Hete hatches worden niet veel heter of meer hardcore dan deze twee. Hoe je er ook naar kijkt, wat je er ook van vindt: de Renault Mégane R26.R is het absolute ijkpunt voor gestripte, raceklare boodschappenkarretjes. We vermoeden dat hij nooit meer zal worden verbeterd.

Waarom vermoeden jullie dat?

De technici achter de Renault Mégane R26.R was verteld dat ze niet meer vermogen of koppel uit de 230 pk sterke 2,0-liter turbo mochten knijpen, dus zochten ze hun toevlucht tot de op een na beste route om een auto sneller te maken: een laag gewicht. Alles wat eruit en eraf kon worden gesloopt, verdween in de prullenbak. Alles wat geen bijdrage aan de snelheid leverde: weg ermee.

Het scheelde in totaal maar liefst 123 kilo. Dat betekent geen stoelen achterin, geen radio, geen geluidsisolatie en maar één enkele airbag. Bovendien werden er dure, exotische materialen toegevoegd om ’m lichter te maken: plexiglas (het verhaal gaat dat dat acht keer duurder is dan gewoon glas), koolstofvezel kuipstoelen, een koolstofvezel motorkap (een primeur voor een auto in dit segment) en, waarom niet, een titanium uitlaat.

Heeft de Trophy-R dezelfde behandeling ondergaan?

Ja. En technisch gezien heeft de Trophy-R daar nog een jasje meer bij uitgetrokken dan de standaardauto (want 130 kilo), maar hij was ook wat dikker om mee te beginnen. Maar z’n dieet is minder rigoureus geweest. Kijk goed naar de Renault Mégane R26.R en je ziet dat hij geen koplampwissers meer heeft, noch een wisser achterop – hij is echt behoorlijk naakt.

Was ie niet de snelste op de Ring?

Jazeker. De Renault Mégane R26.R is waarschijnlijk de aanstichter van de huidige hot-hatchstrijd op de ’Ring. Indertijd was alles anders. Z’n rondetijd van 8:17,54 was 19 seconden sneller dan die van de vorige snelste voorwielaandrijver. En Renault heeft zich de kroon niet laten ontglippen – de Trophy-R is de huidige voorwielaangedreven recordhouder met een ongelooflijke tijd van 7:40,01. Leve de vooruitgang, wat je zegt.

Hoe rijdt de Renault Mégane R26.R?

Het is een pleziertje: een echte, heuse, actieve autosportervaring. Hoewel hij pas zo’n tien jaar oud is, biedt ie een totaal andere ervaring dan z’n Trophy-R-kleinzoon. Waar de Trophy-R een ware berg aan koppel heeft en rechtuit knalhard gaat, raakt de R26.R op het rechte stuk achterop. Je moet ’m stevig aanpakken en de schade in de bochten compenseren. Je roert constant in de korte versnellingen, ramt ’m de bocht in en laat daar de kleverige Toyo R888-banden hun werk doen. Omdat ie zo licht is, heeft de R26.R een zachtere ophanging dan de standaardauto waarop hij is gebaseerd – waardoor hij comfortabeler rijdt en ongelooflijk graag op drie wielen door de bochten gaat.

Had ik de R26.R moeten kopen?

Achteraf bezien wel, ja. De prijzen zitten nu met zo’n 30.000 euro op ongeveer hetzelfde niveau als toen Renault de auto nieuw te koop aanbood in 2008, en exemplaren met de titanium uitlaat, rolkooi en circuitbanden zijn nog veel prijziger. Aangezien een nieuwe Trophy-R met extra’s op 80.000 euro komt, was de oude R een absoluut koopje.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)