Nou nou nou, kunnen we misschien íéts vrolijker kijken? Hoewel: het staat hem wel goed. Het is meer de herinnering aan de oude Audi A1, met al zijn aaibare, vriendelijke ronde vormen, die ons even op het verkeerde been zet. Het is net alsof de Audi A1 al een gespleten persoonlijkheid bezat, en dat de kwade kant nu de boel heeft overgenomen. Moet je die grille zien: alsof ie zijn voorliggers wil opvreten. Die drie smalle openingetjes daarboven, die in het geheel niet toevallig doen denken aan Audi’s sportieve rally-hoogtepunt, de Sport Quattro. Net zoals de verbrede wielkasten en de c-stijl door die auto zijn geïnspireerd, trouwens.

Neppe luchtinlaten op de Audi A1 Sportback 30 TFSI S-Line

En zie die (volkomen neppe) luchtinlaten naast de voorspoiler: ligt er misschien een zescilinder met rally-aspiraties achter, die zelden of nooit lucht genoeg heeft? Monsterlijke, megapizza-remmen die gruwelijke hoeveelheden lucht nodig hebben om weer een béétje een normale temperatuur te bereiken? Welnee. Niets van dat alles. Onder de motorkap ligt een alleszins vriendelijk driecilindertje met 116 hele pk’s, dat bij elke rit – licht kortademig, maar toch – zijn uiterste best zal doen om jou op de plek van je bestemming te krijgen. Misschien dat de Audi A1 Sportback 30 TFSI S-Line (zo heet deze voluit) daarom zo boos van zich af kijkt. Hij weet dat hij zijn stoere uiterlijk nooit in navenante prestaties kan omzetten. Het is een beetje een kleuter in een volwaardig stalen harnas: het ziet er misschien reuze-echt uit, maar hij krijgt door het gewicht van z’n bepantsering nog geen voet voor de andere. Zouden wij ook chagrijnig van worden. Goed – allemaal subjectief natuurlijk: als jij zijn uiterlijk helemaal te gek vindt: onze zegen heb je. Er zijn ook wat meer objectieve observaties te maken. Zo is de A1 Sportback een behoorlijk klap gegroeid. Hij is een centimetertje lager, maar zes centimeter langer, en de wielbasis groeide maar liefst negen centimeter. Dat is met name goed nieuws voor degenen die achterin moeten zitten: het is nu niet langer een onoverkomelijk bezwaar als ze in het bezit zijn van benen. Ook de bagageruimte groeide, met 65 liter naar 335 liter. Ook de rest van het inte­rieur is er drastisch op vooruitgegaan.

Digitaal dashboad in de Audi A1

Het dashboard is helemaal Audi anno nu, met bijvoorbeeld die fraaie Virtual Cockpit (dat is een optie, maar je zou gek zijn als je ’m niet neemt) en standaard een haarscherp aanraakscherm waar je je helemaal suf op kunt bedienen. Daaronder zit een overduidelijk ingedeeld paneeltje voor al je klimaatwensen. Het geheel is vrolijk afgewerkt met delen in de kleur van de carrosserie, al kan iets anders ook – als je het geel op de foto’s iets te veel van het goede vindt, snappen we dat. Uiteraard kun je je weer volledig uitleven met de opties: er is een ruime keuze uit fijne hebbedingetjes als sfeerverlichting met 30 kleuren, vergaande smartphone-­integratie en zelfs een B&O-audiosysteem. Toch is het niet allemaal hosanna; we vinden wel erg veel knalhard plastic. De deurpanelen, de stukken rond de middentunnel en bij de portiergrepen – het zijn ook nog delen van de auto die je doorgaans veel aanraakt. De bovenkant van het dashboard (en wie raakt dat ooit aan?) is dan wel weer van prachtig zacht kunststof.

Waarom is dat zo?

