door James May
Jeremy Clarkson, die alles kan, heeft een keer gezegd dat een echte vent geen instructieboekjes leest. Ik weet niet of ik het daarmee eens ben. Ik wil wedden dat de Apollo-astronauten eerst een stapeltje instructieboekjes van de Maanlander hadden gelezen. Wou hij hen ook mietjes noemen?
Maar als het om auto’s gaat, heeft hij misschien een punt. Zelfs heel gecompliceerde moderne auto’s met ingebouwd navigatiesysteem en verstelbare vering hebben een zekere logica, en hoe dan ook, die instructieboeken zijn zo dik dat je ze mee op vakantie zou moeten nemen.
Op het risico af als mietje te worden gebrandmerkt, volgen hier wat citaten uit het instructieboekje voor de auto waar ik net in gereden heb. ‘Trek het portierhendel omhoog om het portier van buiten open te maken. De binnenverlichting gaat automatisch aan als het portier open gaat.’ Hoe vind je dat? Daar zou je anders toch mooi het hoofd over hebben gebroken. Het gaat verder: ‘De portieren hebben sloten, die van buiten kunnen worden bediend met knopje 1, of van binnen met knopje 4. Van binnen kan het portier worden geopend door de hendel naar je toe te trekken, ongeacht of het portier op slot is of niet.’
Verbazingwekkend. En dat is nog niet alles: ‘De portieren hebben gerieflijke armleuningen. Draai aan de raamzwengel om de ruit naar beneden te draaien.’
Iedereen die nog in de waan verkeert dat het communisme een goed idee was, kan ik de vertaling aanbevelen van het niet al te dikke, maar waanzinnig gedetailleerde handboek van de Lada. Het punt is: ik heb het niet eens van de grond geraapt op een autokerkhof. Ik vond het in het dashboardkastje van een gloednieuwe auto (al is hij in productie sinds 1977), en wel één die – min of meer – te koop is.
We hebben het hier over de Niva, wat Russisch is voor akker. Mark Key, die zich met een mal Russisch hoofddeksel uitgeeft voor Niva Imports in Engeland, heeft zich de opdracht gesteld om voor het eerst sinds begin jaren negentig weer dit wonderbaarlijke icoon van de Sovjet-auto-industrie te importeren. Je mag ‘m de jouwe noemen voor nog geen 10.000 pond (of, in Nederland en België, voor rond de 15.000 euro), in het rood, wit of blauw, en je krijgt er twee jaar garantie bij mits je ‘m laat onderhouden bij een erkende garage. Probeer je Mercedes-dealer maar eens zover te krijgen.
Momenteel is de Niva alleen verkrijgbaar met het stuur links, en als vierpersoons of als bestelwagen. Het gereedschap om een stuur rechts in te bouwen, schijnt nog wel voorhanden te zijn in de fabriek, maar daar wordt alleen een beroep op gedaan als je een bestelling plaatst van vijfhonderd exemplaren of meer. Tot dusver heeft Mark er zes verkocht.
Even recapituleren. De Niva, gelanceerd in 1977, was de eerste Lada die geen kopie was van een Italiaanse sedan. Onder de motorkap was het nog wel voornamelijk Fiatski wat de klok sloeg, maar aandrijving en chassis waren het eigen gloedvolle werk van Lada. Hij verwierf een reputatie van duurzaamheid, had enig succes in het terrein-circuit en viel in de smaak bij rijke landeigenaars en andere mensen zonder gevoel voor ironie.
De huidige Niva is bij de tijd gebracht en heeft nu brandstofinjectie voor de 1,7-liter benzinemotor, moderne instrumenten en ‘meer aërodynamische richtingaanwijzers’. Maar dat is het geloof ik wel zo’n beetje, hoewel er nog een wazige claim is dat de bekleding van de stoelen zou zijn verbeterd.

In elk ander opzicht is de Niva gigantisch ouderwets. Je krijgt er twee sleuteltjes bij: een klein sleuteltje en een piepklein sleuteltje. De portierhendels aan de buitenkant doen denken aan die van een Marina. Binnen zitten overal tuimelschakelaars en draaiknoppen, portierhendeltjes en weerzinwekkende plastic sierlijsten. De versnellingspook zit ontzettend ver weg, zodat het wel even duurt voor je daarmee vertrouwd bent.

