Toen Apple vorig jaar besloot dat iPhones geen losse ingang voor een koptelefoon nodig hadden, veranderde het internet in een woeste meute. Het was een schande, riepen kwade tongen. Geldklopperij was de populaire beschuldiging: nu moest je wel Apple-spul kopen. De uitleg van de fabrikant was dat ruimte in een iPhone schaars is en de verouderde (50 jaar) techniek te veel ruimte inneemt.
Maar nu: ook Samsung en Google lozen de losse ingang. Zo’n slecht idee was het achteraf niet. Eenzelfde rigoureuze stap maakt Gran Turismo Sport nu. Het spel liet haast de volledige offline modus vallen voor een eSports-achtige bedoeling. Ergo: je móét internet hebben om te spelen. Tuurlijk: je mag nog wel losse potjes tegen de computer racen, maar er is geen grote campagne meer waar je de rangen beklimt. De maker wil dat je online wedstrijdjes speelt en meedoet in grote kampioenschappen. En omdat het concept zijn tijd vooruit is, stuit de maker op weerstand.
Een dealbreaker?
Wij denken dat het wel goedkomt. De nieuwe Gran Turismo Sport draait nu een week rondjes in de PlayStation en de charme vervaagt nog niet. Het online kampioenschap steekt goed in elkaar: eerst krijg je de tijd (kun je zelf kiezen) om te kwalificeren en te oefenen. Daarna maakt het spel een indeling en kom je in een opstelling met racers die vergelijkbare rondetijden reden. Combineer dit met de uitstekende gameplay en physics van het spel en je hebt een verslavende combinatie te pakken. Andere spelers zijn veel onvoorspelbaarder dan de computer. Je hebt geen garantie dat je sneller bent. Maar je hebt ook geen garantie dat ze geen fouten maken. Tot de laatste ronde is het spannend. Het zijn geen domme computers die enkel hun lijn vasthouden. Elke rondje is anders (verbaast je dat?).
En ja: niet elke online speler houdt zich netjes aan de regels. Gelukkig heeft Gran Turismo Sport daar een puntensysteem voor. Botspiloten krijgen een slechte reputatie en deze spelers zet het spel lekker samen in één server. Ook kun je ze weren uit jouw eigen servers. Het resultaat is een fijne online gameplay, waar zo nu en dan wat lak uitgewisseld wordt en waar penalty’s het eerlijk houden. Slechts zelden werd er op de redactie hardop gescholden richting een anonieme kreukelzonefijnproever. Het enige wat we missen is een mogelijkheid om als team te strijden in de online kampioenschappen. Een soort coöperatieve gameplay om zo samen de online wereld te veroveren. Als Verstappen en Ricciardo. Maar dan zonder motorproblemen.
Geen enorme autocollectie
Wat ook verdween, is de enorme collectie auto’s. Het ging van bijna 1.200 auto’s naar net geen 170. Je kunt natuurlijk niet alles hebben, maar het blijft enorm jammer dat je niet in je eigen auto (mits je een gangbaar model hebt) over de Nürburging kan. Of andere dingen die je wellicht in je eigen auto niet durft. Ook missen belangrijke circuits als Laguna Seca in het spel. Zonde.
Budgettechnisch is het misschien onmogelijk om dit allemaal in het spel te proppen. Maar als Polyphony Digital dat wél gedaan had, had dit spel geen enkele concurrent gehad. Nu is de verleiding naar Forza Motorsport 7 wel erg groot.
Ander vermaak
Gran Turismo Sport zit tot de nok vol met liefhebberscontent. Hele geschiedenisboeken werden leeggegooid in het spel. Dit vliegt op willekeurige moment door het beeld, bijvoorbeeld bij het beginscherm. Per autofabrikant kun je door de informatie neuzen. Heb je je autokennis opgepoetst? Ga dan foto’s nemen van je autocollectie in de Scapes-modus. Of ontwerp gekke patronen in de sticker-editor. Als je een VR-bril hebt, kun je je kort vermaken met de speciale modus. Helaas kun je niet het hele spel in VR spelen. Hoewel je maag je dankbaar is, is dit wat ons betreft wel een gemiste kans. Zo kon je helemaal opgaan in het spel.
Goed, zelfs na ruim tien dagen spelen blijven we bij de conclusie: Gran Turismo Sport is het meest vermakelijke racespel wat je nu kunt kopen voor de PlayStation 4. Nu hopen dat de updates rijkelijk zullen vloeien en er fijne circuits en auto’s bijkomen. Als je ons excuseert, de PlayStation roept.
Reacties