Er bestaan zeer veel mensen die twijfelen aan het lange-termijn-succes van elektrische auto’s. Dat is heel begrijpelijk, vooral als je bent opgegroeid met benzine en diesel. Maar ik verwacht dat het beeld van elektrische auto’s de komende jaren sterk zal gaan kantelen. Hoezo? Nou, vanwege de hoeveelheid creativiteit die nu loskomt bij ontwerpers omdat ze eindelijk buiten de traditionele patronen van de brandstofauto’s mogen, kunnen en ook moeten denken.

Er komt een ware hekgolf aan elektrische auto’s op ons af en die grijpt me bij de kladden op een wijze die ik, toch een door de wol geverfde petrolhead, nooit voor mogelijk heb gehouden. En dan heb ik het nog niet over mijn verlangen om 1.900 pk sterke elektrische hypercars als de Rimac C_Two of de Pininfarina Battista te rijden.

Nee, dat is te makkelijk; snelle auto’s zijn altijd leuk, hoe en waardoor ze ook worden aangedreven. Ik heb het over het feit dat ik nu stilsta bij auto’s die ik anders – als ze niet door elektro-technologie werden aangedreven – niet zou hebben zien staan.

Wat als de Honda E een 1,0-liter turbomotor had?

Neem nou het plukje elektrische auto’s dat werd onthuld op de Autosalon van Genève. Het Honda E Prototype is op papier niet echt bijster interessant. Het is tenslotte een vierzits stadsauto. Van Honda. Maar de realiteit is dat hij net zo begerenswaardig is als elke auto met een viercijferig vermogen.

Dat leuke exterieur, dat lounge-achtige interieur, de gigantische schermen op het dashboard – hij bestaat nog niet eens en heeft nu al meer voor het merk ­Honda gedaan dan de Jazz en de CR-V samen. Zou iemand geïnteresseerd zijn in het E Prototype als hij een 1,0-liter turbomotor zou hebben?

Dat is natuurlijk een overbodige vraag, want als er geen aanleiding zou zijn geweest om echt iets nieuws te bouwen, iets dat buiten de gebruikelijke mal viel en – inderdaad – elektrisch was, zou Honda nooit de moeite hebben genomen om zoiets begeerlijks te bouwen.

Wat dacht je van de Fiat Centoventi dan?

Hetzelfde gaat op voor Fiat. De designers daar zijn nooit bang geweest van een scheutje extra stijl (zie de 500). En sommige van hun auto’s functioneren op het briljante af (zie de Panda). Maar val je niet in de demografische doelgroepen van die auto’s, waarover moet je dan in je handen wrijven? De Tipo? In Genève zagen we hoe de focus van Fiat op elektrificatie nieuwe mogelijkheden biedt qua design, waardoor de auto’s van het merk interessanter zullen worden.

Het Fiat Centoventi-concept ziet er schitterend uit. Het is gebouwd om een idee te geven van wat we mogen verwachten van de volgende Panda, en heeft zelfmoorddeuren, uitneembare stoelen die je kunt verwisselen voor babyzitjes, en een modulair accusysteem dat je in staat stelt meer cellen toe te voegen als je meer actieradius nodig hebt (bijvoorbeeld om met vakantie te gaan). Het is werkelijk geniaal, en we zouden deze ideeën nooit hebben gezien als automakers niet waren gedwongen om naar de toekomst te kijken.

Elektrificatie pakt niet altijd slecht uit

Uiteraard zijn het E Prototype en de Centoventi waarschijnlijk extreme voorbeelden van elektrificatie; de designafdelingen kunnen en mogen risico nemen. Maar het maken van een elektrische auto betekent niet per definitie dat je raar hoeft te doen, louter omdat het kan. Elektrische auto’s kunnen ook prima zijn als ze tamelijk ‘normaal’ zijn. Sterker nog: ze kunnen een dosis coolheid toevoegen aan auto’s die dat eerder ontbeerden.

Peugeot toonde met bravoure een volledig elektrische versie van de 208 die de e-208 gaat heten, en ik prijs de Fransen – want het is een behoorlijk knappe verschijning. Hij is misschien niet meer of minder cool dan de standaard 208, maar hij toont wel aan dat je niet per se je hoofd boven het maaiveld hoeft uit te steken om elektrisch te gaan.

Het succes van elektrische auto’s

Het feit dat automakers dankzij elektrische ontwikkelingen allerhande risico’s durven te nemen, betekent dat er opwindende tijden aanbreken voor allerhande autotypes. Als het ontwerpers lukt om zelfs auto’s die zich prestatie-technisch onderaan de voedselketen bevinden echt interessant te maken, dan ben ik uiterst benieuwd waar ze verder nog mee komen.

Stel je een elektrische hot hatch voor die accelereert als een Tesla. Of een Mondeo met een door torque vectoring geholpen driftmodus. Of een elektrische Mustang met hypercar-achtige prestaties zonder dat hij je de kop kost aan onderhoud? Ik zou ’m willen. Mensen, hier zit geen rem meer op – figuurlijk dan. We mogen weer groot gaan dromen.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)