Uitgelicht: Hammond/May, Ferrari/Porsche

Richard Hammond is Porsche-liefhebber en James May is een Ferrari-liefhebber. De een gaat voor de 918 Spyder, de ander voor de 599 GTO. Ze vechten het uit op hun eigen wijze.

 

May: ‘Ik vind de 918 heus een erg aantrekkelijk uitziende auto, maar vooral omdat ze bij Porsche zo hun best hebben gedaan om ‘m op een Ferrari te laten lijken.’

 

Hammond: ‘De vorm is duidelijk gebaseerd op aerodynamica. Als je dat doet, dan heb je weinig keuze. Ze kunnen ‘m moeilijk op een flatgebouw laten lijken alleen omdat ie dan niet op een Ferrari lijkt, toch?’

 

May: ‘Ik denk dat het probleem dit was: ze vroegen zich bij Porsche af: “Wordt het een 911?” Antwoord: “Nee”. En toen hadden ze vervolgens geen flauw benul hoe ie er wel uit moest gaan zien.’

 

Hammond: ‘Dat hele ‘geen 911’-gedoetje is een valide argument, want wanneer Porsche iets probeert dat geen 911 is, loopt het meestal niet goed af. Maar je moet ze prijzen: ze proberen tenminste regelmatig eens iets anders te doen en te maken, al is het omdat ze er daar helemaal simpel van worden om alleen 911’s te maken.’

 

May: ‘Niet zo simpel als wij, wij moeten altijd maar weer naar die 911’s kijken.’

 

Hammond: ‘Wat, hoe erg kan het zijn om naar een 911 te kijken? Echt niet erg. Dat kun je zo gewoon niet zeggen. Niemand raakt ooit uitgekeken op een 911. Wel dan? Wel? Zeg maar.’

 

May: ‘Nee, natuurlijk niet. En wat de Ferrari betreft, lijkt me gewoon dat ze met deze auto een eerdere fout proberen recht te zetten: ik denk dat de GTO een poging is om de 599XX voor een wat redelijker prijs te gaan verkopen. Kijk, die XX was twee miljoen euro, of zoiets, en dan nog was ie niet echt je eigendom. Je mocht er niet mee op de weg rijden, je kon er alleen in rijden als Ferrari je dat toestond, en elke beweging die je ermee maakte, werd geregistreerd door een computer. Dus alle halvegaren die al dat geld hebben gelapt om als proefkonijnen te dienen en eigenlijk gewoon betaalden om deel te zijn van Ferrari’s onderzoeksprogramma mogen we best even bedanken. Ze hebben ons nu de betere 599 geschonken die nog goedkoper is ook. Ik vind dat aardig en het is socialistisch bovendien.’

 

Hammond: ‘Dus zij hebben gedaan wat wij deden toen we zeventien jaar waren en auto’s kochten die potentie hadden, die auto’s dan helemaal stripten, ze meer vermogen gaven en wat racestrepen en dan, eh, wacht eens, gaat ie inderdaad een half miljoen kosten? Hoop geld, zeg.’

 

May: ‘Ja, dat is niet weinig, maar als je kijkt naar de auto waar ie op is gebaseerd, die volgens mij dus twee miljoen euro kost, is dit eigenlijk gewoon het koopje van de week.’

 

Hammond: ‘Iets anders. In welke van de twee zie je er uit als de grootste idioot? Ik zou toch zeggen in de Ferrari. In die Ferrari zie je eruit als een enorme aansteller.’

 

May: ‘Klopt, maar dan even iets anders. Stel, je staat in de kroeg en je zegt: “Ik heb een Porsche, hij rijdt 320 kilometer per uur en het is een hybride.” Dan gaan mensen je pas echt als een kneus beschouwen.’

‘De Citroën AX woog maar een kilo of 670. Je parkeerde ‘m niet, je stak ‘m onder je arm en zette ‘m in je gang’

 

Hammond: ‘Als het een diesel was: ja. Dan zou het een beetje suf zijn, maar het is een hybride en waarschijnlijk een heel goede hybride. Het is geen tuttig boodschappenautootje. Het is een hybride, en dat maakt ‘m juist erg interessant. Daarbij heeft ie een knop die je kunt indrukken waardoor ie zo ongeveer gaat vliegen.’

