doen.

TG: Na al die jaren: word je nog blij van een nieuw circuit op de kalender, zoals nu met Zandvoort?

KR: Ja, ik ben hier nog nooit geweest. Het is goed om hier te zijn, ik vind het een leuk land. Ik heb hier ongeveer anderhalf jaar gewoond en heb er goede herinneringen aan. Circuit Zandvoort is een wat meer old school-circuit. We zien wel hoe het morgen aanvoelt.

TG: Toen je hier woonde, heb je uiteraard mogen proeven van onze delicatessen. Wat vind je van het eten in Nederland?

KR: Het is wel lang geleden dat ik hier woonde, ik weet het niet helemaal meer. [Hij denkt eventjes goed na] Frituur, dat is in België en Nederland een beetje hetzelfde toch?

TG: Ken je de Frikandel Speciaal?

KR: Ja, ja, ja. Die is heel goed.