We zullen het wel nooit begrijpen. Hoe dan ook, wij snappen ook wel dat het in deze klasse niet allemaal even hoogwaardig kan zijn, maar als Audi de ‘premium’-vertegenwoordiger wil zijn en daar ook premium-­prijzen voor rekent (de duurste Audi A1 van Nederland kost 48.000 euro), kun je ons een extra kritische blik niet kwalijk nemen. En dit hebben we beter gezien, zeker van Audi. Motorisch gezien is het voorlopig overzichtelijk. Er zijn een 25 TFSI en 30 TFSI (1,0-liter driecilinders met 95 en 116 pk), de 35 TFSI (1.5 met 150 pk) of een 40 TFSI (2.0 met 200 pk, uit de VW Polo GTI). De 30 TFSI is meteen leverbaar, de rest zal begin 2019 komen. Of er ook nog een S1 of wellicht zelfs RS 1 komt? Wie weet – Audi houdt vooralsnog de lippen stevig op elkaar. Wij reden de Audi A1 Sportback 30 TFSI S-Line en die voldoet prima. Goed, 116 pk, het is geen overdreven vetpot, maar daar is deze A1, zijn woeste uiterlijk ten spijt, ook de auto niet echt naar. Daar is de besturing bijvoorbeeld veel te licht en gevoelloos voor. Hij doet wat ie moet doen, maar communiceert net zo veel als Willem de Zwijger. En die is al een paar honderd jaar dood. Het onderstel is juist het tegenovergestelde. Er zijn drie varianten: ‘gewoon’, een sportonderstel en een sportonderstel met adaptieve dempers.

Die Audi A1 is wat stuiterig

Wij hadden het sportonderstel en dat is wel érg stuiterig. Zeker als er een wat grotere maat wielen onder de auto zit (de keuze loopt van 15 tot 18 inch) wordt het ronduit oncomfortabel, zonder dat de A1 er nou veel sportiever van gaat rijden. We probeerden het gewone ook nog even: veel beter. Lekker in je zak laten dus, dat geld. Over geld gesproken: dat is bij Audi maar wat vaak een pijnpuntje en de A1 Sportback is beslist geen uitzondering. De 30 TFSI begint bij 25.995 euro; ons S-Line-­exemplaar met DSG-automaat loopt zomaar door naar 30.575 euro (Belgische prijzen liggen zo’n vijf mille lager). Ga dan nog een beetje grutten in de optielijst en je hoeft echt niet bijzonder veel moeite te doen om hem naar de 35 à 40 mille te trekken. En dat is toch echt een serieuze klap geld voor een auto die, laten we wel wezen, in de technische basis volkomen identiek is aan een VW Polo, Seat Ibiza of Skoda Fabia. Natuurlijk, alles ziet er echt wel beter uit dan die drie. Maar ga even na: de allerduurste Polo met deze motor kost iets meer dan 23 mille. Een Polo GTI kost nog minder, en die biedt wel 84 pk en hele emmers rijplezier méér. Bij Seat en Skoda kan het nog veel goedkoper, zonder dat je daar een slechter rijdende auto mee hebt. Sterker: voor het bedrag van zo’n S-Line heb je ook een VW Golf. Een 130 pk sterke 1.5 in dikke Highline-uitvoering, als het moet. En dan zouden wij het wel weten…

Interieur van de Audi A1 Sportback 30 TFSI S-Line (2019)

01. Oké, van dit geel zou een kanarie schele koppijn krijgen, maar iets anders kan ook. Wel vrolijk 02. Ja, die kost natuurlijk weer extra, maar is toch echt verplichte kost. Prachtig én nuttig 03. Mooi, handig en snel reagerend touch­screen. Dit is het ­grote formaat, kost (zucht) extra 04. Of je nu deze zeventraps DSG neemt of de ook beschikbare handmatige zesbak: zijn allebei top 05. Tja, dat plastic dat onder andere hier zit, kan bij een Audi eigenlijk niet door de beugel…

specificaties Audi A1 Sportback 30 TFSI S-Line (2019)


Motor
999 cc
driecilinder turbo
116 pk @ 5.000 tpm
200 Nm @ 2.000 tpm
Aandrijving
voorwielen
7v automaat
Prestaties
0-100 km/u in 9,4 s
top 203 km/u
Verbruik (gemiddeld)
4,8 l/100 km
110 g/km CO2 C-Label
Afmetingen
4.029 x 1.740 x 1.409 mm (l x b x h)
2.563 mm (wielbasis)
1.100 kg
40 l (benzine)
335 l (bagage)
Prijzen
€ 30.575 (NL)
€ 25.630 (B)

Vonnis:
Het is een frisse en stoere verschijning, die nieuwe A1 Sportback. Hij rijdt prima, zij het niet beter of anders dan een Polo en de zijnen. En zo bekeken zijn de prijzen die Audi vraagt op z’n zachtst gezegd exorbitant – vandaar het lage cijfer

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)