 

May: ‘De Ferrari heeft iets soortgelijks, al is hun methode wellicht iets meer doorontwikkeld en iets conservatiever. Het is een pedaal dat rechts van het rempedaal zit en als je dat indrukt, kun je andere auto’s inhalen.’

 

Hammond: ‘De Porsche heeft dat ook, hoho, maar heeft daarbij dus ook nog eens een extra motor die te hulp schiet in tijden van nood. Nood, ja, namelijk als jij met je zielige jongensautootje in mijn weg rijdt. Dan druk ik op die knop.’

 

May: ‘Ze geven daarmee gewoon toe dat de motor die ze in die auto hebben gezet simpelweg niet goed genoeg is, zodat ze er nog een moesten inbouwen omdat jij mij anders helemaal nooit kunt inhalen.’

 

Hammond: ‘Nee, wat ze ermee toegeven is dat ze toegang hebben tot regeneratietechniek, en jij weet ook best dat dat werkt. Hij slaat energie op. Gratis energie, bovendien.’

 

May: ‘Nou, nee.’

 

Hammond: ‘Echt wel.’

 

May: ‘Niet gratis.’

 

Hammond: ‘Wel, want het is energie die anders zou zijn omgezet in hitte, en zo, en zou dan verdwijnen, maar nu geeft het me extra voorwaartse kracht zodat ik jou in je zielige autootje voorbij kan racen.’

 

May: ‘Nou, dat zullen we nog wel eens zien. Hybride technologie is natuurlijk allemaal heel slim en mooi, maar het is geen synoniem voor snelheid.’

 

Hammond: ‘Echt wel, hij heeft 500 pk van de benzinemotor en 218 pk van de elektrische motor, dus dat is bij elkaar 718 pk terwijl jij maar 670 pk’tjes hebt.’

 

May: ‘Aha. Wat weegt ie?’

 

Hammond: ‘Minder dan 1.490 kilo, staat hier, en jouw GTO weegt 1.495 kilo. Alsjeblieft, dankjewel. Daarbij betekent het feit dat het een hybride is ook dat ie lekker aan de weg kleeft.’

 

May: ‘Dat zal best. Maar toegegeven: ik vind het idee van een snelle hybride wel briljant. Dat is hoe de industrie over hybrides zou moeten nadenken, hoe ze zouden moeten worden ontwikkeld, maar ja, deze…’

 

Hammond: ‘Ach, ik ben blij om te horen dat Ferrari nog altijd de lichtgewichttheorie aanhangt. Dat ze zeggen: “Het beste om te doen met een auto is om ‘m te strippen, ‘m lichter te maken, meer vermogen te geven waardoor ie sneller wordt, en opwindender is”.’

 

May: ‘Ja. Het nastreven van een laag gewicht is in mijn optiek altijd de moeite waard omdat je daar ook iets aan hebt als je een bocht neemt, of bergop gaat. Maar de GTO weegt nog altijd bijna 1.500 kilo, hij is best zwaar dus.’

 

Hammond: ‘Ja, toen de Lotus Elise op de markt kwam, woog ie minder dan 1.000 kilo, toch?’

 

May: ‘715 kilo.’

 

Hammond: ‘Dat maakte ‘m nou net zo opwindend. Dat zijn we een beetje uit het oog verloren. Als iemand iets lichts wil produceren, dan moet het ook echt licht zijn. Niet een beetje licht. Echt heel licht.’

 

May: ‘Want als je een auto echt licht maakt, kun je de grootte van de motor beperken, de banden hoeven dan niet zo zwaar te zijn, et cetera. Lichtgewicht baart lichter gewicht, zou je kunnen zeggen. Zo woog de Citroen AX maar een kilo of 670. Je parkeerde ‘m niet, je stak ‘m onder je arm en zette ‘m in je gang. Hybrides verbeteren het verbruik ten koste van meer gewicht. Vreemd, eigenlijk.’

 

Hammond: ‘Dus we zijn het eens. Maar laten we daarbij wel opmerken dat we het erg vervelend vinden om het eens te zijn, en dat we er allebei een beetje misselijk van worden?’

 

May: ‘Ja, graag, want als ik zie hoe jij naar andere belangrijke zaken in het leven kijkt, vind ik het idee dat ik het ook maar over iets met je eens ben, compleet onverdraaglijk. Ik moet zelfs in therapie, geloof ik.’

 

Hammond: ‘Ik zou hetzelfde hebben willen zeggen, maar ik zou het beter hebben verwoord.’