‘Als auto die je één keer koopt en die dan langzamerhand één wordt met het landschap, is de Niva geen gekke keus’

Het indringendst is de onmiskenbare Oostblokgeur van het interieur. Geen andere politieke doctrine gaf auto’s zo’n karakteristiek luchtje mee. Iedereen die in de jaren zeventig en tachtig is opgegroeid, ziet meteen zo’n serieus type voor zich dat zijn communistische sympathieën uitdroeg door rond te rijden in een Lada, Moskovich of luchtgekoelde Skoda. Die mensen reden altijd voor gek, tenzij ze een Niva hadden, want de Lada Niva was op een of andere manier acceptabel.
En dat kwam misschien wel doordat het helemaal geen beroerde auto was. Maar laten we het eerst over zijn weggedrag hebben: op de weg is de Lada Niva geen uitblinker. De ouderwetse transmissie is prettig mechanisch en de 80 pk-motor is best pittig, hoewel het 17 seconden zoeken naar de pook duurt voor je van 0 op 100 zit. De ruitenwissers zijn wel wat erg petieterig. Het is leuk rijden net zoals een Austin Maxi leuk rijden is, maar je hebt wel steeds de neiging een enorme bontjas aan te trekken en te gaan praten als een schurk in een James Bond-film. De verwarming is prima, maar dat zat er ook dik in.
Offroad bewijst de Lada Niva zich snel als praktisch. Het is een heel simpele auto, en hij ziet eruit alsof je ‘m op een achternamiddag uit elkaar zou kunnen halen en weer helemaal in elkaar zou kunnen zetten. Hij heeft permanente vierwielaandrijving en geen wielen die je kunt vergrendelen of dat soort flauwekul. Er zitten aparte hendels in voor high-range en low-range, gesloten differentiëlen zoals in de oude Land Rover, en geen abs of dat soort slimmigheidjes. Hij is helemaal mechanisch en volstrekt begrijpelijk. Je kunt een trekhaak kopen, een windas, een ventilatiepijp, een lift-kit en zo voort, en na een middagje lekker sleutelen heb je dat allemaal geïnstalleerd.
Het interessante is: onlangs ging Mark, de importeur, met zijn Niva naar een testdag van een of ander specialistisch blad genaamd Offroad F*cknuckle of zoiets, en ondanks aanvankelijke scepsis versloeg de Niva het grotere en fijner afgewerkte spul.
Dat verbaast me niet echt. Hij is licht, dat om te beginnen, met z’n 1.210 kilo – meer dan een halve ton lichter dan de meest elementaire Defender 90. De banden – van Lada, merk Niva, en ongetwijfeld zeer gespecialiseerd en duur – zijn smal met een diep profiel. Uit ervaring met dingen als de Suzuki Jimny en mijn Samurai van de Bolivia-special weten we dat dat belangrijk is, en dat grote en zware terreinvoertuigen bijna automatisch minder klaarspelen, doordat meer technologie nou eenmaal leidt tot meer gewicht en meer systemen om dat in de hand te houden.
Denk hier eens over na: sommige foto’s die je hier ziet, zijn genomen vanuit een gigantische Nissan Pathfinder, en waar die theatraal door de modder hobbelde, sprong de Niva als een bronstige bok voor ‘m uit. Hij is makkelijk te rijden en kan wat de meeste mensen willen dat ie kan.
Dus voor op de boerderij of op het landgoed, als auto die je één keer koopt en die dan langzamerhand één wordt met het landschap, is de Lada Niva geen gekke keus. Daar maakt het, voor ons hier in Engeland, niet uit dat het stuur links zit, en je kunt het interieur gewoon met de tuinslang schoonspoelen: altijd fijn als je echt offroad gaat. De Niva is geschikt voor zijn doel zoals je dat maar zelden tegenkomt.
Ik? Nou ja, ik woon in de stad. Sommige wegen daar zijn misschien niet je dat, maar zo beroerd zijn ze nou ook weer niet. Toch heb ik bewondering voor de Lada Niva. Met z’n onbehouwen bolsjewistische voorkomen en zijn staalgroene (aan de ene kant) en grijze wielen (aan de andere kant) is het toch een prachtauto. Charme, dat heeft ie. De charme van het platteland.

Specificaties: Lada Niva

Prijs: ca. 15.000 euro
Motor: 1.690 cc, 80 pk
Prestaties: 0-100 km/u in 17,0 sec
Transmissie: vijf versnellingen, motor voorin, vierwielaandrijving
Gewicht: 1.210 kg

Reacties

Meer van TopGear